Er was in januari 2008, tijdens de motorshow in Detroit maar één auto waar werkelijk iedereen over sprak. Een auto die onder de aanwezige journalisten zorgde voor een lichte vorm van massahysterie. Het ging niet eens over een nieuw model, of over een auto die verantwoordelijk was voor een of andere revolutionaire technische doorbraak. Ook werd er geen opmerkelijk ecologische hoogstandje gepresenteerd. Nee, het nieuws kwam uit onverwachte hoek: voor miljoenen autoliefhebbers ging het namelijk eventjes nergens anders meer over dan een Audi R8 met een krankzinnig grote TDI-dieselmotor. Het gaat hier volgens Audi zogenaamd om een conceptcar. Maar dat is dan wel een volledig functionerend studiemodel, met een motor die binnenkort zijn debuut in serieproductie maakt in de Audi Q7 SUV. De Audi R8 V12 TDI is een lichtgewicht supercar met een 5,9-liter V12 middenmotor met dubbele turbo, die een vermogen levert van 493 pk en die over een fenomenaal koppel van maar liefst 1.002 Nm beschikt. Cijfers waar iedere Passat-eigenaar zachtjes van in z’n kussen ligt te snikken. Volgens Audi schiet de R8 je van stilstand naar 100 km/u in slechts 4,2 seconden en ligt de topsnelheid ruim boven de 300 km/u. Vanzelfsprekend beschikt deze TDI over Audi’s roemruchte Quattro-vierwielaandrijving en is hij uitgerust met een handgeschakelde versnellingsbak.

De R8 voldoet ook ruimschoots aan de aloude vereisten van een goede pin-up aan de slaapkamermuur: ze is bloedmooi en voor de meeste eenvoudige stervelingen volstrekt onbereikbaar.

De man achter het idee van de R8 is Stefan Sielaff. Het is zijn taak om richting te geven aan het design van Audi in de breedste zin van het woord. Van A1 tot R8. De R8 V12 TDI is volgens hem een project dat Audi gewoon voor de lol heeft opgezet, hoewel de hoeveelheid werk en inspanning die ermee gepaard is gegaan volgens ons het niveau van een onschuldig grapje toch echt overstijgt. Wanneer je een al bestaand ontwerp als dat van de R8 probeert aan te passen tot het levensechte product van een alles overtreffende fantasie, dan is dat geen klus voor lieden met zwakke zenuwen. Doe je het goed, dan kun je van volwassen kerels weer opgewonden pubers maken, maar sla je de plank mis, dan stel je de reputatie van het merk in de waagschaal. ‘Al onze ontwerpen moeten niet alleen functioneel, maar ook mooi zijn’, meldt Sielaff. De in het midden van de auto geplaatste V12 TDI levert de Audi-technici en ontwerpers heel wat hoofdbrekens op.‘De uitdaging is om alle functionele elementen er ook esthetisch verantwoord uit te laten zien.’ Wat is in technisch opzicht het grootste probleem met de R8 TDI? ‘Vooral de koeling heeft ons nogal bezig gehouden’, aldus Sielaff. ‘Vandaar de fors bemeten luchtinlaten. Maar er vielen ook andere problemen te overwinnen, zoals de gewichtsverdeling, de luchtstroom over de carrosserie en de eisen die gesteld worden aan de transmissie. Mocht de Audi R8 V12 TDI in productie genomen worden, dan moet alles natuurlijk eerst perfect zijn.’ Met een serieus gezicht vertelt Sielaff honderduit over de R8 en hij kan niet verhinderen dat er iets tegenstrijdigs van zijn boodschap uitgaat. Over zo’n monsterachtige bruut als de R8 TDI valt namelijk nauwelijks alleen maar serieus te praten, maar het lukt Sielaff wonderwel. Zijn enthousiasme werkt aanstekelijk en gelukkig blijkt hij ook over gevoel voor humor te beschikken. Misschien is dat ook wel het geval met de R8 zelf. Misschien is deze auto de manier waarop Audi wil laten merken dat het niet alleen maar een uiterst serieuze autoproducent is, maar dat het ons ook kan laten lachen. Een uiterst degelijk uitgevoerd gevoel voor humor natuurlijk. Dat dan weer wel. ‘Mogelijk moeten we het koppel een beetje terugschroeven in de eerste paar versnellingen, of de overbrenging nog wat steviger uitvoeren’, zo merkt Sielaff met een duivels glimlachje op. De motor levert namelijk zoveel koppel, dat het volgens hem ‘buitengewoon interessant’ zal zijn om ermee te rijden.

‘Sla je de plank mis, dan stel je de reputatie van het merk in de waagschaal’

Sielaff lacht, gooit zijn armen in de lucht en zakt een beetje onderuit in zijn stoel. De normale R8 is toch ook al geen slak, maar de hoeveelheid koppel die deze TDI op de vier wielen overbrengt, zal ongetwijfeld het uiterste vergen van de bestuurder. De Le Mans-versie van de R8 heeft bewezen dat het deze auto aan snelheid niet ontbreekt, maar of die snelheid en trekkracht ook thuishoren in een auto die bedoeld is voor de openbare weg, valt nog te bezien. Gevraagd wat voor invloeden er te bespeuren zijn op het ontwerp van de hedendaagse Audi-modellen, wijst Sielaff op de Bauhaus-traditie die hij meekreeg tijdens zijn opleiding in Duitsland en later ook aan de Royal College of Art in Engeland. ‘Het is wat ik gedurende mijn hele opleiding heb geleerd. Een goed ontwerp is functioneel, strak van lijn, eenvoudig van vorm, efficiënt, maar tegelijk ook elegant.’ Audi heeft een rijke historie aan modellen om naar te refereren. ‘Kijk naar de TT, of het concept van de Avus van een paar jaar geleden. Daar zie je al veel stijlelementen die nu in de R8 terugkeren.’ Er zijn ook andere automodellen die Sielaff hebben geïnspireerd. Als Duitser roemt hij natuurlijk de pure lijnen van de 911, terwijl ook de eenvoud van de Kever hem aanspreekt. Sielaff is momenteel erg onder de indruk van Porsche. ‘Wat ze laten zien met de Panamera is heel indrukwekkend, maar ook een merk als Land Rover laat zich niet onbetuigd. Dat zijn goede ontwerpen.’ Opvallend is dat Sielaff allemaal producenten noemt met een sterk ontwerpverleden. Bedrijven met een rijke traditie, van waaruit ze ook nu nog opereren en inspiratie putten voor hun nieuwe modellen. De R8 TDI is in alle opzichten een waardige TopGear-pin-up. Meer nog dan bij de gewone R8, straalt er brute kracht van deze auto af. De luchtinlaten, roosters en spoilers zijn hier geen onnodige verfraaiing, maar bittere noodzaak. Alleen al door er naar te kijken weet je dat het rijden in deze auto een ervaring wordt die je nooit meer zult kunnen vergeten.

De Audi R8 V12 TDI zal onze planeet niet behoeden voor de ondergang; ondanks dat het een turbodiesel is, haalt hij met moeite een verbruik van 1 op 8.

Er hangt iets ondefinieerbaars om deze auto. Je wordt er gewoon een beetje vrolijk van om naar dit meesterwerk te mogen kijken. Dat gevoel en die trots zie je ook terug in de ogen van Stefan Sielaff, de schepper van deze krachtpatser, iedere keer wanneer hij vol overgave begint te vertellen over zijn geesteskind. Goddank zijn er mensen als Stefan Sielaff en auto’s als de Audi R8 TDI. Zonder hen zouden slaapkamermuren er overal ter wereld een stuk saaier uitzien.

Reacties