Soms hebben automerken het heilige licht gezien en bedenken ze iets bijzonders. Soms gewoon in de hoop dat een idee aanslaat. Je weet immers maar nooit. Een goed voorbeeld is de BMW X6, dat was gewoon een probeersel dat uiteindelijk een enorme hit werd. Het enige wat ze hoefden te doen is de X5 een raar dak te geven en de prijs te verhogen. In dit geval kijken we naar een andere categorie, namelijk die van de cabrio met vierwielaandrijving.

Dat zijn eigenlijk twee onverenigbare werelden, zou je denken. Je kiest voor een cabriolet om er open mee te kunnen rijden. Veelal in de zomer dus. Vierwielaandrijving kies je voornamelijk vanwege het gladde winterweer. Kijk maar even naar buiten. Er zijn best een aantal fabrikanten die deze twee bijzondere eigenschappen gecombineerd hebben tot één auto.

In dit overzicht nemen we de hoogtepunten met je door. Een belangrijke aantekening: we behandelen géén terreinwagens met cabriodak. Defender, Samurai’s, LandCruisers en Wranglers zijn er altijd geweest. Het gaat nu specifiek om personenauto’s met een zelfdragend koetswerk en dus vierwielaandrijving. Om het lijstje een beetje overzichtelijk te houden, behandelen we per merk hun eerste cabrio met vierwielaandrijving.

Porsche 911 Carrera 4 Cabriolet (964) – 1989

Porsche was de eerste die met het glorieuze idee kwam vierwielaandrijving te combineren met een cabrio-koetswerk. De 964-generatie was de eerste die je als ‘Carrera 4’ kon bestellen. Porsche voegde hiermee een stukje ‘Alltagstauglickeit’ (mooi taaltje, dat Duits) toe aan de 911. Het was een behoorlijk complex systeem met drie differentiëlen, dat helaas ook een beetje gewicht en onderstuur aan de mix toevoegde.

Maar hey, je kon nu wel lekker met je 911 op wintersport. Of in de regen rijden. In een Cabrio, want waarom niet. Sinds de 964 is vierwielaandrijving altijd mogelijk op een 911 Cabrio. Sinds de 996 ook op de Turbo-modellen, de 993 Turbo Cabrio had opvallend genoeg nog achterwielaandrijving. Op dit moment is de Carrera 4 GTS de enige cabrio met vierwielaandrijving bij Porsche, maar er komen er nog maar aan binnenkort, vermoeden wij.

Mega Tjaffer Cabrio 4×4 – 1995

Kennen jullie de Mega Tjaffer nog? Dat was een soort vrijetijdsmobiel in de geest van de Citroen Mehari, Renault Rodeo en Max Roadster. De basis was een Citroën AX (net als bij die Max Roadster), maar dan met een eigen koetswerk erop. Dat was niet zozeer mooier, maar wel stoerder. De motor was gewoon de vertrouwde PSA-unit met in dit geval zo’n 75 pk, er was ook een nóg zwakkere 1.5 diesel. Je had dus niet vierwielaandrijving echt nodig.

Het was meer een leuk alternatief voor een Suzuki Samurai. Als wintersportmobiel was ie hopeloos, de ruimte in de koetswerknaden werden gemeten in centimeters. Ook was de dakconstructie meer bedoeld om te beschermen tegen een regenbuitje, dan een sneeuwstorm. Maar het was de eerste cabriolet met vierwielaandrijving.

Lamborghini Diablo VT Roadster – 1996

En van de Aixam gaan we over naar een andere mediterraanse cabrio met vierwielaandrijving. Daar stoppen de overeenkomsten, overigens. Opmerkelijk genoeg kwam Lamborghini al met AWD nog voordat Audi de het merk overnam. In dit geval gebruikte Lamborghini om het prestatiepotentieel iets minder ontoegankelijk te maken.

