De Toyota Prius en TopGear liggen elkaar niet zo. Maar laten we gewoon eens proberen deze Wagon op z’n merites te beschouwen.
Dit kan natuurlijk het makkelijkste artikel worden dat we ooit geschreven hebben. De Toyota Prius vertegenwoordigt zo’n beetje alles waar we bij TopGear een hekel aan hebben. Deze nieuwe Wagon maakt dat alles alleen maar erger, want naast saai, sloom en lelijk is de Prius nu ook nog eens praktisch. Jakkes. Je kunt dus op je klompen aanvoelen welke kant deze rijtest op zal gaan: het ding tot op zijn bandenprofiel afbranden en zo diep begraven dat tientallen generaties archeologen ‘m nooit meer terugvinden. Hè. Dat lucht op.
Laten we dat nu eens niet doen. Laten we het onszelf eens moeilijk maken en net doen alsof we een eerlijk, objectief en onbevooroordeeld magazine zijn, dat je netjes over de voor- en nadelen van een auto vertelt. We gaan ‘m gewoon een faire kans geven. Oké. Diep ademhalen, tandjes op elkaar: daar gaan we.
Je mag de Prius gerust een wereldhit noemen – Toyota heeft inmiddels al vier miljoen hybrides verkocht. De Wagon-versie gaat dat aantal nog flink opstuwen, want als er al iets op een Prius aan te merken was, dan was het dat ie wel iets meer ruimte kon gebruiken. Nou, bij dezen: de Prius Wagon is in totaal vijftien centimeter groter, waarvan de wielbasis er acht voor zijn rekening neemt. Dat levert zo veel meer binnenruimte op, dat er nu drie zitrijen in passen en er zeven personen mee kunnen. De middelste bank is verschuifbaar – je hebt dus de keuze tussen zeven man die erg krap zitten en nauwelijks bagageruimte (200 liter) of zeer riant plek voor vijf plus 505 liter rommel.
Laten we er niet omheen draaien: het grote voordeel van de Prius Wagon zit hem in de financiën. Geen bpm, geen mrb, 14 procent bijtelling, een relatief bescheiden verbruik: het glijdt er bij de zakelijke rijder in als Gods woord in een ouderling. En sorry: dat is het dan ook.
Verder kunnen we niet één reden bedenken om dit ding te kopen. Om te rijden is ie zo opwindend als een Nederlandse songfestival-inzending. De vering is zompig, de besturing zo levendig als een gestrande bultrug. De gewone Prius is al geen sprinter; het extra gewicht van de Wagon verergert dat alleen maar. Vlot wordt het nooit en de cvt-automaat die de motor elke keer dat je waagt het te proberen keihard de toeren in giert, boort ook je laatste beetje hoop de grond in.
Deze auto koop je maar voor één ding: het geld. Prima, moet jij weten. We snappen dat een auto, al naar gelang z’n functie, niet altijd woest opwindend kan zijn. Maar dit hier is zo sexy als een onderbroek van piepschuim. En ziet er ongeveer zo uit. Wie dit rijdt, is gecapituleerd. Heeft alle hoop laten varen en komt er rond voor uit dat mannelijkheid/imago/lol in het leven niets is, en geld/vrouw/geld/kids/geld/baas/geld/golden retriever/geld alles. Je moet maar durven.
Top: 165 km/u
Verbruik: 4,1 l/100 km
Motor: 1.798 cc, viercilinder benzine + 60 kW elektromotor
Aandrijving: voor
Vermogen: 136 pk
Koppel: 207 Nm
Gewicht: 1.490 kg
CO2: 96 g/km
BE € 31.990
Reacties