Door de minieme achterruit zien we een door een Lamborghini opgeworpen gruisexplosie. De soundtrack daarbij is een combinatie van stof, kiezels en stenen die op een woest gewelddadige wijze door de vier aangedreven wielen tegen en onder de auto slaan. Na een hobbel in de weg wordt de auto ineens heel licht, komt neer en als je dan remt en instuurt, begint hij te roteren. Terug op het gas, en we gaan in z’n drie zijwaarts door een lange linkerbocht, in een haag van stof, geluid en het gebrul van een V10. In het geval van de meeste supercars zou dit de beschrijving zijn van hoe de zaken uit de hand liepen, van het moment dat je talent en vaardigheid tekortkwam en een praatje moest gaan maken met de verzekeraar. Maar dit is echter precies waar de Huracán Sterrato voor is gemaakt. Zodoende krimpt de bijrijder van Lamborghini niet ineen, maar moedigt hij ons juist aan: ‘Heel goed. Gas, gas, gas.’ Na een aantal rondjes op het rallycircuit Strada Bianca leer je de slopende herrie te negeren en geniet je louter nog van de ervaring.

Even terug naar het begin

We zijn uitgenodigd op Nardò – de geheime testfaciliteit in het uiterste zuiden van Italië – door Lamborghini’s onderzoeks- en ontwikkelingshoofd Maurizio Reggiani, om zijn nieuwste, experimentele project te testen: de Huracán Sterrato. ‘Sterrato’ betekent zoiets als ‘uitgegraven’, ofwel het spul dat zojuist uitgegraven is: zand, modder of puin. Jazeker, dit is een Lamborghini Huracán die ze kennelijk onder een steen hebben aangetroffen. Zoals zoveel goede knutselprojectjes is ook dit ondernomen door een uiterst enthousiast team in hun eigen vrije tijd, naast hun andere werk. Misschien denk je aanvankelijk dat het team wat te veel in de zon bier heeft zitten drinken buiten de schuur in plaats van te lassen ín de schuur, maar kijk je verder dan je neus lang is, dan zie je wat de bedoeling moet zijn geweest. Kijk dan naar ’m: het is net of de Tamiya- en Kyosho-catalogi uit je jeugd ineens tot leven zijn gekomen. De Sterrato is een jongensdroom.
Onze dag begint met een technische uiteenzetting. Onder meer wordt de Sterrato een plaats toegewezen in het planogram van Huracán-modellen. Een dappere poging, maar we zijn er toch niet helemaal van overtuigd dat hij in de modellenmatrix hóéft te passen. In een wereld die wordt beheerst door marketinganalyses en consumentenonderzoek is het echter wel verfrissend dat Lamborghini de passie aan de dag legt om iets te maken waarvan ze denken dat mensen het simpelweg leuk zullen vinden. Iets lolligs. Iets gedurfds. Eerlijk gezegd is Lamborghini de enige automaker die genoeg lef heeft om een project als dit te ontwikkelen en het vervolgens te laten zien, gewoon om te bekijken hoe het publiek reageert.

Het technische recept van de Lamborghini Huracán Sterrato

Men neme een Huracán Evo met een natuurlijk ademende 5,2-liter V10 die 640 pk levert aan de vierwielaangedreven en vierwielbestuurde aandrijving. Vervolgens verhoog je ’m met 47 millimeter (handig qua bodemspeling en voor het nemen van hobbels en kuilen) en je herziet de standaard ophanging. Z’n wielbasis verbreed je met 30 millimeter. De wielen blijven 20 inch, maar je vervangt de banden door speciale exemplaren met hogere wangen en een diep profiel, die je samen met Pirelli hebt ontwikkeld; ze werken zowel in het terrein als op de weg. Je haalt de vooras 30 millimeter verder naar voren door de geometrie van de ophanging te wijzigen, en zorgt er meteen voor dat de vleugels naar behoren blijven functioneren. Je voegt een nieuwe, stalen splitter toe, bekleed de wielkasten en de dorpels en bevestigt een steviger bodemplaat. Om de V10 te helpen ademen en minder stof te laten happen, voeg je flappen voor de luchtinlaten en een ander luchtfilter toe.

‘De Sterrato blijkt uiterst capabel en is, zonder twijfel, de lolligste supercar aller tijden’

Ten slotte schroef je een imperiaal op het dak, een lichtbalk achterop en twee verstralers voorop (al vinden wij eigenlijk dat er vijf lampen zouden moeten worden gemonteerd). En voilà, je hebt een Lamborghini Huracán Sterrato. Vanbinnen is hij een volstrekt normale Huracán, maar wel met een titanium rolkooi, nieuwe, verstelbare sportstoelen (comfortabel), vierpuntsgordels (nogal een gedoe) en een aluminium vloer. Dat was de presentatie; nog even de Nardò-veiligheidsbriefing (zoals altijd: de dieren onderweg niet voederen) en we kunnen op pad om uit te vinden hoe de Sterrato zich houdt op de snelle asfaltbaan van 6,5 kilometer lengte.

