Weer een leuke Hyundai: de Veloster

Hyundai is goed bezig. Moet je die nieuwe Veloster nou eens zien: leuk toch?

Ambitieus ding ook, want hij is vast van plan het auto’s als de Renault Mégane Coupé, Volkswagen Scirocco, Honda CRZ en Mini moeilijk te gaan maken en dan moet je van goeden huize komen. En dus heeft Hyundai er alles aan gedaan om de Veloster in ieder geval voldoende ‘onderscheidend vermogen’ mee te geven. 

Dat begint al bij de naam. Die klinkt ons een beetje in de oren als een Duitser die in het Engels met een moddervet accent probeert duidelijk te maken dat ‘we haar kwijt zijn’. Het goede nieuws is dat die naam nog allerminst zeker is voor het productiemodel. We zullen zien. 

Het uiterlijk is al evenmin alledaags. Er zitten allerlei reuze-agressieve trekjes aan, maar overall heeft hij toch ook weer iets aaibaars. Heel apart zijn de manieren om binnen te komen; aan de bestuurderskant heeft hij één portier, aan de passagierskant twee. Beetje à la Mini Clubman dus, maar dan geen mal suicide-deurtje, maar een volwaardig portier. Het hele dak is trouwens van glas, voor een extra ruimtelijk gevoel. Al moet je daar wel extra voor betalen. 

De Veloster wordt leverbaar met drie motoren, of liever één motor in drie gedaantes. De 1.6-benzinemotor met directe injectie levert in principe 140 pk, maar er komt ook een extra zuinige versie en, hoera, een variant met turbo die er iets meer dan 200 pk uit knalt. Die krijgt ook de beschikking over een automaat met dubbele koppeling. Gezien de recente ervaringen met de prima rijdende Genesis Coupé kon zeker die laatste nog wel eens een knallertje worden. Enige domper: hij komt pas na de zomer van dit jaar; in mei kun je met een beetje mazzel de 140 pk-versie al in de showrooms aantreffen.