De stabilisatoren zorgen voor minder verbruik
Een brandstofbesparing van twee procent. Dit zou voor jou betekenen dat je bij elke tankbeurt een gratis blikje Red Bull zou kunnen krijgen. Eigenlijk al de moeite waard. Maar ga nu eens rekenen als je twintig vrachtwagens hebt die elk 200.000 kilometer per jaar rijden. Dan hou je ineens heel veel geld over voor een knaller van een personeelsfuif. Volvo heeft nu een kleine innovatie die ze achteraf op vrachtwagens kunnen zetten. De kleine plastic delen zorgen voor zo’n twee procent minder verbruik.
Wie nu met zijn Volvo-vrachtwagen naar de dealer gaat, kan daar een soort haaientandjes naast de voorruit laten plakken. Daarnaast kunnen ze de cabine als het ware laten verlengen met kunststoffen opzetstukken. Deze kleine ingrepen zorgen voor minder luchtweerstand, zo legt Volvo uit. En minder luchtweerstand betekent weer een lager dieselverbruik. We hoeven niet uit te leggen dat dit weer zorgt voor minder CO2-uitstoot, en daar wordt iedereen gelukkig van.
De haaientandjes langs de voorruit zijn luchtstabilisatoren. Deze zorgen dat de lucht beter langs de cabine stroomt. De vrachtwagen zelf gaat er niet stabieler door rijden. Volgens Volvo zijn ‘de bovenste hoeken van de cabine zeer kritisch voor de aerodynamica.’ Tegenwoordig hebben veel vrachtwagens geen buitenspiegels meer, maar camera’s. Deze eerdere innovatie biedt blijkbaar de mogelijkheid om met de haaientanden de aerodynamica nog verder te verbeteren.
De andere kunststoffen delen maken de vrachtwagen tot wel 50 millimeter langer, zodat ie aerodynamischer is. Langere voertuigen zijn altijd beter voor de luchtweerstand. Kijk maar naar Mercedes EQXX: dat is ook een uitgestrekt ding met een lang achterwerk. Of wat dacht je van de Lightyear 1 of 2? Volvo zegt in de toekomst met nog meer van dit soort aerodynamische ingrepen te komen.