Het systeem was in feite een aangepaste variant die je aantrof op de Lamborghini LM002, de terreinwagen van Lamborghini. Ongeveer 25% van het koppel kon naar de voorwielen gestuurd worden, als de achterwielen geen grip hadden. Ideaal voor stoplichtsprintjes en bij het accelereren uit bochten. De eerste serie had 492 pk, dat werd in 1998 maar liefst 530 pk.

Audi TT Roadster quattro (8N) – 1999

Er wordt af en toe gekscherend gedaan over de Audi TT. Dat het een auto is voor kappers en stewardessen. Of dat de techniek afkomstig was van een Golf IV. Dat neemt niet weg dat het een bijzondere auto was. De TT Roadster kwam in 1999 en die kon je dus bestellen met vierwielaandrijving. Bij de 180 pk versie was het optioneel, de 225 pk-variant had het standaard. Uiteraard wil je ‘m in dat donkergrijs (Nimbusgrijs) met baseball-interieur.

Ondanks de naam ‘quattro’ is het geen ‘echte’ quattro. Een echte quattro heeft de motor voor de vooras, met de transmissie op de as (Transaxle) en dan een Torsen differentieel die voor en achter 50-50 verdeeld. De TT quattro heeft zijn motor dwars voorin. Vierwielaandrijving gaat middels een Haldex-koppeling, die het vermogen in standaardsituaties naar de voorwielen stuurt, behalve als deze grip te kort komt. Dan kan maximaal 50 procent naar achteren.

Alfa Romeo Spider 3.2 JTS Q4 (939E) – 2006

Nu komen we bij de rariteiten, want de Alfa Romeo Spider van deze generatie is een bijzondere auto. De basis was een Alfa Romeo 159, een auto die stond op het ‘Premium’-platform, dat bedoeld was voor grote D- en E-segmentauto’s. Zware botten dus. En die botten werden alleen maar zwaarder na het toevoegen van de nodige verstevigingen, een dikke zescilinder, vierwielaandrijving en een jaar na introductie zelfs met een automaat.

Dat lichtvoetige karakter dat Spiders voorheen hadden, had deze totaal niet. Ook was de Spider langzamer dan zijn voorganger met gelijkwaardige motor. Je moet deze auto met een andere bril zijn. Het is een type auto dat nooit meer gemaakt wordt. Italdesign was verantwoordelijk voor de basis (de Brera en 159), maar de achterzijde werd door die andere Italiaanse grootmeester ontworpen: Pininfarina. Het is de ultieme stijlvolle toermobiel voor mensen met een tankpas.

Bentley Continental GTC – 2006

Bij bovenstaande auto’s was vierwielaandrijving altijd optioneel, maar bij de Bentley Continental GT was het altijd aanwezig. Elke Continental GT heeft het. Dat komt ook omdat ze allemaal bijzonder veel vermogen en koppel hebben. Het komt ook doordat de basis een Volkswagen Phaeton is. Een Bentley met voorwielaandrijving, dat klinkt niet zo lekker.

Voor de wintersport is het een geweldig apparaat, want dit is zo’n auto die alles kan en de bestuurder voornamelijk behaagt. Al die meters staal, hout en leer maken de Continental GTC wel erg zwaar. Het leeggewicht was al 2.500 kilo. Gelukkig is de W12 voldoende krachtig om alsnog 312 km/u te halen op een lege Autobahn. Het verbruik is wel een dingetje, want gemiddeld kun je volgens de erg ruime NEDC niet eens 1 op 6 halen.

Nissan Murano CrossCabriolet (Z51) – 2012

Over rariteiten gesproken, dit is er eentje. Nissan had met de Qashqai, X-Trail en Murano drie crossovers die enorm aansloegen. Waarom niet voortborduren op dat succes? Nou, omdat niemand het kocht. Dit terwijl Nissan enorm veel moeite deed voor de auto. Een gewone Murano is een vijfdeurs crossover, de cabrio is een tweedeurs. Dat betekent dat Nissan een compleet nieuw koetswerk en grotendeels nieuw interieur moest ontwerpen.

