Voormalig Formule 1-coureur Robert Doornbos neemt je elke maand mee in de wereld van snelle auto’s, snelle circuits en snelle mannen en vrouwen. Deze maand gaat het over een snel petje.
Tijdens de stoelendans in de Formule 1 is er één belangrijke rijder op een stoeltje gaan zitten waardoor een zevenvoudig wereldkampioen ineens zonder stoeltje over zou blijven als de muziek stopte. Niet dat dat iets uitmaakt; diezelfde zevenvoudig wereldkampioen kondigde namelijk enige dagen daarna aan de handdoek in de ring te gooien. De F1-wereld is en blijft onvoorspelbaar.
Lewis Hamilton was enige tijd in zware onderhandelingen met zijn werkgever McLaren, over een vervolg bij de Britse renstal, maar zijn het de Duitsers die Lewis voor drie seizoenen hebben vastgelegd in een van hun zilveren Mercedes F1-pijlen. Hiermee geeft Mercedes een duidelijk signaal dat ze niet voor niets terug zijn gekomen in de koningsklasse van de autosport, en dat ze wereldkampioen willen worden, en dat hiervoor de portemonnee nog een beetje verder wordt opengetrokken. Lewis gaat twintig miljoen euro per seizoen verdienen, exclusief de bonussen voor het winnen van races en kampioenschappen. Kortom: Mr Hamilton is rich.
Het Duitse team verandert ook hun structuur met een nieuwe leider in de vorm van oud-F1-wereldkampioen en levende legende Niki Lauda. De Oostenrijker moet gaan zorgen voor een betere stroomlijning van het team en hij moet iedereen op scherp zetten om vanaf komend seizoen echt mee te strijden om de titel, zowel bij de constructeurs als bij de coureurs. Deze man heeft zoveel respect verdiend over de jaren met de manier waarop hij kampioen is geworden in de F1, en vooral hoe hij is teruggekomen na zijn verschrikkelijke ongeluk op de Nurburgring in 1976. Al in de eerste ronde vloog de Oostenrijker destijds met zijn Ferrari in de muur en verbrandde bijna levend. Er waren heldhaftige collega’s die hun auto parkeerden om het leven van Niki te redden. We kunnen zoiets nu niet meer indenken omdat de veiligheid zo enorm is verbeterd over de jaren, maar toen was dat een heel ander verhaal.
Ik ben bevriend met de zonen van Niki en laatst zijn Niki en ik in Italië wat gaan eten. En als je met Niki Lauda een restaurant binnenkomt – hij met zijn karakteristieke rode petje – dan weet je dat er niet betaald hoeft te gaan worden voor een heerlijke maaltijd en uitstekende service.
Het rode petje is Niki gaan dragen nadat hij uit het ziekenhuis kwam met vreselijke brandwonden op zijn hoofd en in zijn gezicht. Er kwam een Italiaanse sponsor (Parmalat) en deze betaalde een grote sponsorfee om altijd bij Niki Lauda betrokken te zijn, en nu draagt ie het petje dag en nacht. Dat is het mooie aan een land als Italië: er is zoveel passie en iedereen die voor Ferrari in de Formule 1 heeft geracet, is heilig. Uiteraard ben ik lang niet zo bekend als Niki Lauda, maar ook ik heb wat van deze passie en onsterfelijkheid gevoeld.
Toen ik voor Minardi in de Formule 1 racete, werd ik aangehouden met een Ferrari op een van de snelwegen bij Maranello. Ik had de auto geleend van mijn maatje Felipe Massa; het was de nieuwste 599. Ik had de weg voor me alleen, met pas in de verte een vrachtwagen op de rechterbaan, en dit was het moment om eens te kijken wat voor een topsnelheid ik kon halen met deze 620 pk sterke V12. Het geluid was te gek, de snelheid ging over de 300 km/u en de auto trok door naar de 330. Op dat moment passeerde ik de vrachtwagen en zag ik vanuit mijn ooghoek in een flits dat er voor deze vrachtwagen een heel klein Fiat Puntootje reed met CARABINIERI op de zijkant geplakt. Het verschil in snelheid was natuurlijk enorm want de kleine Fiat reed 90, ik 330.
Er was maar één optie bedacht ik me, en dat was het voetje naar beneden houden. Maar een V12 verbruikt heel veel brandstof op topsnelheid, en tien minuten verder zag ik dat de tank bijna leeg was. Ik besloot te stoppen bij een pompstation. De carabinieri was ik allang vergeten en ik stond rustig de tank vol te gooien: best een grote tank met 105 liter. Plots zie ik uit mijn ooghoek het kleine Puntootje aankomen, met zwaailicht aan, en op dat moment dacht ik: oeps! De carabinieri hield me aan, maar gelukkig spreek ik vloeiend Italiaans, en hij begon meteen over wat een fantastische auto ik bij mij had en of hij, jawel, ermee op de foto mocht!
Ik stond een beetje perplex en toen ik vertelde dat ik voor het Italiaanse team Minardi in de Formule 1 racete, waren ze helemaal mijn vrienden. Na een petje te hebben getekend en overhandigd (een petje moet je altijd bij je hebben in Italië), vervolgde ik mijn weg volgas richting mijn woonplaats Monaco. Maar dat terzijde.
Het Formule 1-seizoen is inmiddels ten einde, en de sport heeft nu echt afscheid genomen van Michael Schumacher. Aan de andere kant: misschien wordt hij wel ooit teammanager, net als Niki Lauda. Schumi is tenslotte ook een levende legende. En als je eenmaal aan de Formule 1 hebt geroken, gaat het nooit meer uit je systeem.
Reacties