We zullen de laatsten zijn om te beweren dat er met de vorige Opel Astra geen lol te beleven viel. We bewaren goede herinneringen aan de OPC en ook de BiTurbo CDTI met 195 pk was er eentje om te onthouden. Helaas waren dat niet de versies die in Rüsselsheim het grote brood op de plank moesten brengen; de standaard Astra’s, hoewel prima rijdende auto’s, blonken niet echt ergens in uit en ondervonden door hun hoge gewicht en uitstoot bovendien nogal wat hinder van de Nederlandse belastingregels. Het gevolg was dat het aandeel van de Astra in het c-segment in 2014 was gezakt naar vier procent. Dat is even pijnlijk slikken voor een auto wiens voorgangers ooit de bestverkochte modellen van ons land waren. Ondanks dat de Astra het elders helemaal niet zo slecht deed – in 2014 werden er nog altijd 230.000 verkocht – zag Opel in dat ze het met deze nieuwe generatie anders moesten aanpakken. Ze wilden weer op het hoogste niveau meespelen, vooruitstrevend zijn in plaats van achter de feiten aan rollen. In Nederland moet de populariteit van de Astra in 2016 terug zijn op het niveau van 2010 met een segmentaandeel van bijna 12 procent. Ambitieus? Dat in ieder geval.

Hoe hebben ze dat bij Opel aangepakt?

Gelukkig voor Opel lijkt het erop dat ze het juiste materieel in de aanslag hebben. De veelbesproken en hooggewaardeerde Monza conceptcar stond aan de voet van het ontwerp van de nieuwe Astra, met als gevolg dat we even tien keer met onze ogen moesten knipperen toen hij in de aanloop naar de autoshow van Frankfurt werd onthuld. Je zult het met ons eens zijn: dit ziet er verdraaid goed uit voor een brave midsize hatchback. De nieuwe Astra pronkt met een brede neus en ranke flanken, een speelse daklijn en een herkenbaar, strak ogend achterste. Het is een totaalplaatje dat uitstekend klopt en dat bovendien nu eens niet een algehele styling-ommezwaai is, maar een geslaagde evolutie van z’n voorganger. De knappe kenmerken houden niet op aan de oppervlakte: in naam van de efficiëntie werd ook onderhuids flink ingegrepen. Zo werden bepaalde delen van de ophanging gestroomlijnd om bij te dragen aan een lagere luchtweerstandscoëfficiënt (van 0,32 naar 0,285) zonder dat de onderzijde met panelen afgedekt hoefde te worden. Daarnaast werden er op meerdere plaatsen talloze kilo’s vanaf geschaafd: de carrosserie is 21 procent lichter (en toch stijver), het chassis 50 kilo lichter, de motor 10 kilo lichter, de stoelen 10 kilo lichter, enzovoort. Zo is de nieuwe Opel Astra 1.4 Turbo in totaal 130 kilo kwijt; bij de biturbodiesel, die volgend jaar komt, scheelt het zelfs 200 kilo. Een deel van de zwaarlijvigheid van de vorige Astra had te maken met z’n platform, dat ook de basis vormde voor auto’s als de zevenzits Zafira en de vierwielaangedreven Antara. Nu Opel een joint venture met Peugeot heeft gesloten voor hun crossovers en MPV’s, konden de ingenieurs van de Astra zich op één enkel model concentreren. Zo te zien werkte dat bevrijdend.

Het interieur van de Opel Astra 1.4 Turbo

Hoewel de Astra iets korter werd, vinden we in het interieur meer hoofd- en beenruimte dan voorheen. We kijken uit op een vloeiend vormgegeven dashboard met – en je mag hier een zucht van verlichting slaken – ongeveer een derde van het aantal knoppen dat we in het vorige model tegenkwamen. Opel heeft goed geluisterd naar de veel gehoorde klacht dat hun dashboards een zootje waren: voorzagen ze eerder al de Insignia van een nieuw infotainmentsysteem met een aanraakscherm en een beperkte hoeveelheid knoppen, nu heeft de Astra dezelfde behandeling gekregen. Het mooi weggewerkte 8-inch scherm toont de informatie helder en duidelijk en laat zich simpel en vlug bedienen. De interieurontwerper gaf de sierstrip onder het scherm zelfs een randje waar je met je duim op kunt rusten, zodat je niet per ongeluk je moeder belt als je op matig wegdek de navigatie probeert in te stellen. Slim. Al snel vinden we een prettige zitpositie op de optionele massagestoelen, die zoals wel vaker bij Opel met vlag en wimpel zijn goedgekeurd door de Duitse Vereniging ter Voorkoming van Beurse Ruggengraten. Achter de geheel nieuwe 1,4-liter turbomotor, het viercilinder broertje van de geslaagde 1.0 driecilinder die we uit diverse andere Opels kennen, hangen een lichte koppeling en een moeiteloos schakelende zesbak die vanaf moment één onderschrijven wat de intenties van Opel met deze Astra waren.

‘Het nieuwe OnStar-systeem ken je wellicht als je sinds, och, 1997 een GM-huurauto in de Verenigde Staten hebt gereden’

Dit wordt nog duidelijker wanneer je voor het eerst een bocht in stuurt. De Opel Astra 1.4 Turbo volgt je bewegingen nauwgezet en met een verwaarloosbare reactietijd. Hij voelt bijzonder lichtvoetig en kwiek aan; je tikt ‘m door de bocht als een uit de kluiten gewassen pingpongbal. Gezien de gewichtsbesparing hadden we vooraf een zekere verwachting bij zijn rijgedrag die hij meer dan waar blijkt te maken. Als het onderstuur komt, komt het laat; je moet je klaverbladen wel met erg veel bravoure nemen om er überhaupt tegenaan te schuren. Een helpende hand wordt hierbij geboden door een onderstel dat, laten we zeggen, van het doortastende soort is. Het duiken en hellen blijft binnen de perken en de vering en demping houden het rubber effectief aan de grond, al gaat dit op slecht wegdek en korte hobbels wel ten koste van het comfort. Als het een hete sportversie betrof, zouden we dit niet opmerken, maar op de standaard Opel Astra 1.4 Turbo zou het van ons iets toegeeflijker mogen.

