Je kent het vast wel: je ziet een auto voor het eerst en denkt: 'Wow!' Of juist: 'Getver!' Maar de tijd schrijdt voort en op een gegeven moment merk je dat je mening veranderd is: 'Wow' wordt 'Mwoah' of omgekeerd. Hier tien schoolvoorbeelden
Hij stond ooit op de IAA in Frankfurt en we konden maar amper onze lunch binnenhouden: de Mercedes Vision CLS. Wat was dat?! Die achterkant! Het leek wel een hond die zijn blik Chappi er uit aan het werken was. En dan dat pornowitte interieur: dat zouden ze op het woonwagenkamp nog kitsch vinden. Gelukkig waren er genoeg mensen die ‘m wel mooi vonden, want prototype Vision CLS werd gepromoveerd tot productiemodel. Elke keer als we er nu een zien rijden: wat een prachtige, super-elegante verschijning is het toch…
02. Alfa Brera
Ook zo een waar de transformatie van prototype naar productiemodel niet erg fijn verlopen is. In 2002 stal hij ieders hart op de Salon van Genève, als rare kruising tussen een shooting brake en een coupé, met een dikke, 400 pk sterke V8 erin. Toen hij drie jaar later eindelijk kwam, was er van de opwinding weinig over. Zeker omdat de motorisering hooguit een V6 van GM bleek te zijn (en niet dat zalige exemplaar van Alfa zelf) en de Brera niet fris en lichtvoetig, maar saai en zwaarlijvig bleek te rijden. Weer een droom naar de knoppen.
03. Maserati Quattroporte IV
Quattroportes waren al nooit veelgeziene gasten, zeker omdat versie I tot en met III wel érg nadrukkelijk bedoeld waren voor de Stinkend Rijken der Aarde. Dat veranderde in 1994; Fiat had de boel net overgenomen en was van plan met deze minder uitgesproken Quattroporte eens wat aantallen te gaan maken. De styling (van Gandini) was vergeleken met zijn voorgangers erg ingetogen en oogstte kritiek: moest dit simpele ding zoveel geld kosten? Ook dit was duidelijk weer zo’n ontwerp dat moest groeien; het is sinds jaar en dag een van onze all time favo’s. Iets dergelijks geldt trouwens ook voor die idioot wigvormige Aston Martin Lagonda (1976): toen eng, nu cool!
04. Dodge Caliber
Hij was, toegegeven, een van de eerste vertegenwoordigers van een genre dat nu mateloos populair is: de kleine SUV. En toen we destijds de eerste foto’s onder ogen kregen, waren we dan ook wild enthousiast: wat een leuk, stoer, spannend ding! Als we er nu een zien rijden, hebben we medelijden met de eigenaar, want veel meer dan een hoop min of meer lukraak in elkaar gedonderd rammelend patatbakjes-plastic met een paar wielen bleek de Caliber niet te zijn.
05. VW New Beetle
Ach ja, retro – het was een tijdje in de mode. De nieuwe Mini, Chrysler PT Cruiser, Fiat 500 en de New Beetle waren de belangrijkste vertegenwoordigers. Op het eerste oog leek de New Beetle een alleraardigste, hooguit wat poppige interpretatie van de aloude Kever. Wie erin reed, had echter al snel genoeg van ‘m. Dat die voorruit zo eindeloos ver weg zat, was op zich niet zo erg, maar wat was die ruimte welkom geweest in de rest van het interieur, waar het ronduit krap was. Achterin kon je nauwelijks zitten (als je tenminste een hoofd had) en bagageruimte bleek ook ergens in het ontwerp gesneuveld te zijn. De nieuwe is dertig keer beter, maar we vrezen dat het kwaad (‘Nooit meer!’) al geschied is – we zien ‘m zelden.
06. BMW Z3 Coupé
Oh. Mijn. God. Wat hadden ze gedaan? Stelletje idioten daar in Beieren! Kijk, dat je een coupé wilt maken van die smakelijke Z3 – oké. Maar waarom moest hij er in hemelsnaam uitzien als een… een… een gebochelde bultenaar met een rugzak? Wat had het ding de ontwerper misdaan? We zijn eerlijk: het heeft een aantal jaren geduurd en we vinden het nog altijd geen toonbeeld van esthetisch vernuft, maar we zijn inmiddels toch zo ver: damn, wat is dat ding cool!
07. Hyundai Coupé
Apart geval, dit. Toen hij in 1996 geïntroduceerd werd, als opvolger van de blijvend-afschuwelijke Scoupé, waren er gemengde gevoelens. Het was een Hyundai, dus het kon niets wezen. En die Scoupé was niks, dus dit kon ook niks zijn. Maar stiekem moest je toegeven dat, als er geen logo op had gestaan, het best een mooi ding was. En zo schoof het oordeel langzaam een wat vriendelijker kant op – je zou deze Coupé een van de wegbereiders van de acceptatie van het merk in Nederland kunnen noemen. Ware het niet dat ook dat oordeel geen blijvertje is. Zie je er wel eens een? Deplorabele staat, zeker? Precies: zo blijft hangen dat de Coupé toch vooral een volplastic wannabe was die zijn belofte niet heeft ingelost. Trouwens: Toyota Celica – zelfde laken een pak.
08. BMW 5-serie GranTurismo
Hij is op het randje, deze. Toen we hem voor het eerst zagen, vreesden we voor de toekomst van het merk. Wat een belachelijk overbodige toevoeging aan het gamma, en zo lelijk als een kont (een heel lelijke kont, welteverstaan) bovendien. Maar als je er in rijdt, ga je er de humor van inzien. Hij staat op het onderstel van een 7-serie en dat betekent belachelijk veel ruimte en een uitmuntend rijgedrag in een aanzienlijk goedkopere en compactere verpakking – wat zou je daar nou niet leuk aan moeten vinden? En dat uiterlijk, ach: er is ook nog een X6…
09. Citroën DS5
Oei, dit is een héél lastige. In het begin waren we totaal verbluft van hem. Briljant design, fenomenaal interieur, echt iets totaal anders. Bij het rijden kwamen de eerste haarscheurtjes: hij was keihard geveerd, wat helemaal niet bij ‘m paste, en had een automatische (nou ja: gerobotiseerde) versnellingsbak die je met z’n ‘inhouden en dóór’ tot waanzin kon drijven. Inmiddels schijnen vering, demping en bak wat te zijn aangepast, maar krijgen we twijfels over het uiterlijk. Is ie niet eigenlijk heel klein? Dat chroom overal, moet dat echt? Aan de andere kant: hij blijft anders dan anders en daar worden we altijd blij van. Dat interieur: wow. Vooralsnog het voordeel van de twijfel: de tijd (hét onderwerp van deze Top 10, tenslotte) zal het leren.
10. Fiat Multipla
Hij mag ook in deze Top 10 weer niet ontbreken: die goeie ouwe Multipla. Er zijn weinig auto’s die we zo stelselmatig hebben afgebroken. Maar er zijn ook weinig auto’s die we zo stelselmatig de hemel in hebben geprezen, om zijn concept, zijn ruimte, zijn slimmigheden en zijn rijkwaliteiten. We zijn ons er terdege van bewust dat de Multipla in bepaalde kringen al lang een cultstatus heeft bereikt. Je weet: cult, dat is iets dat om volstrekt duistere redenen zó cool is dat iemand die zelf niet minstens even cool is, het nooit zal begrijpen. En eigenlijk gunnen we de Multipla die status, na al die jaren van beledigingen, beschimpingen en uitlacherij, hebben we hem eigenlijk zo cult gemaakt als maar kan. Wees cool. Rij Multipla.
Reacties