Tokio, Japan: een stad waarin je van de ene verbazing in de andere valt. Dat hier de kleine, hippe stadsauto zo populair is, behoeft geen uitleg.

Met mime en het aanwijzen van zaken moeten wij ons zien te redden. In Japan spreekt men slechts sporadisch Engels, laat staan Nederlands. Alleen al daarom voel je je in de hoofdstad Tokio een buitenaards wezen, maar dat voelt juist wel verfrissend.

Terwijl ik mijn lange skelet in de gele dinky toy frommel, verlang ik opeens enorm naar een tolk. Op het minimalistische dashboard vind ik geen navigatie en hoewel ik daar niet graag afhankelijk van ben, zou het goed van pas komen in deze stad. Amsterdam is in vergelijking met Tokio een dorpje op zondagochtend.

Mijn handgebaren helpen ons helaas niet om van Honda navigatie mee te krijgen, dus enig houvast van waar we ons bevinden, hebben we niet. We zullen het moeten oplossen zoals we in het pre-navigatietijdperk zouden doen: met sociale vaardigheden en een avontuurlijke inslag. We starten de driecilinder S660 en laten ons opzuigen door de stad.

Misschien is doelloos rondrijden juist de beste manier om de stad te verkennen die deze minuscule, onconventionele auto heeft voortgebracht. De S660 voldoet aan de Japanse ‘kei’-regels. Kortgezegd mag een auto volgens deze standaard niet meer dan 64 pk halen uit een 660 cc of kleinere motor. Groot mag ie ook niet zijn; ongeveer 30 centimeter korter dan een Renault Twingo.

In Europa hebben we ook compacte auto’s en kleine motoren. Maar de kei (afkorting van kei-jidosha, oftewel licht voertuig) bestond al in 1949, als antwoord op de bezuinigingen na de oorlog. Minder belasting, meer parkeerruimte en minder files, dat was de doelstelling. Een jaar later werd in Europa de Mini gebouwd, maar die ontstond meer vanuit de visie van één persoon dan als commerciële beweging. Bijna 40 jaar verstreken voordat we weer een dergelijke auto leerden kennen, in de vorm van de Smart.

De kei-afmetingen en motorvereisten zijn in de loop der tijd meegegroeid naar de huidige standaard, gegroeid met de tijd en de stad die de eisen voortbracht, Tokio. De meesten zijn verstandige stadsauto’s, maar soms zie je ook snufjes inventiviteit die door het kei-beslag gemengd worden. De Honda Beat was hier een voorbeeld van. Een achterwielaangedreven tweezitter met middenmotor, gebouwd in de jaren negentig. De S660 is eigenlijk de moderne opvolger van de Beat.

Stressvrij forenzen is waar de gele Honda voor bedoeld is, maar met het verwijderen van zijn popperige, Elise-achtige vouwdakje voelt de Honda als het perfecte voertuig om toeristisch mee door overdonderend Tokio te dwalen.

Onze eerste halte is Hie Jinja, een onmiskenbaar Japanse tempel die knus tussen de moderne kantoorgebouwen in is genesteld. Onze fotograaf gaat plaatjes schieten en ik stap uit om wat rond te lopen. Al snel wordt me duidelijk dat dit een zeer heilige plek is. De lokale bevolking voert hier nauwgezet een hele reeks rituelen uit voor het altaar; waaronder buigen, klappen en het luiden van bellen.

Opeens voelt het nogal onbeschoft dat ik de felgele Honda hier voor dit heiligdom geparkeerd heb, dus ik ga snel terug. Niet lang daarna wordt mijn zorg weggenomen, als een knalrode Ferrari FF aan komt rijden en alle aandacht van ons wordt afgeleid.

De Italiaan biedt meteen wat vergelijkingsmateriaal voor onze Japanner. In de schaduw van de Ferrari lijkt de S660 een te heet gewassen sportautootje. Maar het design van de gele Honda valt niet uit de toon in de Japanse metropool. De motor is 90 procent kleiner dan die van de Ferrari en maakt ook een heleboel minder kabaal.

‘Het is dan wel een economische stadsauto, dat betekent niet dat het slechts een karakterloze doos op wielen moet zijn’

Met een gewicht van slechts 830 kilo is de S660 licht, en heb je nooit het gevoel te weinig vermogen te hebben. De pk’s worden op de achterwielen overgebracht via een handgeschakelde zesbak van echte topkwaliteit. Met de korte, soepele slagen is het genieten geblazen tijdens het schakelen. Op de grote toerenteller is te zien dat je de motor tot over de 7.000 toeren kunt laten doorwerken. In vergelijking hiermee zijn de Europese stadskarretjes saaie bolderkarren. De Japanse tegenhangers zitten vol slimme techniek en foefjes, zonder dat ze daardoor minder efficiënt of onpraktisch worden.

Op de snelweg laten we de S660 even razen en daar moet ik toevoegen dat ik geen behoefte zou hebben aan meer motorvermogen. Dan komen we terecht op een plek die symbool staat voor Tokio: de kruising bij Shibuya.