Het idee erachter was dat de cabriomarkt toen al onder druk stond. De ‘ouderen’ die vroeger een leuke cabrio kochten voor hun pensioen, kocht nu een crossover. Op deze manier had je alsnog een hoge instap en de gebruiksvriendelijkheid van een gewone Murano, maar dan met open dak. Uiteindelijk zijn er nog geen 6.000 exemplaren van gebouwd.

BMW 435d xDrive Cabriolet (F33) – 2014

Een pizza met alle ingrediënten erop is zelden de lekkerste pizza, maar in dit geval maken we een uitzondering. Pas bij de F33-generatie combineerde BMW een cabriolet met vierwielaandrijving. Je kon het krijgen op de 420i (die het met 184 pk niet echt nodig had), 428i, 435i, 420d, 430d en dus de 435d. Deze heeft een 3,0-liter zescilinder biturbodiesel met 313 pk en 650 Nm. En een automaat. En een metalen klapdak. En een jacuzzi. Dat laatste is dan verzonnen.

Leuk weetje over dat dak: dat is exact hetzelfde dak als BMW gebruikte bij zijn voorganger, de 3-serie Cabriolet (E93). Als het gaat om wintersportcabrio’s is dit een van de best voorbeelden. Die dieselmotor maakt m erg snel, maar ook relatief zuinig. Perfect voor lange Autobahn-stukken. En dankzij dat dak had je een behoorlijke isolatie als je in de Alpen aan het toeren bent.

Jaguar F-Type R Convertible AWD (X152) – 2015

Aanvankelijk had de Jaguar altijd een automaat en achterwielaandrijving. In 2015 kreeg de klant meer keuze. De V6 kon je bestellen met een handbak en voor zowel de V6 als de V8 was vierwielaandrijving mogelijk op de coupé én de roadster. Natuurlijk hoort zo’n auto eigenlijk achterwielaandrijving te hebben, maar met name bij de V8 is het wel lekker. Die 5,0-liter supercharged V8 had de grootst mogelijk moeite om het vermogen op het asfalt te krijgen.

Met het vierwielaandrijvingsysteem (simpelweg AWD genoemd) kon je eindelijk gebruik maken van al dat surplus aan vermogen en koppel. Fun Fact: de V8 is nauwelijks zwaarder dan de V6. Dat komt omdat het V6-blok eigenlijk een V8-blok is, maar met maar zes cilinders erin. De blokken zijn exact even groot en dus ook bijna even zwaar. Dus voor de motorrijtuigenbelasting maakt het niets uit. Voor de brandstofkosten wel, overigens.

Land Rover Range Rover Evoque Cabriolet (L538) – 2016

Ondanks dat de Nissan Murano CrossCabriolet niet populair was, dachten ze bij Land Rover: dat kunnen wij beter. En zo geschiedde. Op basis van de Range Rover Evoque (niet echt een Range Rover, maar dat is een andere discussie) bouwden ze een cabrioletversie. Gelukkig was er van de Evoque wél een driedeurs versie die Land Rover als basis kon nemen. Het eindresultaat was, eh, ja, kijk zelf maar.

De Evoque Cabrio reed eigenlijk als een busje, zeker als je de diesel had besteld. De 150 pk versie had 12 tergend lange seconden nodig om 100 km/u te halen. Dat is ook niet zo gek, want de auto weegt meer dan 2.000 kilo. Ondanks het gewicht was de Evoque cabrio niet ruim en ondanks alle nadelen was de prijs niet laag (maar hoog). Een beetje luxe variant kostte 90.000 euro. En dat was nog voor opties. Slik.  

