TU Delft bouwt duurzame auto met vergeten techniek uit jaren ’60 die op bijna elke brandstof kan lopen

Welke brandstof gebruiken we over tien jaar? Benzine? Waterstof? Ethanol? Of misschien allemaal wel; net wat de specialiteit van de dag is. Het maakt niet zoveel uit welke kant de verduurzaming opgaat, deze Eco-Runner XV van de TU Delft lust het allemaal wel. De auto is voorzien van een gasturbine die loopt op verschillende duurzame brandstoffen, waaronder waterstof, groene koolwaterstoffen en groene methanol. Iets waar veel automerken zo’n zestig jaar geleden ook mee bezig waren.

De auto ziet eruit als een in elkaar gezakt papier-maché project voor Vaderdag, maar daar moet je niet naar kijken. Het gaat om de techniek die onder de ruwe koets zit – en die is indrukwekkend. De turbine zorgt niet direct voor de beweging zoals bij een vliegtuig het geval is, maar laadt een accu op. Dit is het verschil met de turbineauto’s uit de jaren ’60 en ’70. De aandrijving van de Eco-Runner XV is dus elektrisch. De gasturbine werkt dus als een range-extender.

Turbines zijn niet klein

Als je uit het raam van een vliegtuig kijkt, dan zie je dat zo’n turbine niet echt lekker in je handbagage past. Sowieso niet bij EasyJet. Het team achter de auto schrijft: ‘Het team stond voor de taak om deze technologie te verkleinen en te integreren in een auto. Hoewel de motor is verkleind, blijft deze unit groter dan die van eerdere voertuigen.’ Daarom kreeg de auto een sterk ijzeren frame. De buitenkant is van vlasvezel (ja, met een ‘v’).

Hoe zuinig de aandrijflijn is, moet nog blijken. In juni gaat het team op pad met 31 kilo propaangas om te kijken hoe ver de auto komt. Of de techniek in een productieauto komt, is nog maar de vraag. De TU Delft ziet vooral toepassingen bij zwaarder transport, omdat het hier vaak onhandig is om heel veel batterijen te gebruiken. Bovendien maakt het dan niet uit dat de turbine wat groot uitvalt.

‘De Eco XV laat zien dat brandstofflexibiliteit geen verre droom is, maar vandaag al werkelijkheid kan worden. Door te focussen op het gebruik van meerdere brandstoffen, speelt het voertuig in op de uitdagingen van de energietransitie. Deze flexibiliteit is essentieel voor de opschaling van duurzame mobiliteit, zeker in sectoren met zwaar transport, zoals de maritieme sector en de luchtvaart, waar alternatieve energiebronnen momenteel niet altijd toepasbaar zijn’, legt het team uit.

Niet de eerste turbineauto

Er was een tijd dat bijna alle automerken druk bezig waren met het ontwikkelen van een turbinemotor voor straatauto’s of vrachtwagens. De Chrysler Turbine Car en ‘Big Red’ van Ford uit de jaren ’60 zijn de bekendste voorbeelden. Maar ook in Zweden waren ze geïnteresseerd in de gasturbines. Volvo bouwde in 1978 zijn eerste turbineauto. Dit was een omgebouwde Volvo 264 waarbij de turbine direct zorgde voor de aandrijving. Wie weet kan deze Eco-Runner voor inspiratie zorgen bij automerken.

Lees ook: Geen eFuels of waterstof – is dit stinkende goedje de duurzame brandstof van de toekomst?