Van deze toffe auto was je allang vergeten dat ie bestond, maar hij is nu verrassend betaalbaar

Je zou het bijna vergeten, maar Opel heeft ooit auto’s gebouwd waar je nog een beetje warm van werd. Zeker als je nu kijkt naar een Grandland of een Mokka – praktisch, degelijk, maar ook zo opwindend als een droge cracker. Toch zijn er Opels met karakter geweest. Denk aan een Astra GTC OPC of de bijzondere (en toffe) Signum, voor wie met z’n volle verstand tóch iets met een V6 wilde. En dan is er deze: de tweede-generatie Opel GT, die je tegenwoordig voor verrassend weinig geld kunt kopen.

Je ziet ‘m niet vaak, en dat is misschien precies de reden dat je hem juist wilt hebben: de Opel GT uit de jaren ’00. Zo’n auto waarvan mensen zeggen: ‘Huh? Hebben ze ooit zoiets gemaakt?’ Jazeker. Hij was er. Kort – en krachtig. De tweede generatie van de GT was leverbaar tussen 2007 en 2009. En eigenlijk bouwde Opel de cabrio niet eens zelf. Onderhuids is het een Pontiac Solstice, in Amerika gebouwd, met een Opel-logo erop geplakt voor de Europese markt. Maar dat maakt ‘m niet minder leuk.

Wat kost een Opel GT nu?

Voor net geen 12.000 euro heb je er al eentje uit 2009 met nog geen 150.000 kilometer op de teller. Voor 1.000 euro meer koop je een GT die minder dan 100.000 kilometer heeft gereden. En het is niet alsof er een zeldzaam performance-blok onder die lange motorkap ligt: het is een doodnormale viercilinder waar elke Opel-dealer (of universele garage) prima mee overweg kan. We zien zelfs een Saturn Sky (nóg een variant van dezelfde auto) voor 9.000 euro te koop staan. Al is het soms oppassen met Amerikaanse import.

Hij is dan misschien niet beter dan een MX-5, maar wat deze Opel extra leuk maakt: de Pontiac Solstice waarop hij is gebaseerd, speelde mee in de eerste Transformers-film uit 2007. Daar heette hij Jazz – een gladde, zilveren Autobot die zich vermomde als sportauto en met de stem van een Amerikaanse radio-dj zijn vijanden verbaal en fysiek te lijf ging. Hij was niet de hoofdrolspeler, maar wel de coolste. En ja, jij kunt straks dus zeggen dat je in een filmauto rijdt – eentje die letterlijk getransformeerd is. Niet in een robot, maar wel van Amerikaans muscle-light in een Europees curiosum met Blitz-logo.

Is zo’n Opel GT nog een beetje snel?

De tweede-generatie Opel GT heeft een 2,0-liter viercilinder turbomotor die goed is voor 264 pk en 353 Nm koppel. Daarmee sprint hij in 5,7 seconden van 0 naar 100 km/u en haalt hij een topsnelheid van 229 km/u. Het vermogen gaat naar de achterwielen via een handgeschakelde zesbak – een automaat was geen optie. Het onderstel is simpel maar doeltreffend, met dubbele draagarmen voor en achter. En dankzij een leeggewicht van net geen 1.400 kilo voelt hij nog best lichtvoetig aan, zeker voor iets dat qua lijnen bijna ‘musclecar’ schreeuwt.

Deze Opel GT was niet de eerste met die naam. In 1968 bracht Opel de originele GT uit, die al snel de bijnaam ‘baby-Corvette’ werd toegedicht. Niet alleen vanwege zijn coupévorm met lange motorkap en korte kont, maar ook door z’n bijna identieke zijaanzicht. Hij had zelfs klapkoplampen, die je handmatig ronddraaide met een hendeltje – alsof je een oude veldverrekijker bediende. Technisch was het allemaal wat simpeler (je komt veel Kadett-onderdelen tegen), maar het uiterlijk was puur show. Later flirtte Opel nog even met Lotus (met de Speedster als resultaat), maar een moderne GT kwam er nooit meer. Gelukkig kun je voor verrassend weinig geld alsnog zo’n stukje Opel-geschiedenis oppikken.

Koopje: Deze dikke Audi kost nu al net zo weinig als een Dacia Spring