

Wat we bij TopGear in vredesnaam met een Berlingo moeten? Simpel: kijk eens even naar ’m. De nieuwste versie van Citroëns bestelhit gooit het op vrolijkheid, karakter en échte utiliteit
Hé, talloze mensen die zich de afgelopen jaren op de crossover hebben gestort. Het gaat jullie toch om een makkelijke instap, een hoge zit en praktische ruimte? Is een opgepompt bestelbusje met wegklapachterbank dan eigenlijk niet precies wat jullie zoeken?
Natuurlijk niet, want busjes zijn niet cool, hip of active lifestyle. Maar wat nu als er een merk is dat z’n best doet om al die elementen er wél in te verwerken?
De Citroëns van de laatste tijd hebben een geheel eigen stijl ontwikkeld: guitig, nonchalant, blij stemmend en totaal onpretentieus. De nieuwe Berlingo haakt daar nu bij aan met een hoge neus en een setje Airbumps in z’n deuren. Hij staat op een mengelmoes van het nieuwe EMP2-platform (dat ook de basis vormt voor de crossovers van PSA) en het RG5-busjesplatform, vanwege de breedte en het laadgewicht. Hij komt er in twee formaten – M en XL – en eventueel met een derde zitrij. Je kunt kiezen uit de standaard uitvoering of de mild ruige XTR. Citroën monteert frisse PureTech- en BlueHDI-motoren en optioneel een prettige achttraps automaat.
Het binnenste van de Citroën Berlingo voelt meteen ruimtelijk aan door het ontbreken van een middenconsole en de diepe en brede opstelling van het dashboard. Je hebt massa’s been- en hoofdruimte en er zijn in totaal 28 opbergvakken, samen een belachelijke 186 liter groot. De passagiersstoel voorin is dubbel te vouwen en heeft een fijne lounge-stand (al krijg je bij een botsing de gordel in je gezicht). Aan de hemel hangt een lichtbalk met erboven een optioneel panoramadak. De drie losse stoelen op de tweede zitrij vouw je met een simpele beweging omlaag om een vlakke laadvloer te creëren. Boven de bagageruimte hangt een soort giga-rugzak met kastjes en alweer een groot vak voor je levensstijlspul. Als er ooit één auto de term ‘utility vehicle’ verdiende, is het deze.
In tegenstelling tot veel van zijn PSA-broertjes heeft de Berlingo naast het grote infotainmentscherm (met prima TomTom-navi) nog genoeg echte knoppen. Hij barst van de geinige details, zoals een soort riem op het bovenste dashboardkastje en speakers in de bases van de buitenspiegels. Het stuur ligt vrij plat, maar je zit dan ook vrachtwagen-achtig rechtop. Al kun je je elleboog niet uit het raam hangen, omdat daar per ongeluk een verdwaald stuk carrosserie in de weg zit. De isolatie is opmerkelijk goed op orde – niks holle bestelbus-galmeffecten – waardoor je de turbo-driecilinder stationair niet eens hoort lopen.
Rijden doet de Citroën Berlingo gemoedelijk: licht sturend en schakelend, dof gedempt, zacht hellend. Het is een relaxte bezigheid en de haast valt bijna van je af. Citroën monteerde allerlei moderne veiligheidsgadgets, zoals een prima werkende rijstrookassistent en verkeersbordenherkenning door middel van een camera. De Berlingo is een belangrijke auto voor het merk – in zeventien landen is het hun bestverkochte model – dus er is ze veel aan gelegen om zijn praktische insteek te combineren met het comfort en de luxe waar steeds meer mensen naar op zoek zijn. Wat ons betreft zijn ze in die opzet goed geslaagd, en zetten ze en passant de vele crossovers en aspirant-SUV’s meteen even buitenspel.
Reacties