De XLR-V is volgens Cadillac de snelste Caddy ooit. Is dat wel zo? Laten we eens kijken…
 
Op de vorige pagina heb je kunnen lezen dat de CTS-V ondanks zijn zwakkere motor toch sneller is dan de meest krachtige Cadillac ooit, de STS-V. Welnu, het wordt nog veel gekker. De Amerikanen beweren dat de XLR-V, die net als de STS-V per direct leverbaar is in Nederland, de snelste Caddy ooit is. Dat is echter onjuist, want de CTS-V is volgens de website van Cadillac gewoon een tiende sneller dan zijn coupé-cabrioletbroeder en hij heeft bovendien een aanzienlijk hogere topsnelheid. Kortom, als je dus echt de snelste Cadillac ooit wilt hebben, dan moet het er eentje zijn met het CTS-V-label op de kont. De XLR-V is dan weer wel de snelste Cadillac van het moment, want de CTS-V is met het verschijnen van de nieuwe CTS niet meer leverbaar.
 
Maar hoe is het om te rijden met de op een na snelste Cadillac ooit? Nou, mijns inziens een stuk fijner dan met de allerkrachtigste Caddy ooit. De XLR-V is lichter (maar nog steeds zwaar: 1.728 kg) en voelt strakker en meer gefocust aan. Hij deint wat minder en heeft betere ‘zeebenen’ dan de STS-V. Dat geeft je meer vertrouwen in de auto en daardoor geniet je al snel met volle teugen van de rijervaring, want de motor is geweldig en maakt het geluid van een bronstige grizzlybeer die in een tunnel staat te brullen. Simpelweg heerlijk.
 
Het uiterlijk van de auto mag er zijn. Wat ons betreft is de XLR-V – zeker in het zwart – een van de mooiere coupé-cabriolets. Z’n vormgeving is namelijk zo hoekig, zo apart en niet te vergelijken met andere auto’s uit dezelfde klasse dat je je aan het stuur van de auto voelt als een koekoeksjong in een vreemd nest. Echt een uniek ding dus, zo’n XLR-V, een beetje een Stealth zonder vleugels.
 
Het interieur van de Caddy daarentegen sluit niet echt aan bij z’n bijzondere uiterlijk. Het binnenste van de XLR-V is ten eerste niet echt ruimbemeten (ik zat met 1 meter 90 met mijn kruin tegen het dak aan) en ten tweede ziet alles er – net als in de STS-V – door de toepassing van veel plastic en nephout een beetje lowbudget uit. Jammer, maar het is iets wat je bij veel Amerikaanse auto’s voor lief moet nemen. Ze hebben bijna allemaal een goedkoop interieur.
 
Cadillac verwacht volgend jaar in Europa zo’n honderd exemplaren van de XLR-V te verkopen – een klein aantal dus. Dat zal wel te wijten zijn aan het feit dat Cadillac in Europa nog steeds niet echt is aangeslagen en vanwege het feit dat je voor het geld van een XLR-V ook een Corvette kan kopen.

Reacties