De legende zelf komt aan het woord op de vorige pagina’s, en op deze bladzijden laten we je zien hoe Mercedes denkt dat Stirling Moss eruit zou zien als hij een auto was. Dit is de Mercedes McLaren SLR Stirling Moss.
 
Coupés, cabriolets, roadsters, door-ontwikkelde speciale edities met plexiglazen ruiten: autobouwers hebben zich erin gespecialiseerd om steeds meer geld te vragen voor minder materiaal. En dan hebben we het nog niet over koolstofvezel.
 
De Mercedes McLaren SLR Stirling Moss kost 750.000 euro (exclusief BPM en exclusief BTW natuurlijk) en dan krijg je geen ruitenwissers, geen stereo en bovendien geen dak. Maar laat het duidelijk zijn: dat maakt deze auto geen spatje minder geweldig.
 
Eerst even de hamvraag: wat ís deze auto eigenlijk? Nou, de SLR Stirling Moss is onder andere het voorlopige einde van de samenwerking tussen Mercedes en McLaren op productiegebied. Die samenwerking begon met de gewone versie in 2003, daarna de gelimiteerde 722, waarna in 2007 de Roadster volgde, en dit model is het eind van het verhaal dat is geïnspireerd op de 300 SLR uit 1955 van Stirling Moss. Sommigen zullen een zucht van verlichting slaken, anderen zullen het betreuren. Wat deze auto in elk geval ook is, is een waardig einde aan die loftuitingen van Mercedes en McLaren aan de coureur die op historische en unieke wijze zegevierde in de Mille Miglia van 1955 – 54 jaar geleden. Het is een groots eerbetoon.
 
Wat heeft de SLR Mercedes en McLaren gebracht? Er gaan geruchten dat Mercedes en Aston Martin hard peinzen over een samenwerking, en dat terwijl McLaren zelf binnenkort met een volledig nieuwe auto met een middenmotor komt, voor de openbare weg. Dat lijkt erop alsof de wegen van Mercedes en McLaren nogal uiteen beginnen te lopen – en dat dat niet helemaal in harmonie gaat. Anderzijds zijn er 1.500 SLR-coupés en 500 Roadsters verkocht sinds 2003. Dat maakt deze modellen niet alleen de bestverkochte hyperauto’s annex supercars van het begin van de 21-ste eeuw, naar alle waarschijnlijkheid is het ook de meest bewonderde auto van deze tijd.
‘Alleen een hedendaagse Formule 1-auto biedt een even extreem uitzicht als deze auto, en zelfs dat is nog te zacht uitgedrukt’
 
Voor sommigen was het de ultieme GT: de eigenaars konden er niet genoeg van krijgen om je te vertellen dat hun hele set golfclubs makkelijk in de achterbak paste, en dat ze dan rustig even 3.000 kilometer reden naar de golfbaan, om dan fris als een hoender een balletje te slaan. Hij reed, kortom, best lekker. We kennen zelfs iemand die 30.000 kilometer per jaar reed in z’n SLR. Alleen een dwaas zou dat proberen uit te halen met een Ferrari Enzo of een Porsche Carrera GT.
 
Anderen vonden de filosofie achter de auto – minder voor meer – ook best aardig, maar kon het niet nog een tikje wilder? Wij op de redactie bijvoorbeeld waren daar voorstanders van. Ik las net de conclusie van ons verhaal uit 2007, over de 722: ‘Wij willen een SLR Club Sport’.
 
En nu is-ie er. Het is een beetje lastig kiezen waarmee we dit verhaal moeten beginnen. Misschien maar vanachter het stuur. Alleen een hedendaagse Formule 1-auto biedt een even extreem uitzicht als deze auto, en zelfs dat is nog te zacht uitgedrukt. De enorme motorkap en de welvingen ervan, betekenen dat je uitzicht in feite nog veel extremer is dan dat op het beschaafde neusje van een Formule 1-auto. De cockpit is de spectaculairste die we ooit hebben gezien in een auto die bedoeld is voor de openbare weg. Denk aan een enorme versie van de Caterham R500 (en ook aan een enorm veel duurdere versie van de Caterham R500).
 
Het is ook even minimalistisch als de Caterham R500. De SLR Coupé had al geen cockpit waar de accessoires uitpuilden, maar dit is een heel ander verhaal. Er is een airconditioning (die waarschijnlijk vooral zal worden gebruikt op de heetste stand, gezien het ontbrekende dak), er is een versnellingspook, en er zijn twee stoelen. Zelfs de pook is piepklein. Te klein naar onze smaak – de leuke startknop die in de SLR in de kop van de pook zat, is niet meer. Helaas.
 
Het leukst aan de Stirling Moss zijn de mammoetachtig hoge instapdrempels. Die zijn nog eens tien centimeter hoger dan ze al waren in de SLR (en waarmee Britney Spears niet zo goed uit de, eh, voeten kon).
 
