Mooi weer vraagt om een cabrio. Maar in het geval van de Mercedes E-klasse vraagt een cabrio niet per se om mooi weer.
 
Soms, wanneer je in de stralende zon over een rustige provinciale weg rijdt, komt je een cabrio tegemoet met het dak gesloten. Wij begrijpen nooit zo goed wat hier voor volk in zit. Misschien dezelfde mensen die een prachtige dure keuken in hun huis laten installeren, en vervolgens alleen flauwe afhaalmaaltijden eten? Die op vakantie een villa aan zee huren, en dan de hele dag in het overdekte bubbelbad gaan zitten?
 
Wanneer we zo af en toe het voorrecht hebben om achter het stuur van een cabrio plaats te nemen, dan gaan we open rijden ook. Al hangen de ijspegels aan de bumpers, al ziet het wolkendek grijzer dan het haar van Jeremy Clarkson; dat dak gaat omlaag. Meestal moeten we hiervoor boeten met een verkoudheid die ons nog maanden blijft teisteren, maar dat nemen we graag voor lief om onze kilometers op de leukste, meest pure manier te maken.
 
Toch zijn we geen masochisten. Als er een nieuwe manier is om open rijden bij slecht weer iets comfortabeler te maken, dan houden we ons aanbevolen. Bij deze dan ook een snotterig bedankje aan het adres van Mercedes: de nieuwe open E-klasse maakt ons stijfkoppen-cabrioleven weer een stukje makkelijker.
 
De E250 CGI waarmee we een weekeindje mochten sturen, was voorzien van alle comfortverhogende opties die we ons maar konden wensen. Klimaatcontrole en verwarmde stoelen. Airscarf, een paar ventilatieroosters in de hoofdsteunen die hete lucht in je kraag blazen. Aircap, een soort uitklapbaar spoilertje bovenop de voorruit dat de koude rijwind vakkundig over je kruin heen leidt. Dankzij deze fijne vondsten konden we zonder gezondheidsproblemen eindeloos over de A1 blazen; in ons T-shirt, ondanks het heerlijk Hollandse weer (donderwolken, windvlagen, een graad of zestien).
 
In een Mercedes word je altijd verwend, maar in deze E voel je je echt de koning te rijk. Hij onthaast je; je komt graag een halfuur te laat op je afspraak om langer te kunnen genieten van je ritje. In stilte zoef je geheel ontspannen over de weg, maar besluit je onverhoopt om een paar bochten aan te vallen, dan toont de auto zich gewillig. Z’n onderstel is er sportief genoeg voor, en de turbomotor maakt hem vlot zat. Dat wekt onze verbazing, want bij een 1.8 in een auto van 1.700 kilo heb je in principe andere verwachtingen. Goed, écht spannend wordt het niet; daarvoor heb je andere uitvoeringen met meer pk’s en extra uitlaten. Daarmee zul je het gemiddelde verbruik van zo’n 1 op 10, dat we ondanks stevig doorrijden noteerden, echter niet halen.
 
We mogen stellen dat de E250 cabrio iedereen op zijn wenken bedient. Hij gaat moeiteloos hard, is relatief schoon en spaarzaam, en is zelfs bij slecht weer comfortabel. Tel daarbij op dat het ook nog eens de mooiste sub-exotische softtop van het moment is, en we kunnen weinig redenen meer bedenken om als koukleumende, ietwat zuinige snelheidsmaniak niet voor deze E250 CGI te kiezen.

Reacties