Betekenis waarschuwingslampjes van auto bij driekwart onbekend

Voor pechvogels is het het hele jaar door kerst. Het instrumentarium vult je blikveld met felgekleurde waarschuwingslampjes. Kan gebeuren, maar uit onderzoek van de VAB (de Belgische ANWB, zo ongeveer) blijkt dat slechts een kwart van de mensen weet wat de waarschuwingslampjes op het dashboard betekenen. En dat is nogal weinig.

Best riskant, want vooral de geknepen turbomotoren van de afgelopen jaren lusten dikwijls een slok olie. Duitse degelijkheid bestaat niet meer en ook de stereotypen van Italiaanse auto’s worden nog vaak bevestigd. En als je daar geen rekening mee houdt, word je op je onoplettendheid geattendeerd met een rood olielampje. En eigenlijk ben je dan al te laat. Als het olielampje verschijnt, moet je dus niet wrijven en drie wensen* doen. Maar direct stoppen en hopen dat er niets stuk is.

Volgens de VAB zit het, kort door de bocht, als volgt: ‘Bij rode waarschuwingslampjes moet je meteen stoppen, bij oranje waarschuwingslampjes kun je nog doorrijden, maar moet je zo snel mogelijk actie ondernemen (pechdienst of garage). Bij blauwe of groene lampjes moet je niets ondernemen.’

Wist jij dit al? Gefeliciteerd: je behoort tot de zeldzame groep mensen die enig idee heeft van de techniek waarmee ze onderweg zijn. Zo niet: ga je schamen en onderwijs jezelf, dan hou je je auto misschien heel.

* Tip: wens om nog meer wensen. En als dat niet mag: wens bij de tweede wens dat de geest in de lamp het vergeet. Dan begint ie weer opnieuw.