Ruim veertig jaar geleden was er een dappere, kleine auto die de grote boze musclecars het leven zuur wilde maken. Nu is ie terug – zelf groot en boos – en jaagt ie op Duitsers.
 
Mustangs waren niet altijd imponerende bakbeesten. In het begin was Fords ponycar juist een relatief compact geval, dat het Amerikaanse volk uit de enorme Chevy- en Chrysler-slagschepen wist te lokken en liet zien hoe vermakelijk een auto van een bescheiden formaat kon zijn. Dat men toen al snel schreeuwde om meer performance, ligt voor de hand. Zo werd in 1969 de Boss 302 geboren.
 
Na een lange Boss-loze tijd heeft Ford deze klinkende naam nu terug laten keren in het Mustang-gamma. Net als toen is de nadruk bij deze versie meer op weggedrag en circuitgebruik komen te liggen dan op puur vermogen (de Shelby GT500 blijft de onbetwiste pk-koning). Het onderstel werd op een aantal belangrijke punten aangepast: het is (handmatig) instelbaar, de ophangingscomponenten zijn op alle hoeken stijver, en er werd een 25 millimeter dikke stabilisatorstang tussen de achterwielen geplaatst. Ook door speciale Pirelli-banden, 14-inch Brembo-remmen en een aantal aerodynamische aanpassingen zorgde Ford ervoor dat deze Mustang sneller over het circuit van Laguna Seca vliegt dan een BMW M3.
 
Ja, de Boss heeft nog steeds een starre achteras, een ondermaatse benzinetank, en ondanks vele race-specifieke aanpassingen is de V8 van 5,0 liter (302 cubic inch) diep van binnen nog steeds zo lomp als een dronken boer. Maar het geweld waarmee ie de ruim 1.600 kilo zware ‘Stang van z’n plek sleurt, is onbeschrijflijk.
 
Hij doet z’n kunstje zonder supercharger of andere hulpstukken, en heeft een verrassend hoogtoerig karakter meegekregen: het rode gebied begint pas bij 7.500 toeren. Dubbele variabele nokkenassen – toch nog een modern tintje – zorgen ervoor dat de typische koppel-mokerslag bij verschillende toerentallen aanwezig is. Als gevolg daarvan maakt het nauwelijks uit wanneer je in welke versnelling zit: de Boss maakt gehakt van alles. Is het niet door z’n prestaties, dan wel door de allesverpulverende bak lawaai die er uit de uitlaatpijpen klettert en iedereen in een straal van een kilometer de schrik om het lijf jaagt.
 
De ontzettend kort schakelende zesbak (met biljartbalknop) vergt gewenning, net als de zware koppeling en de ook in Sport-modus toch nog altijd wat lichte besturing. Maar het onderstel schept vertrouwen; nog niet eerder reden we een Mustang die het asfalt zo innig knuffelde. In bochten blijft ie strak en neutraal, waarbij het esp bij wangedrag van jouw zijde z’n uiterste best doet om de achterkant op z’n plek te houden. Schakel je het uit door de speciale rode TracKey te gebruiken – een sleutel die de auto in circuitmodus zet en tevens een stel sidepipes activeert voor extra heftige herrie – zorg dan dat je goed wakker bent, rechtop in de Recaro-stoel zit en het alcantara stuur stevig in je knokkels hebt.
 
Bijna net zo indrukwekkend als de golf koppel en kracht is de stortvloed aan onvervalst karakter die de Boss over jou en omstanders uitstort. In deze heloranje kleur, met deze zwarte 19-inch velgen en dit ongehoord brute geluid lijkt hij te schreeuwen: Zo kan het &#$^&* ook! Beleef toch eens wat lol aan je kilometers! Doe eens gek! Geníét eens! En weet je wat? Hij heeft nog gelijk ook.

Ford Mustang Boss 302

 

16/20

 

Cijfers

0-100 km/u: ca. 4,3 s

Top: 250 km/u (begrensd)

Verbruik: n.b.

Motor: 4.951 cc, V8 benzine

Aandrijving: achter

Vermogen: 450 pk

Koppel: 515 Nm

Gewicht: 1.663 kg

CO2: n.b.

 

Prijs

NL ca. € 100.000

BE ca. € 50.000

(alleen via grijze import verkrijgbaar)

 

Vonnis

De Mustang Boss 302 heeft behoorlijk wat kapsones, en terecht. Hij combineert het uitzinnige van een musclecar met het scherpe van een circuitauto: heerlijk

Reacties

Meer van TopGear