Dit moet wel het vagevuur zijn, want we weten niet of we voor het roestige, met kettingslot afgesloten hek van de autohel staan, of dat het juist de autohemel is. Achter het hek bevinden zich meer dan vierhonderd Nissan Skylines van de R31-generatie, allemaal in vervallen staat, gedeeltelijk gesloopt en netjes op elkaar gestapeld, als een morbide variant van Tetris. Het is echt een macabere aanblik, met aan de andere kant glooiende heuvels, weelderige rijstvelden en hier en daar een opmerkelijk onopvallend bedrijfsgebouw. Wat nog vreemder is: dit openluchtpakhuis met Japanse sloopauto’s behoort één man toe. Een man die niet is komen opdagen. En dat is wonderlijk, want aan punctualiteit wordt in Japan zeer veel waarde gehecht. Zozeer zelfs dat een Japanse spoorwegonderneming haar verontschuldigingen moest aanbieden nadat een trein 25 seconden te vroeg van het station was vertrokken. Je kunt je dus voorstellen hoe verbaasd we zijn dat de man met wie we wekenlang moeizaam hebben gecommuniceerd door middel van allerlei bizarre Japanse emoji’s, gewoon niet verschijnt. Maar zo hebben we in ieder geval even tijd voor een snelle geschiedenisles.

Het nerdy kleinzoontje

De Nissan Skyline is een icoon op autogebied, maar de R31 is het buitenbeentje van de familie. Hij kwam in 1986 op de markt en was een tikkeltje groter en hoekiger dan voorgaande uitvoeringen, en hij straalde iets meer luxe en loomheid uit. Uiteindelijk wist hij minder kopers aan te spreken dan grootvader Hakosuka en wat er later nog kwam: zijn jongere, coolere broertje Godzilla. Dat had voor een groot deel te maken met het feit dat hij nooit de eer kreeg te worden voorzien van het hardcore GT-R-embleem. Maar het was bepaald geen suf karretje. De R31 was eigenlijk de stamvader van een heleboel basiselementen waar de roem van de Skyline op stoelde. Het was de eerste auto die werd uitgerust met de inmiddels iconische en makkelijk op te voeren zescilinder-in-lijn RB-motor, inclusief de Red Top-kleppendeksels. Het was ook de auto waarmee Nissan haar eigen vierwielbesturing introduceerde, HICAS. En bovendien had hij die opvallende ‘kookplaat’-achterlichten. Ieder model, iedere uitvoering en iedere speciale editie van de R31 moet je hier op dit autokerkhof kunnen vinden. Dat wil zeggen: als we maar naar binnen zouden kunnen.
Gelukkig komt de poortwachter – Shibata-san – er eindelijk aan, zeer gehaast.
‘Ah-ah, sorry, sorry’, zegt hij hijgend. ‘Ziekenhuis’, voegt hij eraan toe, terwijl hij een bebloede pleister en wat vage blauwe plekken op zijn linkerarm toont. Voordat we onze telefoon tevoorschijn kunnen halen om op te zoeken hoe je ‘Alles goed?’ in het Japans zegt, maakt hij het internationale drinkgebaar om duidelijk te maken dat hij hem flink heeft geraakt. ‘K-k-kater’, zegt hij met een grote grijns. Het begint te dagen: Shibata-san is een nogal bijzonder heerschap.

Het Nissan Skyline-kerkhof is al twintig jaar in de maak

Twintig jaar lang is hij al dé grote kenner op het gebied van de hoekige Skyline. De 44-jarige begon zijn bedrijf R31 House in 1999 en hij heeft inmiddels een paar van de beste R30’s en R31’s die er op de wereld rondrijden gemaakt. Dit enorme autokerkhof is zijn onderdelenmagazijn.
‘Toen ik begin twintig was, kocht ik in twee jaar tijd 200 exemplaren en raakte helemaal in de ban’
Je kunt wel gaan jammeren dat die wrakken daar in de regen liggen weg te roesten, maar Shibata-san is eigenlijk hun redder. Want hij had de vooruitziende blik om het poten­tieel van de R31 in te zien. Dus hij verzamelde ze allemaal voordat de Skyline-boom een feit was. ‘Toen ik begin twintig was, kocht ik in twee jaar tijd op allerlei veilingen 200 exemplaren, en ik raakte helemaal in de ban. In die tijd had je ze al voor 1 miljoen yen (zo’n 8.000 euro). Tegenwoordig verkoop ik volledig gerestaureerde exemplaren voor wel 20 miljoen yen (160.000 euro), en ik heb een wachtlijst van vijf jaar.’