Een extra soepele Lamborghini

Het korte antwoord: comfortabel, vooral achterwielaangedreven en vermakelijk om mee te driften. De meer gedetailleerde analyse is dat de Sterrato, vanwege de hogere wielen en omdat hij daar ook hoger op staat, bij het accelereren en remmen respectievelijk enigszins bokt en hurkt, wat aanvankelijk ietwat angstig en vreemd aanvoelt voor een moderne Lamborghini. Maar het team heeft veel tijd besteed aan het modificeren van het Lamborghini Dinamica Veicolo Integrata-systeem (LDVI), opdat de Sterrato meer vermogen op de achterwielen zou krijgen. Na een paar rondjes begin je te genieten van deze nieuwe, extra ­soepele Lamborghini: remmend de bocht in om ’m dwars te zetten, en dan het gas erop bij overstuur. Hij zal de reguliere Evo niet verslaan qua rondetijden, maar de toegankelijkheid en het plezier dat deze totaal andere Lamborghini je geeft, is verslavend. Hij rijdt op het circuit ook een stuk beter dan je zou denken als je ’m in de pitstraat ziet staan.

Klaar met het asfalt

We gaan naar de Strada Bianca, een wit stuk weg geplaveid met zand, stof en rotsen, en voorzien van behoorlijk verkantingen. Dit is waar de Sterrato echt tot leven komt. Onze eigen, interne boordcomputer kan niet meteen verwerken dat we volgas gaan in z’n drie, af en toe zelfs opschakelen naar z’n vier, terwijl we met een supercar over een rallyparcours driften. Dat voelt niet helemaal normaal aan, en we wachten op het moment dat de bodem op de grond klapt na een sprongetje, ofwel dat alle waarschuwingslichtjes aanspringen ten teken dat de Italiaanse diva zich overgeeft. Maar dat moment komt niet. De ­Sterrato lijkt ervan te houden om misbruikt te worden.
Het voelt een beetje aan alsof je iemands supercar hebt gestolen en wanhopig aan de politie probeert te ontkomen door het bos en de duinen in te rijden. Maar als je eenmaal bent gewend aan al het gekletter en weer bedenkt dat de Sterrato juist is ontworpen om dit te doen, dan blijkt hij uiterst capabel en is hij, zonder twijfel, de lolligste supercar aller tijden.

De Sterrato is niet bang voor vieze handen

In de Corsa-modus is het LDVI-system zo herzien dat de transitie naar overstuur langer duurt, waardoor er makkelijker met ’m te driften valt op ontbrekend of slecht wegdek. Aan het eind van onze tweede testsessie verwachten we dat de auto wel her en der een beschadiging zal hebben opgelopen, want het ging er ruig aan toe en de steenslag was niet van de lucht. Hoewel hij onder de modder zit, zien we nergens een kras of putje.

‘Hij rijdt op het circuit ook een stuk beter dan je zou denken als je ’m in de pitstraat ziet staan

Vieze supercars, supercars die durven te laten zien dat ze zijn gebruikt, zijn iets waar we bij TopGear gek op zijn. Terwijl de Sterrato zich koel tikt, bedekt door een dikke laag, eh, ‘sterrato’, ziet hij er geweldig uit.

Hij heeft ons overtuigd

We hopen dan ook echt dat het niet bij een speciaal exemplaar blijft in de schuur van het onderzoeks- en ontwikkelingsteam, maar dat hij het zal schoppen tot een heuse productieauto. In een wereld waarin supercars elkaar de loef proberen af te steken met duizendsten van seconden, is het uiterst verfrissend om het Lamborghini in een andere hoek te zien zoeken. En we denken ook echt dat ze hiermee weleens beet zouden kunnen hebben.
Want ’s werelds wegen worden er door de bank genomen niet beter op, en dus kun je je op snelheid beluste supercar op steeds minder plekken echt goed gebruiken. Opkomende markten als China, Rusland en India hebben sowieso vreselijke wegen en hele trajecten zijn eigenlijk alleen begaanbaar als je met iets rijdt dat het terrein niet als vijand beschouwt. En waarom zou een supercar, of liever gezegd de supercar-ervaring, beperkt moeten blijven tot asfalt? Te veel van die magistrale stukken techniek worden wel gretig gekocht, maar vervolgens nauwelijks gebruikt; hun potentieel wordt amper aangesproken. De Sterrato breekt met het stereotype beeld van de supercar en biedt bredere gebruiksmogelijkheden die een breder publiek zullen aanspreken. Ga je naar de Alpen? Je bindt je snowboard op het dak en koerst zuidoostwaarts. Ben je het beu om elke zondagavond vast te staan op de freeway terug naar Los Angeles? Waarom zou je dan geen zandpad door de woestijn nemen? Wil je een supercar die de ruigste omgeving van allemaal het hoofd weet te bieden: de dagelijkse spits in Shanghai? De Sterrato kan het aan. Wat Lamborghini met de Sterrato heeft gemaakt, is een veelzijdige, vermakelijke en bruikbare supercar voor het slagveld dat het verkeer en de wereld vandaag de dag zijn. Dit is een supercar die de schuur uit mag en losgelaten kan ­worden op onze planeet.

Reacties

  • Lambos4Life heeft op 23 augustus 2019 geschreven:

    This is the coolest mistake lamborghini has ever made

    Reageer
  • Willy van den Hurk heeft op 21 augustus 2019 geschreven:

    De Lancia stratos was z’n tijd héél ver vooruit !!! Maar dit is een mooie opvolger.

    Reageer

Geef een reactie

(verplicht)