Wie besluit de best rijdende van het stel (de BMW 5-serie) en de meest comfortabele (de Mercedes E-klasse) links te laten liggen en voor een Audi A6 te kiezen: we kunnen hem of haar geen ongelijk geven. Zo’n BMW of Mercedes moet maar net je smaak zijn, en los van het feit dat alle Audi-modellen tegenwoordig eeneiige veellingen lijken te zijn van elkaar, is een A6 op zichzelf gewoon een bijzonder fraaie auto. Als sedan, maar zeker als station.
Afgezien daarvan (het zou je stijl niet kunnen zijn), zullen zelfs doofstomme blinden zonder smaak- of tastzin opmerken dat het interieur van een Audi A6 Avant op eenzame hoogte staat. Dat wil wat zeggen – zo beroerd heeft de concurrentie het nou ook weer niet voor elkaar. Zelfs zij erkennen desgevraagd echter ruiterlijk op dit gebied niet tegen de jongens en meisjes uit Ingolstadt op te kunnen.
Geen koopje
Nu is zo’n Audi A6 Avant bepaald geen koopje. Zeker met een beetje aardige motor, een uitrusting die zijn status eer aandoet en een automaat (want dat past natuurlijk helemaal bij ‘m), ga je hard richting de zeventig mille. Dat hoeft natuurlijk niet: er is al een A6 met automaat voor iets minder dan vijftigduizend euro. Die is dan gekoppeld aan een tweeliter TFSI-benzinemotor van 180 pk, wat toereikend moet zijn, ook voor zo’n joekel van een auto.
Probleem is wel dat die automaat er een van het ‘continu variabele’, traploze type is. En met alle respect voor meneer Hub van Doorne, je weet wel, die van DAF, die het ding heeft uitgevonden: wij hebben er een gruwelijke hekel aan. Het is mooi dat hij minder verbruikt dan een normale automaat, maar het feit dat hij altijd het maximaal haalbare opzoekt als je op het gas trapt (ofwel: hij knalt altijd in één keer erg hoge toeren in en houdt dat vast tot je op je verlangde snelheid bent, wat een enorm gegier oplevert), daar worden we elke keer weer knap chagrijnig van. Wie wel eens een Toyota Prius heeft gereden, weet wat we bedoelen.
Gelukkig ondervangen
Audi heeft dat probleem gelukkig weten te ondervangen. Door acht versnellingen ‘voor te programmeren’, ramt hij dus niet in één keer naar 7.000 tpm, maar naar een (fictieve) versnelling hoger. Dat brengt de rust terug, met behoud van de voordelen. Daar zou Toyota eens naar moeten kijken.
De motor is verder best berekend op zijn taak: van 0 naar 100 in 8,6 seconden zal niemand wakker liggen, maar er zal ook niemand bij in slaap vallen. Het onderstel is typisch Audi: iets minder hard dan BMW, iets steviger dan Mercedes – precies er tussenin dus. Als we dan toch iets te mopperen hebben, dan is het op ons Audi-stokpaardje: de besturing. Te licht, maar vooral veel te gevoelloos. Wie daar mee kan leven, heeft ook aan een instap-Audi A6 Avant een zalige auto.
Audi A6 Avant 2.0 TFSI Multitronic
12/20
Cijfers
0-100 km/u: 8,6 s
Top: 218 km/u
Verbruik: 6,5 l/100 km
Motor: 1.984 cc, viercilinder turbo benzine
Aandrijving: voor
Vermogen: 180 pk
Koppel: 320 Nm
Gewicht: 1.605 kg
CO2: 152 g/km
Prijs
NL € 49.460
BE € 42.170
Vonnis
Geen zorgen: ook met een viercilindertje en drama-automaat blijkt deze A6 een heerlijke auto. Techniek manieren bijbrengen, dat kunnen ze wel bij Audi
Reacties