Dat heeft hij toch mooi bekeken, die katerige Japanner

Je hoeft geen afgestudeerd econoom te zijn om te begrijpen dat dat lucratieve handel is. En dat niet alleen, Shibata-san maakt alle nieuwe oude onderdelen zelf, al vanaf het begin. Omdat niemand anders het wilde doen. ‘Ik heb nu ruim 3.000 klanten in Japan. De auto’s bovenop zijn voor kleine losse onderdelen, terwijl de auto’s onderop voor de mechanische onderdelen zijn. En die hier op de grond hebben nog een goede carrosserie, die met toepassing van de 2.000 onderdelen die we zelf produceren, helemaal opgeknapt kunnen worden.’
‘Hij brengt een indrukwekkend goedgelijkende imitatie van een racemotor ten gehore’
Als je de grote werkplaats binnenloopt en naar de auto’s kijkt die er onder handen worden genomen (er zijn nog drie garages en opslagplaatsen met nog meer R31’s), begrijp je dat het echt technisch hoogstaand is wat hij doet. En dat is de schuld van zijn vader.

Met de Japanse paplepel ingegoten

‘Mijn vader was autocoureur. Ik groeide op het circuit op en werd altijd omringd door Datsuns en Sunny’s. Maar op een dag hoorde ik een uniek motorgeluid.’ Op dat punt van zijn relaas blaast hij zijn wangen als een doedelzak op en ademt krachtig uit. Zijn gezicht schudt, zijn lippen trillen en hij brengt een griezelig goedgelijkende imitatie van het geluid van een GTS-R-racemotor van de R31 ten gehore, met een hilarisch theatraal en hoog ­jankend geluid. ‘Mwaaaahhhhhh’, gilt hij. Of nou ja, iets in die richting.
Nissan gebruikte de GTS-R om de R31 te laten voldoen aan de eisen van endurance-racen, en hoewel hij nooit werd opgesierd met de legendarische GT-R badge, heeft hij er heel veel van weg. Er werden maar 823 exemplaren voor op de openbare weg gemaakt, en daarvan bezit Shibata-san er inmiddels meer dan 50. Maar de laatste twintig jaar heeft hij geprobeerd om een R31 dat Groep A-racegeluid te laten maken. En dankzij speciaal vervaardigde spruitstukken en cilinderkoppen is hem dat tot in perfectie gelukt. Maar zijn ambities reiken verder dan het reanimeren van alle R31’s in het land en af en toe wat verbazend accurate motorgeluiden imiteren.

Droom groot, kinderen

‘Vorig jaar heb ik een bezoek aan Maranello gebracht. Een plek die helemaal aan Ferrari is gewijd, ik kon het niet geloven. Ik dacht meteen: dat kan ik hier ook, ik wil GT-R World gaan bouwen’, zegt hij, terwijl hij een paar schetsen tevoorschijn haalt. ‘Het wordt het beste GT-R servicecentrum ter wereld. Er komt een showroom met volkomen gave exemplaren van iedere generatie Skyline. Er komen tafels, je kunt iets drinken, en bühnes. En meisjes. Mooie meisjes. Die allemaal dansen. Het wordt een nachtclub voor ­Skylines. Er komt een shop en een themapark.’ We weten niet of hij nog steeds een beetje boven zijn theewater is door alle drank, maar hij lijkt het allemaal te menen. En als mensen in Japan zeggen dat ze iets van plan zijn, dan gebeurt het meestal ook. In dat geval zijn wij de eersten die bij Shibata-san voor de deur zullen staan.

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)