

Als vooraanstaand hybridemerk brengt Lexus nu logischerwijs een niet-hybride versie van de LS op de markt. En deze keer niet met een achtcilinder, maar met een nieuwe twin-turbo V6
Ooit was de Lexus LS een ingetogen auto. De huidige designtaal van het merk leent zich er daarentegen voor om, laten we zeggen, zo bedeesd uit de hoek te komen als Lady Gaga in een jurk van flamingo-veren. Zelfs als je ’m in een beschaafde kleur bestelt, verdraaien mensen hun nekken als je langsrijdt. De spindle-grille, de geprononceerde welvingen, de scherp getekende voor- en achterlichten: hij valt op, deze lexus LS 500.
Met de bekende 500h kon je alsnog onopgemerkt langskruipen: fluisterstil elektrisch. De importeur ontving echter meerdere verzoeken om een benzinemotor zonder elektro-extraatjes. En dus wordt vanaf nu ook de, eigenlijk voor minder milieugerichte markten bestemde, LS 500 in Nederland geleverd.
We noemen het milieu omdat, zoals dat hier gaat, de uitstoot van deze 500 de prijs ten opzichte van de 500h AWD met ruim 20.000 euro spekt. Hij begint bij 146.495 euro, de hybride bij 123.995 euro; of 116.995 euro met alleen achterwielaandrijving. (In België wordt vooralsnog enkel de hybride gevoerd, vanaf 94.990 euro.) Goed, dan krijg je wel 60 extra pk’s, een 0-naar-100-tijd die ruim een halve seconde sneller is, en meer Airmiles. Maar volgens ons ontneem je de LS ook een stukje van zijn zalvende ziel.
Als er één auto met klem vraagt om een fluwelen aandrijflijn, is het deze. Dat iemand wel voor de LS zou vallen, maar niet voor de hybridetechniek die dit merk al zo lang en zo succesvol perfectioneert en die de auto mede zo rustgevend en aangenaam in de omgang maakt, vinden we best apart.
Niets ten nadele van de motor in dit exemplaar, overigens. Die is zeer beschaafd, tenzij je ’m doelbewust aanzet tot wangedrag: dan hoor je, ergens in de verte, een rauwe rasp en een turbofluitje. De LS 500 is moeiteloos snel, maar er is geen vezel in je lijf die ernaar verlangt om sportief met ’m te gaan rijden. Dit is smeuïge, vlot beschikbare power voor vlugge invoeg- en inhaalacties, meer niet.
In een auto die zo goed in elkaar zit als deze, komen twee grote tegenvallers des te sterker naar voren. De priegelige trackpad, waarmee je nooit in één keer de optie op het scherm selecteert die je wilt hebben, waardoor je telkens secondenlang van de weg wordt afgeleid als je je stoelverwarming even aan wilt zetten, went nooit en moet kapot. Het touchscreen voor de achterpassagiers werkt intuïtiever, en dat terwijl die nu juist niet op hoeven te letten.
Het tweede probleem is nog verbazender: de veiligheidsfoefjes in deze Lexus LS 500 zijn de rommeligste en minst effectieve die we in lange tijd meemaakten. Een zelfsturende functie die zwalkt van markering naar markering, een parkeernoodrem die ons onze eigen (smalle) garage niet laat binnenrijden, adaptieve cruisecontrol die in de file plots krampachtig stil gaat staan met nog drie autolengtes voor ons.
Steeds weer doet de LS onverklaarbare dingen die niet alleen irritant, maar soms ook ronduit gevaarlijk zijn. Tuurlijk, je kunt deze functies gewoon uitschakelen. Dat doen we dan ook, wat betekent dat al die technologie voor een belangrijk deel verspild is.
Reacties