Als de Supra (1.585 kilo) met toenmalige concurrenten als de Honda NSX (1.370 kilo) en de Mazda RX-7 (1.300 kilo) een vet grappige groepsfoto zouden nemen waarbij ze op de schouders van iemand zitten, dan zou de Supra samen met de Mitsubishi 3000 GT (1.730 kilo) op de grond staan. Met een ongemakkelijke glimlach. De Supra kan er weinig aan doen – hij heeft nu eenmaal zware botten.
Maar het had een stuk erger kunnen zijn. Toyota nam gewichtsbesparing uiterst serieus. Het stuur was bijvoorbeeld van een lichtgewicht magnesiumlegering en de benzinetank van plastic. De motorkap, het voorste subframe, de carterpan, transmissie en delen van de ophanging waren allemaal van aluminium. Zelfs de achterspoiler was hol voor de nodige grammetjes. Maar dat was niet de meest bizarre streek.
Vezel-arm dieet
De tapijtvezels van de Toyota Supra waren hol om de allerlaatste grammetjes te besparen. Het klinkt als een druppel op een gloeiende plaat, en wellicht is dat ook wel zo, maar in totaal wist Toyota het gewicht van de Supra met 91 kilo te drukken in vergelijking met zijn voorganger. In de non-turbo-vorm was het zelfs 100 kilo. En zelfs met anderhalve ton gewicht kon de Toyota Supra in 5,1 seconden naar de 100 km/u sprinten.
Dus hoe rijdt het lichte zwaargewicht?
De Supra voelt ook zeker veel substantiëler aan dan de Mazda RX-7. Hij is bijna 300 kilo zwaarder, en dat voel je in de bochten, vooral omdat de 3,0-liter zescilinder de rotatiemotor van de RX-7 kleineert. Zeker de automaat is meer een cruiser. Net als de RX-7 helt de carrosserie op een prettige manier en is de besturing vrij zwaar, dus je tettert niet meteen de eerste de beste muur met banden in als je het gaspedaal intrapt. Dit is een auto die met respect moet worden behandeld. Lees de hele test.
Reacties