Mercedes-AMG C43 Cabriolet 4Matic (A205) – 2016

Weet je nog het moment dat je als kind een lui oog had? Juist, dan plakken ze het goed oog af. Met de Mercedes C-klasse was dat ook het geval. Het was de eerste keer dat de C-Klasse er als cabriolet was en het is de eerste keer dat je kon kiezen uit een C43 (mild) of C63 (heet). Ondanks dat de C63 AMG 476 pk of 510 pk had (afhankelijk van de ‘S’ erachter), waren die altijd achterwiel aangedreven.

De C43 AMG daarentegen kreeg vierwielaandrijving standaard. Eh, ja, logisch. Voor het eindresultaat maakt het niets uit, want de C43 AMG 4Matic is een erg prettig totaalpakket. Met 367 pk heb je nog altijd voldoende vermogen om serieuze bekeuringen op te lopen. Hierna had Mercedes de smaak te pakken en kwamen er ineens een enorme hoop cabrio’s met vierwielaandrijving.

Ferrari SF-90 XX Spider (F173A) – 2023

Ferrari is niet echt een merk dat vierwielaandrijving toepast op haar modellen, laat staan op de cabrio’s. Toch valt de SF-90 Spider in deze categorie. Het is de eerste hybride Ferrari en de elektrische component zorgt voor de vierwielaandrijving. De elektromotoren drijven namelijk de voorwielen aan. Het is overigens vooral een supercar die zijn elektorpower gebruikt voor meer snelheid, geen alternatief voor een Prius.

Naast de reguliere SF-90 kun je ook de extra ruige circuitversie, de XX, als cabrio krijgen. Het is niet de meest geschikte wintersportauto, want je kunt je ski’s niet meenemen. Die moet je dan maar even ter plekke huren. Het is wel de snelste auto in dit overzicht: van 0-100 km/u duurt slechts 2,3 seconden. Op droog asfalt, welteverstaan.

MG Cyberster – 2024

De eerste Chinese auto’s zijn vooral functioneel en bedoeld om goed te verkopen. Sommigen zijn wat duurder, maar dan is het steevast een sedan of een crossover, die nog enigszins goed verkopen in het thuisland. Met de MG Cyberster is er voor het eerst een begeerlijke Chinese auto. Of in elk geval eentje die je koopt omdat je hem leuk vindt. De vraag is natuurlijk: werkt het?

Op zich wel, maar een MG F-rijder zal ‘m niet omwisselen. De Cyberster is vrij zwaar en de versie met twee elektromotoren (die je nodig hebt voor de vierwielaandrijving) maakt ‘m vrij zwaar. Ook mag er best nog wel wat ontwikkelingstijd besteed worden aan het chassis. Anderzijds: hij ziet er geweldig uit, is voor zijn soort nog best praktisch en de prijs valt enorm mee.

Maserati GranCabrio (M189) – 2024                                        

Ook bij Maserati zijn ze om en hebben ze een cabrio met vierwielaandrijving. Het bijzondere is dat je kunt kiezen. De Trofeo heeft een 3,0-liter biturbo zescilinder en kun je zien als een concurrent voor een Porsche 911 Carrera GTS 4 cabriolet. Met het dak open hoor je die V6 goed en als je de V8 van de vorige GranCabrio nooit hebt gehoord, klinkt de Nettuno V6 niet eens zo verkeerd.

Een andere optie is de GranCabrio Folgore. Dit is ook een cabriolet met vierwielaandrijving, maar dan compleet anders: net als de MG Cyberster hierboven is die geheel elektrisch. En met zo’n grote stijlvolle Maserati heeft dat ook wel weer wat. In Nederland betekent het dat je 70.000 euro goedkoper uit bent. Kun je dat mooi uitgeven aan een bijzondere lak en interieur.

Reacties

  • Martin heeft op 12 januari 2025 geschreven:

    RWD is leukerder, dan maar geen wintersport. In de zomer kun je sowieso beter door de bergen rijden. 😉

    Reageer

Geef een reactie

(verplicht)