Bij de Audi RS6 Avant word je afgeleid door de gigantische bagageruimte, in de sedan komen de kwaliteiten van de RS6 beter tot hun recht.
 
Honderden kilometers hebben we gereden met de RS6 Avant. Hij is namelijk mee geweest met onze superauto-trip op het eiland Man. Haal je oude Top Gears maar eens uit de kluis en sla het verhaal erop na. Veel reisgenoten waren lyrisch over de auto, maar ik hield zo mijn reserves. Audi mag dan al een behoorlijke traditie hebben opgebouwd met supersnelle stationwagons met beulen van motoren, de RS6 Avant is niet logisch. Begrijp me goed, hij gaat als een waanzinnige vooruit, maar wel erg vanzelfsprekend. Spannend werd het geenszins. Hij deed eerder aan de Terminator-speelpoppen denken dan aan de echte Arnie met shotgun.
 
De sedan is wat dat betreft veel echter. Je blijft achterom kijken als je ‘m ergens parkeert. Hij is gespierd, aanwezig en haast onheilspellend. Het is de ware supersedan. Dit kan ik begrijpen, de Avant niet.
 
De uitgeklopte wielkasten die de bredere wielen van de RS6 onderdak geven, lijken – zeker aan de achterzijde – nog prominenter aanwezig. Als je rijdt, voelt het alsof je in een coconnetje zit, dankzij de grote open ruimte van de Avant heb je dat niet. Het bestaansrecht van de sedan is duidelijker dan die van de ruimere broer. O, wat zullen er een discussies losbarsten. Als argument breng ik nu al in dat de vierdeurs veel meer áf lijkt te zijn. Dat is opvallend, want technisch zijn er nagenoeg geen verschillen. Onder de kap klopt hetzelfde hart, de aandrijflijn en het onderstel zijn eveneens identiek.
 
Juist die techniek is enorm indrukwekkend. Nu kan er al weinig misgaan met een vijfliter V10 die ook in de Lamborghini Gallardo terug te vinden is, om de honger naar snelheid te stillen zijn er ook nog eens twee turbo’s gemonteerd. Het vermogen is nu 580 pk, het koppel 650 Nm. Wat een krachtpatser. Dat koppel is al vanaf 1.500 tpm beschikbaar. Zijn werk doet hij met een ingetogen brom, dit in tegenstelling tot de Lamborghini, die met een gegil van jewelste laat weten bezig te zijn om topprestaties te leveren. Het geluid van de Audi is bij hoge toerentallen overigens erg mooi. Hij klinkt als een V8 die z’n vingers tussen de deur heeft gekregen. Gelukkig vindt de motor het heerlijk om hoog in de toeren te klimmen.
 
De auto is ontiegelijk snel. Tegelijkertijd is deze Audi zo verfijnd dat hij nooit zo snel voelt als-ie is. In 9,9 seconden zit de RS6 vanuit stilstand op 160 km/u. Sneller dan dit kunnen auto’s niet worden. En het is al helemaal niet slecht voor een auto die 1.985 kilo weegt. De sedan legt daarmee 40 kilo minder dan de Avant in de schaal.
 
Zouden we een supersedan-test doen dan zou hij zeker hoge ogen gooien tussen M’s, AMG’s en ander snel spul.

 

Reacties