De middenconsole, die de enorme tunnel laat zien waarin de transmissie ligt, is geheel en al bedekt met koolstofvezel. Het stuur is gedeeltelijk bekleed met alcantara. Net zoals zijn voorloper uit de jaren vijftig, heeft de SLR Stirling Moss enorme luchtinlaten achter de hoofdsteunen, die nu tegelijkertijd dienstdoen als rolbeugels. De achterkant van de auto ziet er daardoor uitzinnig snel uit, zelfs als-ie stilstaat.
 
Maar het mooist van alles is de manier waarop het exterieur overgaat in het interieur. Normaal zit daar een voorruit tussen, en dat die ontbreekt, maakt dat je erg bewust wordt van het feit dat een auto eigenlijk een geheel is. Twee windvangertjes – die nauwelijks die naam mogen hebben – doen daar weinig aan af. Dat ze zo klein en laag zijn, komt doordat wettelijke bepalingen ze bij een hoogte van meer dan 36 millimeter zou verplichten wissers te hebben. En dat werd zelfs de ontwerpers van deze auto te gek.
 
De buitenkant loopt nu dus vrijwel direct door, waardoor de instrumenten en meters lijken te worden opgegeten door het plaatwerk. Ik heb eigenlijk nog nooit in een auto gezeten die me zo aanzette om te gaan rijden – de verleiding is werkelijk van een duivelse intensiteit. Je voelt dat het moet.
 
Dat zou desalniettemin een vergissing zijn. Niet in het minst omdat de Mercedes McLaren SLR Stirling Moss alleen als prototype bestaat, en de auto die je op de foto’s ziet maximaal 15 km/u kan rijden. Onder de kap ligt wel degelijk de 722-motor, met 650 pk, een 5,4-liter met supercharger. Het is dus wel het echte werk, maar dan tamelijk rigoureus begrensd. Dus we konden ‘m wel rijden, maar waarschijnlijk waren we niet ver gekomen, en al helemaal niet hardrijdend.
‘Er moest 200 kilo gewicht worden bespaard, en de nieuwe versie moest tenminste 350 km/u kunnen rijden’
 
Maar voor een prototype is dit wel een heel erg áf exemplaar. Alles werkt. Verrassender nog is dat dit model is voortgekomen uit een afgedankte SLR Coupé, waaraan een ploegje mecaniciens van McLaren met een aardige gereedschapskist wat begon te sleutelen. Al een jaar lang waren ze eraan bezig, toen er ineens een prototype tevoorschijn diende te komen om aan potentiële klanten te laten zien. Haasje repje moest de auto toen worden afgemaakt, en nu zitten we erin.
 
Er waren twee doelen met deze auto in vergelijking met de SLR Coupé. Er moest 200 kilo gewicht worden bespaard, en de nieuwe versie moest tenminste 350 km/u kunnen rijden. Door het dak en de zware a-stijlen (die als rolbeugels fungeerden) botweg te schrappen, kwamen de technici al een aardig eind in de goede richting. En ondanks geen dak en geen a-stijlen beweert Mercedes dat de stijfheid van de carrosserie hetzelfde is als bij de Roadster, door toevoeging van een balk die onder de huidige rolbeugel annex luchtinlaten loopt. Overigens zal iedereen die ooit het naakte karkas van een SLR heeft gezien, toegeven dat een gebrek aan stijfheid niet snel zal optreden.
 
Alle panelen in deze versie zijn gemaakt van koolstofvezel. Als je ‘m ziet, is-ie een overtuigende hommage aan het origineel van Rudolf Uhlenhaut uit de jaren vijftig, al is de Mercedes McLaren SLR Stirling Moss wat ronder en al ziet-ie er wat Italiaanser uit.
 
Er is een nieuw uitlaatsysteem, waarbij de uitlaten aan de zijkanten van de auto zitten. De motorkap lijkt erg op die van het jaren vijftig-model, maar de vorm heeft een andere functie gekregen: het koelt de motor. De achterkant van deze auto is slanker dan de botte achterkant van de SLR Coupé is, en heeft wel wat weg van de Aston Martin DB9. Een reuzendiffuser laat zien dat we hier te maken hebben met een auto die tjokvol race-dna zit. Zoals bij alle SLR’s, is de onderkant van de auto helemaal dicht. Een spoiler – die vanaf 130 km/u omhoog komt – zorgt voor extra remkracht en meer stabiliteit.
 
Mocht er in 2009 een nog opwindender auto op de consumentenmarkt verschijnen, dan weten we nog niet of we daar wel helemaal klaar voor zijn. Alle onduidelijke meningen die we de afgelopen zes jaar over de SLR’s hebben gehad, moeten plaatsmaken voor een nieuwe opinie. Deze Mercedes McLaren SLR Stirling Moss, de reïncarnatie van een levende persoon in de vorm van een supercar, overtuigt ons volledig. Hij is scherper, stijver en lichter dan de bolide waar-ie van af is geleid, en die was al bepaald niet lelijk, slap of zwaar. Dit is wellicht niet zozeer een auto, als wel een horizontale vliegervaring.
 

Reacties