Amerikaanse benzineprijzen rijzen de pan uit

Gut, gut, wat hebben de ze het toch zwaar in de Verenigde Staten. Want, zo meldt CBS News, de Amerikaanse benzineprijzen zijn in drie jaar niet zo hoog geweest. ‘Ik kan het betalen, ja, maar ik vind het niet leuk’, zegt een ondervraagde. Wil je een Amerikaan troosten in deze barre tijden, fluister dan zachtjes het tweede amendement van de grondwet en doe het geluid van een zeearend na. Of, simpeler: vertel ze wat wíj voor een liter brandstof betalen.

Hoe hoog zijn de Amerikaanse benzineprijzen?

Het nationale gemiddelde is 2,87 dollar per gallon. Ofwel 2,40 euro voor 3,78 liter. Een snelle kruistabel (kennen we die nog, van de basisschool?) leert ons dat de Yanks 0,64 cent per liter betalen. Vier-en-zestig cent! Het duurst is het in Californië: daar betalen ze 0,81 euro voor een litertje peut.

De gemiddelde dagprijs in Nederland is op dit moment is 1,78 euro. Dat zou in Amerika 7,98 dollar per gallon zijn. Hoe komt onze benzineprijs zo hoog? Simpel: de fiscus. Van die 1,77 euro is 74 cent accijns en 28 cent is BTW. Zonder ingrijpen van de staat, zou je dus maar 76 eurocent per liter betalen.

Langere afstanden

Onze glazen bol voorspelt de reacties al: ‘Ja, maar de Amerikanen moeten verder rijden, dus ze zijn net zo veel kwijt aan benzine.’ De gemiddelde Amerikaan reist per dag 26 minuten naar zijn werk, volgens het US Census Bureau. Dus als ze per maand net zo veel kwijt zijn aan benzine, hebben ze in ieder geval een hoop plezier gehad. En ook echt niet elke auto daar is onzuinig.

Zullen we er nog even een schepje bovenop doen: onze belastingen beperken zich nu eenmaal niet tot wat we ín de auto stoppen. Voor een Ford Mustang met 800 pk betaal in je in Amerika omgerekend zo’n 33.000 euro. Daar heb je hier net een kleine hot hatchback voor. Wij gaan even huilen in het Nederlands. Tijd om weer een roadtrip door West-Amerika te organiseren.