Afgelopen zomer vierde de meest succesvolle F1-coureur ooit zijn twintigste jaar aan de top. TopGear kijkt terug op de hoogte-, diepte- en laagtepunten van Mike Schumi: twee decennia controversie.
1969
Geboren in Hürth, West-Duitsland, zes jaar voor zijn broer Ralf, een marge in tijd die hij tijdens F1-races gemakshalve ook zal aanhouden.
1973
Vader Rolf modificeert de trap-kart van de jonge Michael door er de motor van een motorfiets op te bouwen. Schumacher crasht prompt tegen een lantaarnpaal, waarschijnlijk omdat die zich wel aan de regels hield.
1975
Wint zijn eerste kartrace, is zes jaar oud. Maakt een irritant vreugdedansje op het podium.
1981
Is twaalf, en gefrustreerd omdat West-Duitsland geen racelicenties aan kinderen onder de veertien uitgeeft, haalt de jonge Schumi zijn licentie in Luxemburg. Regels zijn er om hem te dienen, namelijk.
1983
Wint het Duitse kartkampioenschap. Krijgt de baard in de keel.
1987
Wordt Europees kartkampioen. ‘Dat joch kan wel eens beter worden dan Satoru Nakajima’, zegt een verbaasde toeschouwer.
1991
Maakt zijn Formule 1-debuut tijdens de Belgische Grand Prix in vreemde omstandigheden, als hij invalt voor Jordan-coureur Bertrand Gachot – die in de bak zit omdat hij traangas in het gezicht van een Londense taxichauffeur heeft gespoten. Hoewel hij nooit eerder op Spa heeft gereden, kwalificeert Michael Schumacher zich als zevende voordat hij in de eerst ronde uitvalt vanwege problemen met zijn koppeling. Krijgt meteen een contract bij Benetton voor de rest van het seizoen.
1992
Nog altijd bij Benetton, wint Schumacher zijn allereerste Grand Prix in een nat België, wat het begin inluidt van zowel een voorliefde voor Spa als voor natte races. Eindigt dat jaar als derde in het eindklassement, terwijl Mansell kampioen wordt.
1994
Wint voor het eerst het kampioenschap namens Benetton op een uiterst laffe manier. Als hij in ronde 36 van de laatste race van het seizoen een punt voorligt op Damon Hill, duikt Schumi in de vangrail. Als Hill hem passeert, draait Schumi weer de baan op en raakt de Williams. Beide auto’s kunnen niet verder. Omdat Schumacher niet wordt gestraft voor het ongeluk en dus de wereldtitel krijgt, wordt hij meteen de meest gehate Duitser, een eretitel die tot dat moment op naam van Rudi Völler stond.
1995
Verdedigt succesvol zijn wereldtitel, en haalt zo tevens de constructeurstitel binnen voor Benetton. Wordt bovendien de jongste man in de geschiedenis die twee keer wereldkampioen in de F1 wordt. Maakt zo nu en dan lekker ruzie met Damon Hill. In Engeland moeten ze Schumi nu echt niet meer.
1996
Gaat naar Ferrari – een team dat geen kampioenschap heeft gehaald sinds 1979 – voor het gezonde sommetje van 50 miljoen Amerikaanse dollars. Ondanks dat hij drie races wint, inclusief een natte Spaanse Grand Prix waarin hij alle coureurs tot de derde plaats op een ronde zet, wordt hij in het eindklassement niet meer dan derde.
1997
Meer gedoe tijdens de laatste race van het seizoen. Hij ligt precies een puntje in het klassement voor op Jacques Villeneuve, leidt de race en lijkt dus kampioen te zullen worden, als Schumachers Ferrari begint te lekken, waardoor Villeneuve in staat is hem in te halen. Als de Williams hem voorbij komt, maakt Schumacher een rare slinger, maar beschadigt daarmee alleen zijn eigen auto en niet die van Villeneuve. De Canadees gaat ervandoor met de titel. Schumacher wordt vanwege het incident gediskwalificeerd en uit het klassement gezet.
1998
Een prettig en rustig jaar. Krijgt een zogeheten stop-and-go-straf van tien seconden opgelegd terwijl hij aan kop gaat in de Britse Grand Prix. Schumacher wacht tot de laatste ronde om de pit binnen te gaan, waardoor hij en passant de finish passeert voor hij in de Ferrari-pit zijn straf uitzit. Dan is zijn race al voorbij, en dus heeft hij gewonnen. Ingenieus.
Later dat jaar probeert hij David Coulthard op een ronde te zetten op een regenachtig Spa, maar Schumacher rijdt op de McLaren in, en beide auto’s vallen uit. Nadat hij zijn Ferrari heeft geparkeerd, stormt Schumi de McLaren-garage binnen, waar hij Coulthard ervan beschuldigd hem te hebben willen vermoorden. De Hypocrisiemeter van de F1 explodeert hierdoor. Wordt in het kampioenschap uiteindelijk tweede, na Häkkinen.
1999
Breekt een been nadat hij met hoge snelheid crasht tijdens de Britse GP. Mist zes races maar neemt meteen weer de pole-positie in bij zijn comeback-race, met een verschil van bijna een hele seconde. McLarens Mika Häkkinen wint het kampioenschap, maar Schumi helpt Ferrari aan haar eerste constructeurstitel in zestien jaar.
