Zo bizar veel Tesla’s worden gevandaliseerd – en daar verdient Elon Musk erg goed aan

Afgelopen zomer zagen we op een festival een man een plastic bekertje kapotslaan ‘uit protest tegen plastic’. Hij stond er zelf ook een beetje verbaasd van te kijken. Zo voelt het ook als je hoort dat boze burgers in de Verenigde Staten Tesla’s bekrassen, banden lek steken of spiegels eraf trappen: pure razernij met de strategische finesse van een half aangebrande spekpannenkoek. Want nieuwsflits: die schade? Die wordt gerepareerd. En wie lacht er dan? Precies, Elon Musk.

Volgens een onderzoek van Guardian Service heeft maar liefst 44 procent van de Tesla-bezitters in de Verenigde Staten te maken gehad met vandalisme. Gemiddelde kosten? Een bescheiden 1.900 Amerikaanse dollar per incident, oftewel ongeveer 1.750 euro. En gok eens: die onderdelen, van gelakt spatbordje tot ambilight-achterlicht, komen vrijwel allemaal uit de schappen van Tesla zelf. Alsof je bekeert tot de dark side om iemand te redden, maar vervolgens zelf de schade aanricht.

Met een krasje of wat graffiti kan de lokale autodetailer soms nog wonderen verrichten. Maar zodra er een bumper, ruitje of koplamp vervangen moet worden, gaat de portemonnee wijd open richting Tesla zelf. Daar zit geen louche achterafgarage tussen die voor een prikkie je schade wegpoetst. Nee, voor een Tesla moet je terug naar de bron, net zoals je bij een Dyson-stofzuiger ook niet even een nieuwe motor haalt bij Ome Jan op de hoek.

De verzekeraar als geldpomp

En wie betaalt de rekening? Juist, de verzekeraar. En die gooit de premies omhoog. Bijna 60 procent van de Tesla-eigenaren zagen hun verzekering omhoogschieten, gemiddeld 340 Amerikaanse dollar per jaar extra (315 euro). Zelfs wie zijn Tesla ooit kocht in de gloriedagen toen Musk nog een excentrieke uitvinder was en niet een wandelende Twitterstorm, mag nu dokken. Dus terwijl de Tesla-haters zich verkneukelen bij de aanblik van een gekraste motorkap, rinkelt bij Musk de kassa.

Polarisatie is het nieuwste verdienmodel van Musk

Tesla bezit een uniek verdienmodel waarin hun grootste critici de bankrekening spekken. De ‘anti-Elon’-brigade betaalt vrolijk mee aan de groei van de onderneming die ze het liefst in de Noordzee zouden duwen. Musk verkoopt dus niet alleen auto’s, maar ook de gevolgen van afgunst, frustratie en sociale irritatie. Polarisatie is het nieuwste verdienmodel van Musk.

Dus de volgende keer dat iemand in de Verenigde Staten een Tesla ziet en de drang voelt om z’n sleutel te gebruiken alsof het een zwaard is: leg die sleutel weg, haal diep adem en besef dat je daarmee alleen Musks champagnevoorraad aanvult. Wil je echt protesteren? Koop een oude Opel Astra, plant een boom, doneer aan een goed doel — maar laat die Tesla voor wat hij is.

Lees ook: De nieuwe auto’s van de Koninklijke Marechaussee rijden niet op diesel, benzine, waterstof óf elektriciteit