Subaru Forester e-Boxer

Heb jij vandaag al een Subaru-rijder bedankt? Niet? Doe dat dan gauw eens even. En realiseer je hoe belangrijk het is dat er automerken blijven bestaan die er niet precies dezelfde standaard receptuur op nahouden als alle andere. In de naam van de diversiteit, in de naam van alles wat je leuk en interessant vindt aan auto’s: juich deze vrije geesten toe. Sorry: we hebben het hier inderdaad over een hybride crossover. Dit was vast niet meteen het intro dat je bij zo’n soort auto verwachtte. Maar deze Subaru Forester e-Boxer is anders.

Om te beginnen is de Forester De Originele Crossover. Hij vervoerde al boswachters en adventure-types over modderpaadjes toen VW, Peugeot en consorten net hun zwarte plastic bumpers mee begonnen te spuiten. Je kunt ’m niet aanrekenen dat elke tweede auto die je tegenkomt nu plots een opgehoogde stationwagen of wannabe-terreingeval is. Ten tweede: deze Forester is geheel nieuw. Hij is groter, ruimer, geavanceerder en mooier in elkaar gezet dan de vorige. En hij is dus hybride.

Waarom bouwt Subaru een Forester e-Boxer?

Ook kleine Japanse merken moet mee in de geëlektrificeerde, CO₂-drukkende wervelwind die momenteel door de autowereld raast. Subaru had ongetwijfeld jaren geleden al duffe Prius-aandrijflijnen van Toyota kunnen overnemen. Maar nee, dat leek hen niet gepast. In plaats daarvan ontwikkelden ze de e-Boxer, waarin hun geliefde benzine-boxermotor centraal staat. Een 2,0-liter direct ingespoten viercilinder (voor 80 procent nieuw), een elektromotor van net geen 17 pk en 66 Nm, een batterij onder de laadvloer, vierwielaandrijving, 1.870 kilo trekgewicht, en kijk eens aan: een rasechte Subaru-hybride.

Wanneer we met onze Forester vertrekken voor een klein rondje door de Flevopolder, is het accupakket nagenoeg leeg. Nadat we een kwartier hebben bestudeerd welke knop wat doet (de ergonomie is hilarisch Japans), vinden we uit hoe we de boel onderweg kunnen bijladen. Al na luttele minuten rijden is de compacte batterij weer halfvol. Vervolgens zien we op uiteenlopende momenten – tot en met zo’n 60 km/u – dat de benzinemotor uitvalt en de elektromotor in de CVT-transmissie het overneemt. Stil, soepel en nagenoeg onmerkbaar. Kijk, daar heb je wat aan.

Een CVT met ‘versnellingen’ in de Subaru Forester e-Boxer

De elektromotor heeft niet genoeg power om zelf bij het stoplicht op te trekken, maar hij komt opvallend vaak in actie. Ook bijvoorbeeld bij tussenacceleraties. Als je de Snow/Dirt-modus selecteert, zorgt ie voor een extra vlot duwtje vanuit stilstand. Dat zul je in Nederland niet snel nodig hebben, tenzij je graag je route afsnijdt door drassige weilanden. Maar toch leuk dat het erop zit. De CVT-bak in de Subaru Forester e-Boxer heeft trouwens voorgeprogrammeerde ‘trappen’ die versnellingen simuleren. Hiermee wordt jengelend hoogtoerig gedrag effectief de kop ingedrukt, zeker als je een beetje normaal rijdt.

De bijzonder prettige stoelen, de ontspannen besturing en het duidelijk op jouw welzijn gerichte onderstel maken van de Forester een fijne metgezel. Nee, het zal nooit een Duitser worden qua materiaalgebruik, laat staan de eerdergenoemde ergonomie. Maar het is allemaal doortimmerd en ziet er keuriger uit dan ooit. Bovenal is en blijft de Forester een karakterbak, met in z’n linkerknipperlicht al tien keer meer sjeu dan welke door focusgroepen en marketingfiguren bedachte nep-crossover ook. Dus ga je gang: bedank vandaag eens een Subaru-rijder. Of onderzoek anders even of je er zelf niet een wilt worden.

Specificaties Subaru Forester e-Boxer