Vergeleken met de Ferrari en Lamborghini die we hier eerder testten, lijkt dit op het eerste gezicht de ‘C-divisie’. Zeker op een circuit als dit, waar je al je paardenkracht moet verzamelen om de lange heuvel op te rijden vanaf Castrol Edge (bocht 1) naar Remus (bocht 2), en dan hard door naar Rauch (bocht 3). Maar dit trio moet dat kunnen; ze zijn stuk voor stuk ontworpen om op elk stuk weg of circuit zo veel mogelijk lol te hebben. Dit zijn ware supercars. Dit is de Lotus Elise vs Caterham Seven vs Porsche Cayman GT4.

Laten we beginnen met de lichtste?

De voor de verandering fuchsia-kleurige en niet groene Caterham behoeft weinig introductie, want deze Britse auto bestaat al lang. Omdat ze allemaal op elkaar lijken, is het goed om even te verduidelijken met welk type we hier te maken hebben. Eerder scheurden we al eens met de Caterham 160 (80 pk), dit jaar kiezen we voor de andere kant van het spectrum; de 420R. De op één na wildste Caterham Seven, want bovenaan staat de 620R, waar je gegarandeerd in flauwvalt.

De R is uitgerust met het ‘Racing Pack’, wat onder andere inhoudt dat ie een sperdifferentieel, betere remmen en een betere ophanging heeft. Ook is er een 420S, de uitvoering met allerlei comfortabele extra’s zoals tapijt, verwarming en een dak. Je zou denken dat deze kleine sigaar met z’n 213 pk (2,0-liter Mondeo-motor) en 203 Nm door alles en iedereen weggeblazen gaat worden. Maar als je zijn lage gewicht ziet (560 kilo), dan ben je vooral bang dat de wind vat op ‘m krijgt.

Dat zal de laatste semi-verstandige gedachte zijn, voordat je jezelf in de cockpit wurmt, de vierpuntsgordel vastsjort en de motor start. Met veel wielspin vertrek je vanaf de startlijn om al schakelend door te denderen naar de eerste bocht. De hoeveelheid windgeruis is overdonderend, net als het lawaai. Remmen, snel terugschakelen en weer vol op het gas, en dat bocht na bocht blijven herhalen.

De Caterham is een echte hobby-wagen

Geen tijd om te denken, behalve aan de vraag hoe je zoveel mogelijk uit het vermogen van de Caterham Seven kunt halen. En dat valt nog niet mee. De besturing is nogal gevoelig en de parameters van het weggedrag liggen dusdanig ver buiten die van een ‘normale’ auto, dat je even moet wennen. Na een paar rondjes heb je door waar de grenzen liggen en dat is spectaculair. Wil je driften? Dan is dit je auto. Maar het is net zo vermoeiend als dat het opwindend is.

Het geweld van de wind die door de cockpit raast, benadert de kracht van een orkaan, mede omdat ik de deuren in de pits heb achtergelaten. Mijn zonnebril vliegt van mijn hoofd, de wapperende uiteinden van de gordels veranderen in meppende zwepen. Een helm zou uitkomst bieden, zeker met in het achterhoofd de gedachte dat een harde ontmoeting met de vangrail altijd op de loer ligt. Later rijd ik mét deuren waardoor het klimaat in de Caterham een fractie verbetert, maar geciviliseerd is het niet.

Dat is exact waar de koper van een dergelijke auto naar zoekt. Caterham Seven teert al jaren op hetzelfde concept; dat is waar de auto z’n charme aan ontleent en zo zal het blijven. Deze tweezitter is van een bijzondere soort en bezet een unieke plaats in het autolandschap. Eigenlijk is het gek om ‘m te vergelijken met andere roadsters, maar dat gaan we toch proberen.

De Lotus Elise is aan de beurt

Terwijl de Caterham afkoelt, spring ik in de relatief rustige cockpit van de Lotus Elise. Dit is de Elise 220 Cup (voorheen bekend als de S Cup), een softere uitvoering van de Cup R. Belangrijk zijn de 1,8-liter viercilinder Toyota-motor met 220 pk, het gewicht van 952 kilo en een paar komische, enorme aerodynamische attributen die de Lotus bij een snelheid van 150 km/u met 100 kilo neerwaartse kracht op de weg drukken. In vergelijking met de Caterham Seven is de Lotus Elise een zwaargewicht en om dat te compenseren heeft ie slechts zeven pk meer. De aerodynamica moet wel goed zijn, anders wordt het niets.

Daardoor vallen de eerste rondjes tegen. Eerst denk ik nog dat het weer de auto parten speelt, het is niet erg warm, dus ik geef de Lotus Elise een paar ronden om goed warm te worden. Het mag niet baten; de Lotus Elise is nog steeds niet enthousiast te maken voor het bochtenwerk. Alle grip lijkt op de achteras te zitten, niets aan de voorkant. Perfect stuurgedrag en schokdemping zijn toch de ware speerpunten van het merk, maar bij het onderdeel sturen gaat het al mis. Bovendien voelt de versnellingsbak gedateerd en onnauwkeurig.

