BMW 316d sedan

Oh zeker, we kennen het. Een aantal maanden na de internationale introductie stap je in Nederland in het basismodel van de betreffende auto – en verrek zeg: dat lijkt wel een totaal andere auto. Natuurlijk willen fabrikanten bij zo’n perspresentatie optimaal voor de dag komen en duwen je liefst in volgehangen topversies – daar kunnen we wel doorheen kijken. Maar toch: soms is het verschil ongeveer zo groot als wat je in de spiegel ziet om elf uur ‘s avonds in een gezellige kroeg en wat je de ochtend daarop in de badkamerspiegel aangluurt.

Vandaar dat we altijd graag na een tijdje een bodemversie ophalen, de auto die de gemiddelde koper of leaserijder zich vaak nét kan veroorloven, de auto die zo fletsjes kan afsteken bij het exemplaar waarvoor we hem of haar warm hebben gemaakt. Neem nou de BMW 3-serie. Tot nu toe reden we alleen de dikkere versies, voorzien van navigatie, head-up display en al die andere smakelijke gadgets die over het algemeen voor veel, heel veel geld in de optielijsten te vinden zijn.

Maar helemaal bovenaan (of onderaan, hoe je het bekijkt) de dieselprijslijst prijkt de 316d, de pauper, de stumper die met zijn plastic wieldopjes staat te doen alsof ie bij de grote jongens hoort. Straalt er nog íéts van de glorie van ‘een’ 335i High Executive op dit kippenborstje af?

Zeker wel. In de basis is dit krek dezelfde auto als de voorlopige topdieselaar, de 12 mille duurdere en 70 pk sterkere 320d – tot de motor aan toe. In de 316d ligt immers ook die tweeliter, maar dan teruggetuned tot 116 pk vermogen en een alleszins acceptabele 260 Nm trekkracht. Qua uitrusting is de 316d al evenmin iets om medelijden mee te hebben. Oké, hij staat inderdaad op stalen 16 inchjes met Tupperware-doppen, maar is gewoon voorzien van snuisterijen als automatische airco, een prima stereo met usb- en aux-aansluiting, iDrive, boordcomputer – de hele mikmak.

Plus uiteraard het hele Efficient Dynamics-pakket, inclusief zaken als stop-start en het niet genoeg te prijzen Driving Experience Control, waarmee je diverse parameters van de auto kunt instellen op een sportieve of juist brandstof besparende rijstijl. En dat tot nu toe het enige systeem is dat in onze ogen écht doet wat het belooft.

Rijden doet de 316d natuurlijk even voortreffelijk als z’n dure broers. Goed, vreselijk hard gaat het niet en stoplichtsprints zouden we lekker aan anderen overlaten. Maar ondergemotoriseerd is ie allerminst.

Het enige wat we missen is wat raffinement. Als je je hand op de pook houdt en de motor slaat na een stop-startje weer aan, trilt hij zo’n beetje uit je hand. Daarnaast is hij ook bij optrekken erg aanwezig (eenmaal op snelheid hoor je hem nauwelijks meer) en dat past allemaal niet echt in het verder zo beschaafde totaalplaatje. Zou BMW bij zo’n 316d nou echt bezuinigen op isolatiemateriaal? Hoe dan ook, je rijdt bepaald niet voor schut in zo’n instappertje, integendeel.

13/20

0-100 km/u: 10,9 s
Top: 202 km/u
Verbruik: 4,3 l/100 km
Motor: 1.995 cc, viercilinder turbo benzine
Aandrijving: achter
Vermogen: 116 pk
Koppel: 260 Nm
Gewicht: 1.167 kg
CO2: 114 g/km

NL € 35.900
BE € 29.250

Geen uitgekleed basisgevalletje, maar een volwaardige 3-serie met de belangrijkste dingen (en meer) erop en eraan. Rijdt top, mist wel wat raffinement