De BMW M12 is de krachtigste F1-motor ooit

Als je dacht dat kleine motoren iets van de afgelopen paar jaar waren, dan heb je het mis. De meest dwaze F1-motor aller tijden is een piepkleine viercilinder van BMW, die al in de jaren tachtig diverse coureurs overwinningen bezorgde. In de kwalificatie werd de turbodruk van de 1,5-liter viercilinder opgeschroefd naar 5,3 bar. In deze ‘alles-of-niets-tijdbom’-modus produceerde de zogeheten M12/13/1 minimaal 1.400 pk. We zeggen minimaal, want niemand wist precies hoe krachtig de BMW M12-motor was. Toen het team de viercilinder op de rollenbank schroefde, ontdekten ze dat de machine maar tot 1.300 pk kon meten. De motor bereikte de maximale testcapaciteit van de rollenbank, waarna hij de meetapparatuur sloopte. De officiële krachtmeting is simpelweg ‘heel veel’. Tot de dag van vandaag is het de krachtigste F1-motor die ooit gebruikt werd in een race. En inderdaad: lang gingen de motoren niet mee. Volgens de legende pakte BMW 1,5-liter motoren uit productieauto’s die al meer dan 100.000 kilometer hadden gelopen. De theorie was dat áls er een fout zat in de motor, dat die zich tegen die tijd al kenbaar had gemaakt. Nog sterkere verhalen beweren dat de ingenieurs de blokken nog maanden buiten lieten liggen om er vervolgens letterlijk een plasje op te doen. Goed, dat kan een broodje aap zijn – anderzijds, het waren wel de jaren tachtig.

Zijn piekvermogen bereikte de M12/13/1 in 1986. De voorloper, die gewoon M12 heette, bezorgde Nelson Piquet het wereldkampioenschap in 1983 voor Brabham. Dat jaar zou de motor zo’n 850 pk geproduceerd hebben tijdens de kwalificatie en 640 pk tijdens de races. Piquet was de eerste coureur die een F1-kampioenschap won met een turbomotor. Andere teams zoals ATS, Arrows en Benetton gebruikten ook de M12.