De Jetta was altijd een invuloefening na de Golf. Het model was niets meer of minder dan een Golf met rugzak. Maar die tijd is voorbij.
 
Voor gemakzuchtige autojournalisten was de Jetta jarenlang een van de gemakkelijkste auto’s om te coveren. Ze pakten het verhaal van de Volkswagen Golf van twee jaar eerder erbij, pakten de ‘zoek-en-vervang’-functie en vulden de naam Jetta in op de plaats waar eerder Golf stond. Even wat oh en ah roepen over de grote kofferbak, en klaar. Voor minder gemakzuchtige autojournalisten was de Jetta om dezelfde reden een ramp. Want hoe kon je een origineel verhaal schrijven over een auto die niets meer of minder was dan een Volkswagen Golf met rugzak?
 
Die tijd is voorbij, want met ingang van nu mag de Jetta meer zijn dan de pakezeluitvoering-van. Daar zijn ze trots op bij Volkswagen. Sterker nog: het merk laat geen mogelijkheid onbenut om te benadrukken dat de nieuwe Jetta een op zichzelf staand model is geworden. Zo staat de Jetta voortaan op een eigen platform – dat een langere wielbasis heeft dan die van de Golf. Qua grootte valt de auto hiermee precies tussen de Golf en de Passat. Alsof ze het erom gedaan hebben. Ook het uiterlijk is ingrijpend gewijzigd. Het is gebaseerd op de New Compact Coupé die vorig jaar in Detroit stond en het heeft inderdaad weinig meer met dat van de Golf van doen.
 
De vraag is echter waaróm Volkswagen per se een eigen smoel wilde voor de Jetta. Want als Golf-met-kont was de auto heel populair. Vooral in de Verenigde Staten. Hij had daar een soort imago dat we hier niet echt kennen. Namelijk dat van de recht-door-zee auto, die prettig geprijsd was en waarmee je je overal kon vertonen. De berijders van een Jetta waren mensen die deugden; mensen die gingen voor kwaliteit zonder franje. Een burgermansauto, zouden wij zeggen, maar dat begrip kennen ze daar niet. Geloof het of niet, maar toen Amerikaanse studenten enkele jaren geleden in een onderzoek werd gevraagd wat hun droomauto was, noemden ze geen Corvette, Porsche, Ferrari of Cadillac, maar een Jetta.
 
In Europa waren sedans van het kaliber Jetta lang uit de gratie. Zeker in de populaire klasse van de VW Golf, Ford Focus en Opel Astra, waar de hatchback-versie nog steeds veruit favoriet is. Daarom bedient Volkswagen vooral de Europese Jetta-koper met het nieuwe uiterlijk. VW hoopt dat de auto hier wordt gezien als een compacte Passat. Dat is een brug te ver. Daarvoor oogt het toch allemaal wat te doorsnee. Netjes hoor, maar doorsnee. Wel kun je zeggen dat VW met de Jetta een klasse op zichzelf creëert. Want afgezien van een Skoda Octavia is er weinig dat in de buurt komt.
 
Volkswagen zelf ziet de Jetta als een belangrijke troef om de komende jaren Toyota van de troon te stoten als ‘s werelds grootste autofabrikant. Dat moet kunnen, want wereldwijd zijn er tot nu toe 9,6 miljoen exemplaren van de Jetta verkocht en de nieuwe Jetta zet die zegetocht ongetwijfeld voort. Want hoewel z’n uiterlijk misschien een beetje droog is, ziet alles er erg netjes en strak – ja, bijna tijdloos – uit. Het is de verdienste van Walter de’Silva, die bijvoorbeeld ook de Audi A5 tekende.
 
Dankzij z’n massieve onderkant en relatief kleine ramen oogt de auto solide en stoer. Ook de iets verder naar buiten geplaatste wielen dragen bij aan de zelfverzekerde houding. Opvallend is de knik bij het achterraam, die erg veel weg heeft van de zogeheten Hofmeister Knick van BMW. De voorzijde valt wat tegen. We zien hier meer overeenkomsten met de Polo dan met de Golf. De brede, donkere grille maakt deel uit van het overbekende familiegezicht en dat maakt ‘m een tikkeltje saai.
 
