Vanaf een afstandje is ie vriendelijk, maar hij is boosaardig van dichtbij. Ga even goed zitten voor de meest recente variant van de BMW M5.
 
door James May, fotografie: Paul Barshon
 
Als we het gaan hebben over de M-reeks van BMW, dan zullen we er rekening mee moeten houden dat er het meest wordt gezegd en geschreven over de M3. De M3 is het soort auto waarvan eigenaren de illusie hebben dat ze ‘m met accessoires kunnen opkalefateren, daarom wemelt het van M3-achtigen die in feite niet meer zijn dan gewone 318’s met wat badges, maar ook de deceptie bieden van een enkele, standaard uitlaatpijp.
 
Ik daarentegen ben meer van het M5-type. De M5 is een soort salon. De 5-serie is altijd een fatsoenlijk model geweest, met een riante kofferbak en de motor voorin. Hij is niet zo groot dat ie ooit zal eindigen als een taxi voor een chauffeur met een slecht zittend colbertje, zoals de 7-serie, maar hij is groot genoeg om rustig rond te toeren met wat passagiers. Voor een auto heeft de 5-serie exact de juiste maten, en ik houd van auto’s met vier deuren.
 
Wat ook scheelt is dat ik nog nooit een slecht exemplaar heb getroffen. Toen ik net begon met dit werk had je grote modellen met twee-liters, om te besparen op belasting en bijtelling. De 520 was best sloom en je had zelfs een 518. Toch waren dat heerlijke auto’s. Het waren gewoon prettige ruimtes om in te verblijven.
 
Heb je interesse in een 5-serie – ik denk dat dat binnenkort het geval zal zijn – dan is het middenmodel 528i een uitstekende keuze. Dan heb je 242 pk en die kost 51.400 euro (in België 46.200 euro). Wat zou je van hetzelfde formaat in Nederland kunnen kopen voor 132.250 euro, in België voor 108.000 euro? Een M5 dus. Dan heb je 560 pk, en als ik alle voors en tegens op een rijtje zet, vraag ik me af of je dat nodig hebt. Laten we deze meneer eens goed tegen het licht houden en bekijken waarom er zo veel ophef is.
 
Hij lijkt op een 5-serie, dus dat – ik wil er niet over blijven doormekkeren – is goed nieuws. Hier en daar is ie iets opgezwollen, de velgen zijn reusachtig en die gaan onvermijdelijk binnenkort in aanraking komen met een stoeprand, hetgeen doodzonde is. Maar zolang ze nieuw zijn, en ongeschonden, zien ze er fantastisch uit. De remklauwen hebben de kleur van een plek ergens zeer diep in de Adriatische zee. Geel of rood zou ernstig hebben misstaan. Eigenlijk is het blauw van de remklauwen voldoende reden om de auto te nemen. Je kunt er van alles aan aflezen.
 
Het is al met al een redelijk discrete verschijning totdat je ‘m van dichterbij bekijkt, en dan ziet het er toch wat grimmiger uit. Hij lijkt wat dat betreft een beetje op Ronald McDonald.
 
In het interieur tref je de bekende combinatie van genadeloze BMW-logica en sobere, goede smaak. Ik word altijd boos van auto’s met heel veel knopjes en hendels want dan voel ik me een soort gevechtsvlieger. Er zit precies genoeg in, en minder zelfs dan je zou verwachten als je bedenkt dat je de auto geheel opnieuw kunt configureren. Binnen tien minuten had ik wel in de gaten hoe ik de belangrijkste dingen moest bedienen, al moet niet worden vergeten dat er diep in de menu’s van het iDrive-systeem onbegrijpelijke opties schuilgaan die zaken aansturen waar je nog nooit van hebt gehoord. Overigens zijn de a-stijlen bekleed met fraai, suèdeachtig materiaal.
 
Bij het wegrijden vereist het aangrijpen van de dubbele koppeling wat subtiel voetenwerk, maar het verloopt stil en soepel. Bij een kruising slaat de motor af. Hij is voorzien van stop-start. Dat systeem werkt als volgt: als je een kruising nadert en je houdt je voet op de rem, dan gaat het systeem ervan uit dat er zoiets als verkeerslichten of kruisend verkeer is, en schakelt het de motor uit. Wil je optrekken, dan wordt de motor gestart (ja, dat ligt toch wel voor de hand). Als je vaart mindert en je haalt je voet van de rem, dan laat het systeem de motor draaien in de veronderstelling dat er sprake is van langzaam rijdend verkeer.
 