2000
Begin van een tijdperk. Schumacher weerhoudt Häkkinen van diens derde titel, en wint in zijn Ferrari. Behaalt zijn 41e winst op Monza, waardoor hij evenveel overwinningen schrijft als zijn idool Ayrton Senna. Huilt als een grote baby tijdens de persconferentie na de race.
2001
Titel nummer vier, en begint nu echt records te verzamelen. Behaalt zijn 52e winst op Spa en verbreekt daarmee het record aller tijden van Alain Prost. Is genereus en laat zijn broer Ralf winnen in Canada, in een race waarin hij zelf tweede wordt en voor het eerst in de geschiedenis van de F1 twee broers de eerste twee plaatsen bezetten.
2002
Heerschappij. Wordt zes races voor het einde van het seizoen al kampioen, behaalt elf zeges en staat na elke race op het podium. Toch weet hij nog wat herrie te schoppen. Als zijn maat bij Ferrari, Rubens Barrichello, het veld aanvoert in de laatste bocht van de Grand Prix van Oostenrijk, gaat de Braziliaan van het gas zodat zijn teamgenoot hem kan passeren en kan winnen. De FIA verbiedt hierna alle teamorders.
2003
Wint zijn zesde kampioenschap na een spannend seizoen, waarmee hij het 46 jaar oude record van Fangio verbreekt. Belangrijker dan dat is dat hij Reizend Ambassadeur wordt van de Republiek San Marino.
2004
Meer hegemonie. Snelt naar de wereldtitel, en breekt al doende zijn eigen record door 13 races te winnen. Geeft tien miljoen dollar aan de wederopbouw van de kust van de Indische Oceaan, nadat zijn bodyguard, Cramer, is omgekomen door de tsunami.
2005
Het eind van een tijdperk. Wint maar een race en eindigt als derde in het kampioenschap, dat voor het eerst wordt gewonnen door Fernando Alonso. Toch is het niet allemaal ellende en narigheid, want Schumacher wordt ‘s werelds eerste dollarmiljardair in de sport.
2006
Saai wordt het niet. Nadat hij de snelste tijd heeft neergezet in de kwalificaties in Monaco, besluit Schumi om zijn auto te parkeren in de Rascasse-bocht, waardoor hij de weg blokkeert en zo voorkomt dat Alonso een mooie ronde kan rijden. Schumacher zegt dat zijn auto het niet meer deed, maar de stewards zijn het daarmee niet eens en dwingen hem als laatste te starten. Snel daarna krijgt hij de gouden motorsportmedaille van de FIA als erkenning voor de inspanningen die hij heeft gedaan om de veiligheid van de coureurs te verbeteren. Duwt Alonso in een hek en hoewel hij van de negentiende naar vierde plaats klimt tijdens de beslissende race van het seizoen in Brazilië, lukt het hem niet om in zijn laatste race voor Ferrari voor de achtste keer wereldkampioen te worden.
2007
Neemt afscheid van de F1. Koopt een landhuis – met een eigen benzinestation – aan het Meer van Genève. Rijdt paard. Speelt voetbal. Doet veel aan liefdadigheid. Wordt berispt door de politie nadat hij in Beieren een taxi aanhoudt en met de chauffeur van plaats wisselt omdat hij ‘met hoge snelheid’ met zijn hele gezin aan boord, probeert een vliegtuig te halen. De wereld accepteert dat Schumacher misschien toch wel een goede peer is.
2009
Komt bijna terug in de F1 bij Ferrari nadat Felipe Massa door een vreemd ongeluk tijdens de training wordt uitgeschakeld, maar hij wordt ervan weerhouden door een blessure aan zijn nek die hij eerder dit jaar opliep tijdens een ongeluk met een motorfiets. Luca Badoer neemt Massa’s plaats in. Badoer bakt er niets van. Schumi wordt ontmaskerd als de mysterieuze coureur The Stig in een aardig bekeken Engelse televisieshow, waar tevens uit blijkt dat hij verdomd weinig van eenden weet. En toch humor blijkt te bezitten.
2010
Hij is terug! Op de leeftijd van 41, komt hij terug in de F1, bij het team van Ross Brawn: Mercedes. Wordt tien plaatsen achteruit gezet bij de start van de Hongaarse GP nadat hij Barrichello sneed naar een betonnen muur, bij 280 km/u op het lange rechte eind. ‘Ik denk dat hij er wel door had gekund’, zei Schumi. ‘Dit is het gevaarlijkste dat ik ooit heb meegemaakt’, zei Barrichello. Schumi bood later zijn excuses aan.
2011
Flarden van de oude Schumacher komen tot ons als hij een handvol keren in de top-vijf finisht en de jonge garde een paar lesjes leert. Viert op subtiele wijze dat hij twintig jaar in de F1 rijdt door een bladgouden helm te dragen in de GP van Spa. De ultieme lauwerkrans krijgt Schumacher als een Nederlandstalig tijdschrift twee volle pagina’s aan hem wijdt in editie 78.
2012
Vervangt Massa bij Ferrari, en wordt voor de achtste keer wereldkampioen, door Vettel en Hamilton in de laatste race te verslaan. Dromen zijn niet altijd bedrog, toch?
Reacties