De volgende is de Porsche Cayman GT4

Ik ben dermate verbaasd dat ik ga denken dat het aan het circuit ligt, met alle tegengestelde, hellende asfaltdelen. Maar dit is een Lotus en de andere auto’s doen het prima. Van alle auto’s op de wereld zou deze toch heer en meester moeten zijn op dit terrein. Niet vandaag met deze 220 Cup. Ik vermoed dat een groot deel van het probleem te wijten is aan de banden die nooit echt warm wilden worden. Helaas hadden we geen vervangend setje, dus harde conclusies kan ik niet trekken. Toch weet ik zeker dat Lotus beter kan presteren. Ik zet ‘m aan de kant en ga verder met de Porsche Cayman GT4.

Al bij de aanblik van deze auto verdwijnt mijn teleurstelling over de Lotus Elise als sneeuw voor de zon. Op foto’s lijkt de GT4 misschien wat overdadig uitgerust, met zijn taartschep en koolstofvezel, maar in werkelijkheid ziet ie er perfect uit. Voor het geval je het niet hebt meegekregen: elke fan hoopte dat Porsche deze auto zou gaan bouwen, een Porsche Cayman GT4 met de grotere 3,8-liter motor uit de 911 Carrera S. Dat is niet alles. Zoals de naam doet vermoeden, is dit een product van de Porsche GT-stal, dus per definitie speciaal.

De motor zorgt voor 45 pk extra vermogen ten opzichte van de GTS, de ophanging aan de voorkant is vrijwel geheel overgenomen van de 911 GT3 en de handgeschakelde bak heeft een nog wat kortere pook dan de GTS. Je kunt ook kiezen voor rolkooi-opties vóór en/of achter als je van plan bent te gaan racen. De koolstof remmen zijn dezelfde als die van zijn grotere broer met de motor achterin. Op papier klopt alles, maar kan hij overweg met dit listige circuit?

De GT4 is een magische wagen

Na een meter of tien heb ik al door dat ik hier in iets bijzonders rijd, iets briljants zelfs. De motor heeft niet die enorme geestdrift van die van de GT3 (9.000 toeren per minuut). Maar ik mag niet klagen over de manier waarop de auto door deze motor over het asfalt wordt gestoten. Het schakelen gaat niet zo precies als in de GTS. Je hebt iets meer tijd nodig, maar het is nog steeds van hoge kwaliteit. En dan het chassis, daar zou ik een heel boek over kunnen schrijven.

Maar het meest indrukwekkend is toch de manier waarop de GT4 stuurt. Grip, meer grip en nog meer grip. Je zelfvertrouwen wordt steeds groter zodat je steeds harder wilt. De plaatsing van die sterke motor in het midden van de auto speelt daarbij een belangrijke rol. Hoe snoeihard je de Cayman ook van links naar rechts gooit, hij blijft stabiel en dat kun je van de Britse concurrenten niet zeggen.

De Porsche Cayman GT4 wint deze strijd met gemak, met twee vingers in z’n neus. De Caterham Seven biedt spanning en sensatie op zijn eigen unieke manier, maar je moet ervoor in de wieg gelegd zijn. De Lotus Elise zou op een goede dag veel meer vermaak en competitie moeten kunnen bieden. We hebben al zo vaak met leuke Elises gereden dat we het ‘m deze keer vergeven.

Welke zouden wij kopen?

De GT4 behaalt zonder enige twijfel de overwinning. Hij is alles wat een echte sportauto moet zijn; een auto waar je de hele dag in wilt racen. Ik heb nog niet de eer gehad de GT4 mee de weg op te nemen, maar hij is daar ongetwijfeld net zo goed als hier op de Red Bull Ring. Het vergt wel een zeer speciale auto om deze Porsche Cayman GT4 te verslaan. Dus, ‘C-divisie’? Absoluut niet.

Porsche Cayman GT4


Motor
3.800 cc
zescilinder boxer
385 pk @ 7.400 tpm
420 Nm @ 4.750 tpm

Aandrijving
achterwielen
6v handbak

Prestaties
0-100 km/u in 4,4 s
top 295 km/u

Verbruik (gemiddeld)
10,3 l/100 km
238 g/km CO2
G-label

Afmetingen
4.438 x 1.817 x 1.266 mm (l x b x h)
2.484 mm (wielbasis)
1.340 kg
54 l (benzine)
150 + 275 l (bagage)

Prijzen
NL € 126.100 (25%)
BE € 88.451

Caterham Seven 420R


Motor
1.999 cc
viercilinder
213 pk @ 7.600 tpm
203 Nm @ 6.300 tpm

Aandrijving
achterwielen
5v handbak

Prestaties
0-96 km/u in 3,8 s
top 218 km/u

Verbruik (gemiddeld)
n.b.
CO2-uitstoot n.b.

Afmetingen
3.380 x 1.575 x 1.115 mm (l x b x h)
2.225 mm (wielbasis)
560 kg
tankinhoud n.b.
bagageruimte n.b.

Prijzen
ca. € 46.000 (excl. belastingen)

Lotus Elise 220 Cup


Motor
1.798 cc
viercilinder supercharged
220 pk @ 6.800 tpm
250 Nm @ 4.600 tpm

Aandrijving
achterwielen
6v handbak

Prestaties
0-100 km/u in 4,6 s
top 225 km/u

Verbruik (gemiddeld)
7,5 l/100 km
175 g/km CO2
G-label

Afmetingen
3.824 x 1.719 x 1.117 mm (l x b x h)
2.300 mm (wielbasis)
952 kg
40 l (benzine)
112 l (bagage)

Prijzen
NL € 58.390 (25%)
BE € 48.310

Reacties