Alfa is niet bepaald de eerste met een versnellingsbak met dubbele koppeling. Maar, zeggen ze zelf, wel de beste…
 
Op reis gaan is in dit vak niet bijzonder. Nieuwe modellen worden meestal in niet al te verre buitenlanden geïntroduceerd, dus wij zien vliegtuigen meer van binnen dan van buiten. Maar op reis gaan voor een nieuwe versnellingsbak maken we niet vaak mee. Maar, zo zegt Alfa Romeo, het is dan ook niet zomaar een nieuwe bak, het is de bak van de toekomst. Daar hebben ze geen ongelijk in. De ene na de andere fabrikant schakelt over (geen bedoelde woordspeling) op bakken met dubbele koppeling, omdat de voordelen zo evident zijn: meer comfort, snellere acceleratie, minder verbruik – wat wil je nog meer? Het bijzondere bij Alfa is dat ze de bak niet van derden betrokken hebben (bekende jongens als Getrag en ZF doen bijna niets anders meer dan dit soort bakken bouwen), maar het lekker eigenwijs allemaal zelf wilden doen.
 
Het resultaat hebben ze TCT genoemd en beleeft zijn primeur in de Alfa MiTo. Dat is maar het begin, want hij wordt ook snel leverbaar in de Giulietta en op niet al te lange termijn ook in andere (zo niet alle) Fiat- en Chrysler-modellen. Ze hebben er dan ook alles aan gedaan om er iets bijzonders van te maken. Hij is een stuk compacter dan de bestaande units, wat gezien de onvoorstelbare hoeveelheid tandwieltjes en andere onbegrijpelijke onderdeeltjes een prestatie van formaat is. Het houdt in dat hij in alle modellen past, ook de kleinste. Daarnaast hebben ze alle moeite gedaan zijn ‘gedrag’ te integreren in de bestaande dna-cultuur. Voor de niet-verstaander: dat is een knop in moderne Alfa’s waarmee je kunt kiezen tussen een normale, dynamische en winterstand van zo’n beetje alles wat met rijdynamiek te maken heeft: onderstel, besturing, gaspedaalrespons – alles verandert met één druk op die knop. Voor de volledigheid kun je de bak ook zelf bedienen via de pook of flippers achter het stuur, en is ook nog eens een start-stopsysteem geïntegreerd.
 
Werkt het? Nou en of: het is zelfs een waar juweeltje geworden. De prestatieverschillen zijn niet wereldschokkend (0,2 seconden sneller naar 100, 0,1 l/100 km lager verbruik), maar het comfortvoordeel is ongekend. In de Normal-stand schakelt de bak al erg vlot en op momenten waarop je het verwacht, maar zonder dat je er ook maar iets van voelt. In de Dynamic-stand trekt hij verder door en blijft langer in hoge toeren hangen, maar zelden zo dat je geneigd bent zelf in te grijpen – elke keer is hij je voor. Het is haast alsof ze het hebben gekoppeld aan gps-informatie: komt er een bocht aan, dan schakelt hij al terug voordat jij hem hebt gezien.
 

Als er al een minpunt is, dan is het dat start-stopsysteem; kom je langzaam op een rotonde afrijden om vlot te kunnen invoegen, dan lukt dat soms bijna niet omdat de software heeft besloten de motor maar weer even uit te schakelen. Hyperactief en bij tijd en wijle erg irritant. Maar daar zullen ze vast wel iets op vinden – als ze zo’n mooie bak kunnen maken, dan zal dat ook wel lukken.

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)