‘De M5 is zo waanzinnig snel dat je net zo goed het M-knopje op nummer 2 kunt zetten en jezelf direct kunt aangeven bij het politiebureau’
 
Bizar: een deel van de lol van het rijden met de nieuwe M5 met 560 pk wordt bepaald door het systeem te slim af te zijn om de motor niet af te laten slaan. Ik heb hier een beetje mee zitten spelen, en ontdekte een nog leuker spelletje: het knopje indrukken waarmee het complete systeem wordt uitgeschakeld. Dat zou ik willen aanbevelen, gevolgd door het onmiddellijk muurvast lijmen ervan. Ik heb te lang in oude auto’s gereden om te kunnen genieten van een auto van 132.250 euro die zo is ontworpen dat de motor afslaat op rotondes.
 
Trouwens, met welk doel? Om de wereld te redden? Als je je daar zorgen over maakt, dan kun je net zo goed met een Kleenex-zakdoekje proberen het lek van een olietanker weg te werken. Koop dan maar die met een kleinere motor in plaats van deze voor mij te bederven. Discussie gesloten.
 
Nog meer knopjes: er zijn voortaan twee M-knopjes op het stuur die je kunt programmeren, wederom in de peilloze diepte van iDrive, om van alles mee te regelen. Ik stelde die zo in dat de ene volledig is gericht op comfort en de andere (tractiecontrole, onderstel, blablabla) op woest rijgedrag. Of eerlijk gezegd deed de man van BMW dit voor me terwijl ik een sigaartje rookte. Ik kan dit natuurlijk best zelf, ik ben een fan van iDrive, maar een sigaartje op zijn tijd versmaad ik niet.
 
Dan zit er nog een schakelaar achter de versnellingspook waarmee de snelheid van schakelen op drie niveaus kan worden ingesteld. Prima. De oude M5 bood om onduidelijke redenen elf verschillende standen, en in deze heb je het niet nodig omdat de dubbele koppeling zo goed werkt.
 
We zijn op weg, eindelijk. Hij heeft head-up display. Fantastisch. Vanzelfsprekend kun je dat ook naar eigen wens configureren, ik heb gekozen voor snelheid, versnelling en, eh, wat krijgen we nou? Je gaat me toch niet vertellen dat BMW’s befaamde econometer in de voorruit wordt geprojecteerd? Het moet toch niet gekker worden. Nee, stom, het is gewoon de toerenteller. Goddank.
 
De drang naar voren van de M5 is natuurlijk gigantisch, want hij beschikt over 560 pk en een koppel van 680 Nm. Het is ook nog eens verrassend weinig spectaculair zoals het vermogen door de nieuwe dubbele turbo wordt ontwikkeld, want volkomen lineair, zonder schokken. Het zal ongetwijfeld verband houden met milieuredenen, BMW heeft ook twee cilinders gekort, maar ik vind het best. Ik zeg het nog maar eens: auto’s worden beter naarmate overbodige ballast wordt weggewerkt.
 
Daarmee komen we op een scheiding der geesten. Willen we opwinding of moeiteloze prestaties? Beide zouden hand in hand moet gaan, maar op een of andere manier vinden we dat de luidruchtige Lamborghini spannender is, uitdagender, vernuftiger. De nieuwe M5 is in alle opzichten verantwoord. Het rijgedrag is goed, het schakelen gaat soepel en onmerkbaar, het interieur is stil, en een doodenkele keer slechts dringt geluid door. Al snel vergeet ik M-knopje nummer twee en laat alles zoals het is. De nieuwe M5 is werkelijk formidabel.
 
Kritische kanttekeningen? De voorkant gaat naar mijn mening op iets te grote voet door het leven, maar dat geldt voor alle auto’s met bijzonder veel vermogen, en ook voor mezelf trouwens, nu we het er toch over hebben. De hendels achter het stuur zitten iets te dichtbij de flippers waardoor ik af en toe onbewust een grootlichtsignaal gaf aan tegenliggers die misschien nog aan het zoeken zijn naar een verklaring daarvoor. Komt dit omdat de hendels in mijn Ferrari mijlenver verwijderd zijn van de flippers? Wél is de nieuwe M5 een beetje duur, ook al werd ie in Nederland door belastinggeneuzel goedkoper dan de oude.
 
Het grootste probleem is dit: de M5 is zo waanzinnig snel, en inhalen van anderen die het rustiger aandoen is zó verslavend dat je net zo goed het M-knopje op nummer twee kunt zetten en jezelf direct aan te gaan geven bij het politiebureau. Of je gaat terug naar de dealer en koopt een 528i. En dan kan ik nu aan mijn kin krabben. Want het woord is aan een E63.
 
 
Lees het vervolg op James’ verhaal, met The Stig en een Mercedes E63 AMG, hier.

Reacties