De term GTI wordt bij Peugeot niet meer gehanteerd, RC heet het nu. En misschien is dat wel beter, want het lijkt geen GTI.
 
Vrijwel alle fabrikanten die een auto in het segment van de Peugeot 207 hebben, leveren ook een hete versie van hun kleine middenklasser. Nadat er wat spoilers en doorgetrokken grilles op zijn gemonteerd, een set 17-inch of nog grotere velgen, een chroom uitlaatsierstukje én een opvallende badge op de kont, is de hot hatch af. Zo’n snel zusje werkt imago-versterkend, trekt een jonger publiek en geeft een merk – en zeker een model van dat merk – een dynamische uitstraling.
 
Peugeot is daar natuurlijk in meegegaan, maar toch op een iets andere wijze dan zijn concurrenten. Waar de meeste fabrikanten proberen heel veel pk’s te persen uit een relatief klein motorblok en vervolgens de buitenkant ook nog eens tooien met een opvallende, vaak schreeuwerige kleur, daar valt het met de pk’s van de 207 RC wel mee en moet je als buitenstaander zelfs moeite doen om de 207 RC te onderscheiden van andere 207’s. Het komt er dus op neer dat niemand ziet dat jij een RC hebt – het zou ook een 1.4 diesel kunnen zijn met vlotte wielen. En een echt bommetje zoals iedereen de 205 GTI zich herinnert (die met 1,9-liter motor) is de 207 RC niet. Daarvoor is hij te beschaafd, te verfijnd misschien wel.
 
De 207 RC heeft een in samenwerking met BMW ontwikkelde 1,6-liter turbomotor die 175 pk levert met een koppel van 240 Nm. Als je heel hard op het gaspedaal trapt in de derde, vierde of vijfde versnelling, krijg je zelfs tijdelijk 260 Nm tot je beschikking. Er zit ook een heel klein slagje aan het einde van het gaspedaal, zou dat die overboost zijn? Nou ja, het resultaat: in 7,1 seconden van 0 naar 100 km/u en een topsnelheid van 220 km/u. Dat zijn best heel goede waarden als je bedenkt dat de 207 RC een tikkie aan de zware kant is voor zo’n klein, heet autootje.
 
Rijdend op bochtige bergwegen blijkt het een heerlijke, soepele en krachtige motor die je ten volle kunt benutten op het enigszins stugge maar wel comfortabele 207-onderstel. Mits je van schakelen houdt – bij extreem scherpe bochten moet je echt terug naar de eerste versnelling – en dat is in een Peugeot over het algemeen geen feest. Vorige maand reden we de 207 LW, een afgetrainde versie van de RC, en daar voelde het schakelen als roeren in een kom beslag. Bij deze RC is dat gelukkig wel een stuk beter. Maar nog niet goed genoeg.
 
Doordat je veel moet schakelen – ook om daarmee de turbo aan het werk te houden –, krijg je echt de indruk flink door te kunnen rijden. Alleen laat de RC daar weinig van merken omdat hij zich keurig gedraagt. Geen gillende banden, schuddende kont, onverwachte onbalans of ander ongerief: je kunt hem best de weg afkrijgen, maar dan moet je toch idiote capriolen uit willen halen. De RC gaat gewoon heel braaf hard, zonder echte sensatie, zonder uiterlijk vertoon.
 
En dat laatste moet een bewuste keuze zijn van Peugeot: zijn rivalen als de Clio 197, Mini Cooper S en Corsa OPC schreeuwen het meer uit dat ze snelle kleintjes zijn, en rijden ook met een meer racy schwung. Bij de Mini kun je nog voor trendy door – met 175 pk uit dezelfde motor als de RC lijkt het niet echt racen geblazen, wel directer sturen –, de Clio is al meer een hardcore straatracertje met z’n 197 pk en de Corsa OPC met z’n ook niet misselijke 192 pk maakt je met luchthappers en fraaie 18-inch wielen duidelijk dat hij best een rondje Nürburgring durft te doen. Peugeot steekt daar een tikje chic bij af, en had gerust wat scherper mogen zijn. Het is op een prima niveau, maar iets meer bijtende remmen en iets directer sturend zou de RC makkelijk dichter bij zijn concurrenten brengen. Qua gevoel, want de prestaties zijn het al.

Zoals eerder gezegd ziet het uiterlijk er wat braaf uit voor een hot hatch – een glimmende uitlaat voorkomt dat niet. Ook binnenin is het heel braaf. Geen witte tellers, afgeplat stuurwiel, fluorescerende biesjes en stiksels: het meest raceachting zijn de kuipstoelen – die prima zitten – en een chroom randje rond de tellers. Verder hele mooie, zachte materialen binnenin – dat is echt een verademing als je het met enkele concurrenten vergelijkt – en een goede afwerking. Die mooie materialen verklaren wellicht de wat hoge prijs, maar de RC is echt prima als je niet zo wilt opvallen. Als je anderen niet duidelijk wilt maken dat je hard kunt. Terwijl je dat zeker wel kan.

 
Ga maar na, de Mini Cooper S levert vrijwel dezelfde prestaties – hij gaat 5 km/u harder –, maar verbazingwekkender is het dat de Corsa OPC met bijna 20 pk méér niet opzienbarend beter presteert. En datzelfde geldt voor de Clio 197 – die doet de sprint van 0 naar 100 in 6,9 seconden en haalt een top van 215 km/u. En die laatste twee zien er aanzienlijk spectaculairder uit dan de 207 RC. Waarom geen al dan niet nutteloze gaten en kieren, luchthappers en bulten, suggestieve diffusers en dik aangezette spoilers? Zou Peugeot écht minder willen opvallen?
 
We denken dat de beschaafdheid van de 207 RC best positief kan zijn voor Peugeot, je buurman heeft tenminste niet het idee dat je bij een Duitse tuner bent langs geweest om de boel van spoilers en luchthappers te laten voorzien. Zeker als ze in staat zijn Le Mans dit jaar te winnen – van Audi, absoluut geen gemakkelijke opgaaf – dan geeft dat Peugeots sportieve imago een boost van jewelste. Dat los je niet op met rode stiksels. Aan de andere kant, je wilt toch wel dat anderen zien dat jij van sportief rijden houdt. En dat doe je niet met ordinaire zwarte achterramen of gepolijste buitenspiegels. Dat is zo Halfords. Zonder dat ben je namelijk ook snel. In stijl.

Reacties