Fernando Alonso heeft nog altijd het doel om de meeste F1-kampioenschappen ooit te halen

Na wat momenten van op het verkeerde moment op de verkeerde plek zijn, heeft Fernando Alonso het dit jaar bij het juiste eind. Zijn Aston Martin AMR23 gaat als een speer en doet niet onder voor de F1-auto’s van de Ferrari en Mercedes. Maar de Spaanse coureur zit niet in de F1 voor het grootste aantal podiumplaatsen. Alonso wil het liefst het record voor meeste F1-kampioenschappen.

‘Ik denk dat als je zoveel jaar racet, je natuurlijk records gaat verbreken, maar het enige dat telt is het winnen en het breken van het recordaantal kampioenschappen. Op dit moment is dat waarschijnlijk onhaalbaar, met de zeven van Michael [Schumacher] en zeven van Hamilton, maar dat is uiteindelijk wel het doel’, zegt Alonso tegenover F1.com. Om Schumacher en Hamilton te evenaren, heeft Alonso nog vijf kampioenschappen nodig.

Eerst maar eens de derde wereldtitel in de wacht slepen

Mocht Alonso op miraculeuze wijze dit jaar kampioen worden, dan moet hij tot zijn 47ste doorgaan. Gekkenwerk natuurlijk, maar vlak Alonso niet uit. Wat er ook gebeurt in de toekomst, een derde kampioenschap zit er volgens de Spaanse coureur wel in: ‘Ik geloof altijd dat het mogelijk is. Dat is de reden waarom ik blijf racen.’

Hij vervolgt: ‘Ik race elke dag en ik train elke dag terwijl ik denk aan de mogelijkheid van een derde titel.’ Mocht de derde kampioenschap van Alonso daadwerkelijk plaatsvinden, dan pakt hij wel het record voor de langeste pauze tussen twee laatste F1-kampioenschappen van één coureur. Dat record staat nu op naam van Niki Lauda. Hij won in 1975, 1977 en 1984 het coureurskampioenschap.

Met slechts acht punten meer in zijn hele F1-carrière had Alonso nu vijf wereldtitels gehad