Kan ik dan nog wel rustig in de Opel Astra 1.4 Turbo rijden?

Wat verder opvalt, is de stilte aan boord. Banden en ophanging geven weinig herrie door, windgeruis blijft op de achtergrond en ook de motor doet zijn best om zich niet al te kenbaar te maken. Dat geldt overigens zowel voor z’n geluid als voor z’n manier van presteren: bij een viercilinder met turbo van 150 pk verwacht je ergens vroeg in het toerengebied een zekere duw in je rug, maar die komt niet echt. In plaats daarvan geeft de motor zijn kracht lineair af en nodigt ie, heel on-turbo, uit om toeren te maken. Wat overigens geen kwaad kan, gezien de aardig lange versnellingen. Ergens is dit wel jammer, want een duidelijker gevoel van boost had zich goed laten combineren met het vitale weggedrag van de Opel Astra 1.4 Turbo. Gelukkig kun je binnenkort ook opteren voor een sterke 1,6-liter turbo, die we kort probeerden en meteen hoog op ons joepie-lijstje plaatsten. Opel start met de nieuwe Astra een technisch offensief waarmee ze de concurrentie de loef hopen af te steken. Zo is het de eerste auto in het segment die is uit te rusten met intelligente full-led matrix-koplampen, waarmee je continu met grootlicht kunt rijden omdat hij bij voor- en tegenliggers de verblindende straal deels blokkeert. We reden ’s avonds over onverlichte b-wegen en zagen hoe andere auto’s inderdaad uit het licht gehouden werden, maar sommige kliko’s en struiken ook, waardoor we ons af en toe een rijdende discobal voelden. Grote, reflecterende verkeersborden werden juist vol belicht en lieten ons grabbelen naar een zonnebril. We hebben dit soort systemen beter zien werken, maar helemaal feilloos zijn ze vooralsnog nooit, dus we zouden deze optie lekker laten voor wat ie is. Geslaagder is de hoge mate van connectiviteit die Opel desgewenst voor je inbouwt: Apple CarPlay en Android Auto, een 4G LTE wifi-hotspot voor maar liefst zeven apparaten (hoeveel tablets hebben jouw kinderen?) en het Opels OnStar-systeem behoren tot de mogelijkheden. Dat laatste ken je wellicht als je sinds, och, 1997 een GM-huurauto in de Verenigde Staten hebt gereden, want zo lang bestaat het daar al. Je kunt via een knopje of een app contact zoeken met iemand die je eigen taal spreekt en die desgewenst bestemmingen voor je op kan zoeken en op afstand kan invoeren, je auto van het slot kan halen of je bijvoorbeeld je bandenspanning kan vertellen. Zie je een ongeluk gebeuren, dan kun je dit vliegensvlug via een SOS-knop doorgeven – gaat je eigen airbag af, dan zoekt OnStar contact met je en sturen ze zo nodig hulp.

Kan ik nog meer kiezen dan alleen de Opel Astra 1.4 Turbo?

Opel Nederland levert de nieuwe Astra in eerste instantie met twee benzine- en twee dieselmotoren. De instapper is de 1.0 turbo met 105 pk en 99 g/km CO2, die vanaf 19.995 euro in de prijslijst staat. Daarna volgt de door ons geteste 1.4 turbo met 150 pk. In België wordt ook een versie met 125 pk geleverd, alsmede een turboloze 1.4 met 100 pk (vanaf 17.975 euro). De diesels zijn beide 1.6 CDTI’s met 110 en 136 pk, die 90 en 99 g/km CO2 weten te halen – nu goed voor 20 procent bijtelling, volgend jaar voor 21 procent. Begin 2016 volgt een EcoFlex-diesel (110 pk), plus de eerder genoemde 1.6 Turbo en biturbodiesel met respectievelijk 200 en 160 pk. Op de meeste versies is ook een automaat te leveren; de 1.0 Turbo is er met een gerobotiseerde handbak die we – we kennen die dingen langer dan vandaag – bij voorbaat zouden mijden. Verder niet onbelangrijk: de gewilde Sports Tourer komt in april. De nieuwe Opel Astra 1.4 Turbo is meer dan alleen een poging om in een snel veranderend segment weer voet aan de grond te krijgen: het is een mooie en erg fijn rijdende auto die het absoluut verdient om vanaf nu weer naast de Golf, Mégane en Focus op shortlists te verschijnen.


Opel Astra 1.4 Turbo 150 pk Innovation



14/20



Motor

1.398 cc

viercilinder turbo

150 pk @ 5.600 tpm

230 Nm @ 2.000 tpm



Aandrijving

voorwielen

6v handbak



Prestaties

0-100 km/u in 8,5 s

top 215 km/u



Verbruik (gemiddeld)

4,9 l/100 km

114 g/km CO2

B-label



Afmetingen

4.370 x 1.871 x 1.485 mm (l x b x h)

2.662 mm (wielbasis)

1.220 kg

47 l (benzine)

370 / 1.210 l (bagage)



Prijzen

NL € 25.395 (25%)

BE € 24.425



Het vonnis

Niet alleen maar een mooi snoetje: de nieuwe Astra is gefocust, modern en levendig. Frisse en schone techniek maakt ‘m in Nederland eindelijk weer kansrijk

Reacties

Meer van TopGear