
We zijn met z’n allen geobsedeerd door luxe. We hunkeren naar luxe hotels met donsgevulde kussens. Als we geluk hebben, kunnen we misschien eens een keer uitpakken met een luxe horloge. Zelfs onze gezichtsreiniger is luxe. We kunnen amper functioneren zonder luxe, gewatteerd toiletpapier. En autofabrikanten lijden aan precies hetzelfde.
Veel van hen noemen zichzelf niet eens meer autofabrikanten, maar ‘luxemerken’. Een vaag concept dat niemand echt kan uitleggen zonder te vervallen in pretentieuze zinnen vol verleidelijk klinkende woorden die uiteindelijk niets betekenen. Ik ben de tel kwijt van het aantal presentaties waarin me werd verteld over de beoogde klant: iemand die Gucci-loafers draagt, cocktails nipt en z’n dagen vult met het plannen van filantropische projecten.
Een oude Panda, dat is pas luxe
Maar de trieste realiteit is: autofabrikanten snappen vandaag de dag niet meer hoe je échte luxe biedt. Maakt niet uit hoe diep het tapijt is, hoe exclusief de materialen, hoe stil of krachtig of verfijnd de motor. De échte luxe, namelijk de luxe rijervaring, is dood. En dat besefte ik pas toen ik een Fiat Panda van 1.600 euro kocht, met stoffen bekleding en ouderwetse zwengels om de achterruiten te openen.
Nee, ik ben niet gek aan het worden. Denk eens goed na over wat echte luxe is. Tijd is luxe. Geen eisen, geen druk – dát is luxe. Eenvoud en gemak zijn luxe. Als je het zo bekijkt, zijn moderne auto’s gewoon… nou ja, frustrerend. Op veel manieren is de Panda het meest luxueuze dat ik in lange tijd heb gereden. Die bescheiden kleine auto liet z’n voordelen des te duidelijker zien toen ik tegelijkertijd een nieuwe testauto kreeg: een BMW die 50 keer zo duur was.
Het begint al bij iets simpels als de sleutel. De Panda-sleutel is klein, slank en steek je gewoon in het contactslot, waardoor het interieur lekker opgeruimd blijft. De BMW-sleutel is enorm en zit vol piepkleine, priegelige knopjes: sommige aan de zijkant, één aan de voorkant. Tijdens het rijden rammelt hij irritant in de bekerhouder.
Starten en gaan
In de Panda zit je binnen vijf seconden achter het stuur en rijd je weg. In de BMW moet je eerst een profiel kiezen. Je kunt wel in de gast-modus rijden, maar dan zijn je voorkeuren niet geladen. Dus kies ik ‘Bestuurder’. Waarna er een waarschuwing verschijnt dat deze actie je instellingen gaat veranderen (dat is ook precies de bedoeling) en ik op ‘Activeren’ moet drukken. Daarna is er een vertraging terwijl het profiel laadt – tijdens die tijd kan ik niets met het scherm: geen verwarming aanpassen, geen navigatie instellen, geen radio veranderen. De Panda is inmiddels al de straat uit.
Dan wil ik het piepende snelheidsalarm uitschakelen, dat altijd weer wordt geactiveerd wanneer je de auto opnieuw start. Gelukkig kan dat met één knop. Maar het uitzetten van het verschrikkelijke rijstrook-assistentsysteem? Daarvoor moet ik op de hoofdmenuknop van het touchscreen drukken, naar de rij-instellingen scrollen (dat icoontje beweegt op willekeurige momenten), dat systeem in het menu zien te vinden, het uitschakelen, en vervolgens nog bevestigen dat ik het echt wil uitschakelen. Nou, tegen die tijd ben ik óf gecrasht, óf ik ben gestopt om dat ding in de fik te steken.
In de Panda ben jij de baas
Dit is geen luxe. Systemen als deze zijn de doodsteek voor wat auto’s écht moeten bieden: vrijheid en ontsnapping. Het gevoel dat jij de baas bent over je eigen route. De Panda koestert al die dingen, en er daalt een merkwaardige rust over je neer zodra je instapt en wegrijdt. Geen enkele nieuwe auto kan aan dat gevoel tippen. Wat hij ook kost.
Als je een klassieke Land Rover gewend bent is een Panda helemaal een limo, zuinig, stoer uiterlijk met de dakdragers, koppel genoeg en geen bemoeisystemen, in de City stand is ie perfect hou je ze bij gaan ze lang mee ook. Je lacht iedereen uit ook
Panda helemaal geweldig, dit is de tweede Panda op Lpg. Verbruik rond de 1 op 15. Houderschapbelasting €35.- per maand. Tot 110 km/u comfortabel genoeg. Alles wat nodig is zit er op en er aan. Iedere garage kan ze onderhouden en repareren, dus geen uur tariefen van 150 euro per uur. Je lacht (bijna) iedereen uit.
Blij dat het kwartje valt. Auto’s worden voor mensen gemaakt in 1 universele maat, een kleine auto is niet voor mensen tot bijvoorbeeld 1.80cm en een grote auto ook niet specifiek voor mensen groter dan 1.80cm.
Persoonlijk vindt ik de luxe nogal opdringerig en ruimtebeperkend in de meeste auto’s waardoor je niet comfortabel de auto bestuurd, eerder andersom. Het vergelijk met een Panda is niet echt eerlijk, het is een beer van een auto die je net zo snel van A naar B brengt als je voorligger.
Het enige wat echt belangrijk is is rijden en remmen toeters en bellen word je alleen maar nerveus van en dat wordt als maar erger.vroeger wist je precies wat er onder de motorkap zat nu zijn het computer gestuurde monsters wel is de veiligheid heel veel verbeterd dat moet gezegd.!
Inderdaad, een heerlijkheid!
Mijn vrouw rijd al vanaf 2011 een Panda 69 tankt super en verbruikt 4,3 liter per 100km
Waarheid als een (heilige) koe! Leuk detail: op de foto een HP100- uitvoering met 1.4 blokje. Rijdt als een superkart met een fantastische wegligging. Ik reed er een uit 2007 met evengoed voldoende luxe, inclusief handsfree bellen. Ik zie menig veel te dure automerken gereden worden door bestuurders met hun mobieltje geklemd tussen schouder en hoofd. Hoezo luxe?
Een Panda is de luxe van de eenvoud. Ruim en comfortabel zitten, fijne hoge instap, zuinig en lekker veel bagageruimte.
Je bedoelt denk ik dat tegenwoordig mensen die kunnen autorijden ook meteen denken dat ze ICT-er zijn, dat is ook een probleem van deze tijd…
Helemaal waar Richard, je moet tegenwoordig bijna ict-er zijn om een auto te kunnen besturen. De panda is lekker basic en een betrouwbaar karretje.
Wat mij betreft worden autos weer geleverd volgens het GXL van 1975. Raamzwengels, geen airco, geen navi. Vergeet niet: over alle extra luxe betaal je de volle BPM en extra MRB.
Ik vind het best: betalen jullie maar lekker veel belasting