Vermenigvuldig Times Square met Place Charles de Gaulle, dan heb je misschien een beetje een idee hoe dit eruit ziet: grote neonkleurige reclameborden die een compleet manisch kruispunt verlichten. Auto’s en bussen komen uit vier richtingen de weg op. Wanneer de verkeerslichten voor de auto’s rood kleuren is het de beurt aan de voetgangers; hordes mensen (tot duizend per groen licht) verspreiden zich als bijen over de weg en lopen van de ene naar de andere kant.

Opeens realiseer ik mij dat ik de fotograaf kwijt ben. Mijn copiloot was uit de auto gesprongen om dit chaotische tafereel vast te leggen, maar intussen heb ik groen licht en is hij verdwenen in de enorme massa. De Honda zou zich verloren kunnen voelen in al dit gedrang, het gele propje heeft echter dermate kleine afmetingen en draaicirkel dat ie zich prima kan redden. Ik corrigeer zonder moeite op het laatste moment mijn verkeerde beslissingen door van de ene naar de andere rijbaan te vliegen.

Eindelijk heb ik de fotograaf gevonden en gaan we op zoek naar een rustiger plek, weg van de heksenketel van Shibuya. Parkeren is hier lastig, de weinige plekken die er zijn worden allemaal gevuld. Ik zie een rommelig, klein steegje en besluit de S660 erin te sturen. Dit is eigenlijk een te klein weggetje voor auto’s, maar toch is dit een mooie demonstratie van het praktische nut van de kei-car. We kunnen hier parkeren waar we willen en hebben de excuses al klaar; we begrepen niets van de verkeersborden.

Ik bestudeer de Honda van een afstandje om tot de conclusie te komen dat de onstuimige roadster er wel erg maf uitziet. Desondanks betovert ie, als ware het een miniatuurode aan de nieuwe NSX. Als je genoeg hebt aan een kleine auto, waarom zou je er dan geen kopen? De voetgangers die voorbij lopen lijken positief te reageren op onze auto.

Dit soort steegjes zijn niet de plek om het weggedrag van de Honda te testen. Wil je de grenzen zoeken en ‘m laten driften dan heb je een vochtig circuit nodig. Wel krijg ik hier een goede indruk van de lichtheid en het minimale overhellen in bochten. Het sturen voelt direct en heel precies. En ik ken geen enkele stadsauto die zo’n heerlijke zitpositie biedt. Honda heeft de kei-car tot het uiterste ontwikkeld en de grenzen opgezocht. Het mag dan een economische stadsauto zijn, maar dat betekent niet dat het slechts een karakterloze doos op wielen moet zijn. Persoonlijkheid en flair, die heeft de S660 volop.

Een schattig, piepklein ijscowagentje wil ons passeren, dus we maken ruimte en duiken weer voor een paar uur de jungle van Tokio in. We zien het nacht worden en het daglicht veranderen in fel kunstlicht. Slapen doet de stad niet, overal hoor je geluiden en zie je activiteit. Boven de stad torent de 333 meter hoge Tokio Tower uit. Even de toren in klimmen, naar het uitzichtpunt op 250 meter hoogte, nu we er toch zijn.

Het uitzicht over Tokio bij nacht is adembenemend. Je ziet ook meteen hoe enorm dicht bebouwd de stad is en waarom een kleine, wendbare auto dan zo handig is. Dit is de beste manier om Tokio te verkennen: in een onmiskenbaar Japans karretje van 3,4 bij 1,5 meter. Een auto die de onweerstaanbare charme en gekheid van de stad in zich draagt.

Als je weinig bagage hoeft mee te slepen, is de S660 de perfecte auto om stressvrij mee door de stad te cruisen. Er is echter één probleem: Honda is niet van plan dit kleintje buiten Japan te gaan verkopen.

Na een dag rijden met de aantrekkelijke S660 snap ik niet waarom, behalve dan misschien dat de crashtestresultaten zullen tegenvallen vanwege de geringe afmetingen. Toch is het jammer dat we in Europa geen bonte verzameling mini-autootjes hebben. Vandaag was een geweldige dag in de gezellige cabine van de Honda. Het is tijd om in opstand te komen en deze auto naar Europa te halen. Maak maar vast spandoeken, want elke stad heeft een auto als deze nodig.

Honda S660

Motor
660 cc
driecilinder turbo
64 pk
104 Nm

Aandrijving
achterwielen
6v handbak

Prestaties
0-100 km/u in ca. 10,5 s
top 140 km/u

Verbruik (gemiddeld)
4,7 l/100 km
CO2-uitstoot n.b.

Afmetingen
3.395 x 1.475 x 1.180 mm (l x b x h)
2.285 mm (wielbasis)
830 kg
tankinhoud n.b.
bagageruimte n.b.

Prijs
ca. € 14.600 (excl. belastingen)

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)

Meer van TopGear