Het interieur is netjes en ingetogen en zakelijk, maar niet saai of lelijk. Overal zien we opbergvakjes en -vakken, die plaats bieden aan kleine spullen als een telefoon, portemonnee en frisdrankblikjes. Het knappe is dat Volkswagen de Jetta een kwalitatief hoogwaardige uitstraling heeft meegegeven. De materialen zien er goed uit en de afwerking is hoogwaardig. Toch heeft het merk in het interieur tamelijk veel harde kunststoffen gebruikt. De ergonomie is als vanouds goed. Het instrumentarium is overzichtelijk, de stoelen zitten goed en alles zit precies daar waar je het verwacht. Instappen en wegrijden dus.
 
Grootste pluspunt van de Jetta is, als vanouds, z’n laadruimte. Menig stationwagon kan niet op tegen de 510 liter van de Jetta. Ter vergelijking: de Passat heeft 565 liter bagageruimte. Bovendien is de bagageruimte geheel bekleed en goed te beladen. Uiteraard is de ruimte nog te vergroten door de achterbank in zijn geheel of gedeeltelijk weg te klappen. De bagageruimte kon zo gigantisch worden doordat de auto negen centimeter langer is dan z’n voorganger. De wielbasis groeide met zeven centimeter. Op de achterbank kunnen we met onze twee meter lengte gewoon goed zitten. Zelfs wanneer de voorstoel op onze eigen lengte is afgesteld.
 
In eerste instantie zijn er drie motoren leverbaar voor de Jetta: een 1.2 TSI, een 1.6 TDI (beiden 105 pk sterk) en een tweeliter TDI (140 pk). Later zal het motorenaanbod worden uitgebreid met een 122 pk sterke 1.4 TSI en een 200 pk sterke 2.0 TSI.
 
We gingen op stap met de 1.2 TSI. Niet alleen het instapmodel, maar tevens waarschijnlijk de meest verkochte versie in ons land. Ondanks de compacte viercilinder motor maakt de auto een goede indruk. Hij klinkt helemaal niet tuttig, is snel genoeg en vooral de eerste honderden meters van de sprint vallen niet tegen. Ongelooflijk dat onder de motorkap een 1.197 cc motortje ligt. Het koppel van 175 Nm is al vanaf 1.500 tpm beschikbaar en dankzij de turbo kun je met deze motor prima meekomen in het verkeer. De zesversnellingsbak schakelt prettig en trefzeker.
 
Dankzij z’n verbruik van 5,3 liter per 100 kilometer krijgt de auto een a-label en dus een bijtelling van 20 procent voor de zakelijke rijder. Het onderstel is weliswaar niet echt uitdagend, maar wel erg lekker. Daarbij is het ook nog eens voldoende uitgewogen om een sportief stukje te kunnen sturen. Rationeel gezien is de Jetta kortom een goede keuze. Nou alleen nog even proberen om rationeel te blijven bij het kopen van een auto.
 
 

Specificaties: 1.2 TSI


 

Leuk 

Prettige besturing, onderstel valt niet door de mand op een bochtig bergweggetje

 

Niet leuk 

Dat je wordt aangezien voor een leraar Duits in deze auto

 

TopGear-vonnis

Ergonomie top, tijdloos uiterlijk en een bagageruimte waar menig stationwagon niet tegenop kan. Goede, maar ietwat burgerlijke keus

 

Prestaties  

0-100 km/u in 10,9 sec., top 190 km/u, 5,3 l/100 km

 

Techniek  

1.197 cc, viercilinder turbo, voorwielaandrijving, 105 pk, 175 Nm, 1.870 kg, 1.205 g/km CO2

 

Doen!   

Lichtmetalen wielen bijbestellen (is pas standaard vanaf het topmodel)





Niet doen   

Een lichtgrijze kopen. De auto is al onopvallend genoeg





Prijs NL € 21.390

Prijs BE € 20.990

Reacties