Jaguar D-type is nu weer in productie

Dit is de nieuwe Jaguar D-type. Nee, echt. Deze Longnose-uitgevoerde Jag is het eerste prototype voor een productie van 25 exemplaren. Waarom? Omdat Jaguar er lekker aan verdient. En omdat het het laatste hoofdstuk is van een verhaal dat zestig jaar geleden begon.

Le Mans

De originele Jaguar D-type was een zeer succesvolle (en niet te vergeten prachtige) raceauto gebaseerd op de C-type, maar dan met betere aerodynamica. Het doel was (het winnen van) de 24 Uur van Le Mans. Zoals eigenlijk met elke raceauto vroegâh. En met overwinningen in 1955, 1956 en 1957 zou je kunnen stellen dat dat doel bereikt is. In de planning stonden 100 exemplaren van de Jaguar D-type. Tegen de tijd dat nummer 75 de fabriek verliet, drukte Jag echter de stempel ‘niet meer competitief’ op de prachtige koets en stopte de productie.

Toen hadden ze het waarschijnlijk nooit voor mogelijk gehouden dat ze zestig jaar later de productie weer konden opstarten voor een prijs ergens tussen ‘schreeuwend duur’ en ‘onbetaalbaar’. De nieuwe Jaguar D-type is de derde in de reeks nieuwe-oude Jags. Hiervoor bouwde het merk zes lichtgewicht E-types en negen stuks XKSS.

25 exemplaren

Jaguar bouwt 25 exemplaren van de D-type. Je mag zelf kiezen tussen de shortnose (1955) of longnose (1956). De laatste herken je aan de langere motorkap (duh), de kenmerkende vin achter de bestuurder, een bredere cilinderkop en eenvoudig te verwisselen remklauwen. De auto’s worden volledig gebouwd naar de specificaties uit jaren vijftig. Inclusief raspende zes-in-lijn. De prijs is nog niet bekend. De XKSS kostte destijds 1 miljoen pond. Kwijl even over de foto’s, dat is gratis.