Je kent misschien wel de verschillende voorbeelden van ontwikkelingen uit de F1 die later naar straatauto’s zijn gegaan. Ook andere autosportklasses zorgen voor nieuwe ontwikkelingen in personenauto’s. De World Solar Challenge bijvoorbeeld: een race waar dertig teams van over de hele wereld proberen om zo snel mogelijk 3.000 kilometer af te leggen in een auto op zonne-energie. De TU Delft doet dit jaar mee met de zonneracer Nuna 12.

TopGear Nederland praat met Lennart Hessels, de aanvoerder van het raceteam. Hij vertelt over de zonneracer van de TU Delft. ‘Hoeveel kWh de batterij is, is het grote geheim, maar alleen op de accu zouden we 750 kilometer kunnen rijden.’ De batterij moet zo licht en klein mogelijk zijn voor betere efficiëntie. Hessels zegt dat in het puur hypothetische geval dat de batterij de capaciteit zou hebben van een batterij uit een Tesla, de zonneracer 8.000 kilometer ver zou kunnen komen op één lading.

Luchtweerstand van een spiegel en energieverbruik van een waterkoker

Efficiëntie is het belangrijkste onderdeel van de raceauto. Volgens Hessels heeft de totale zonneauto dezelfde luchtweerstand als de zijspiegel van een normale auto. Daarnaast is het energieverbruik van de Nuna 12 even hoog als een waterkoker. Of zelfs minder. Wanneer de Nuna 12 een snelheid van 100 km/u haalt en de zon schijnt hard genoeg, dan kunnen de zonnepanelen evenveel energie opwekken als er op dat moment wordt gebruikt.

De topsnelheid van de zonneracer is overigens 130 km/u, want de World Solar Challenge is geen sprint, maar een marathon. De teams rijden van het Australische Darwin naar Adelaide wat ongeveer een afstand van 3.000 kilometer is. Voor een goede voorbereiding, gaat het team een maand voor de race naar Australië. Daar rijdt het team de route alvast een keer achterstevoren. Op die manier weten de teamleden bijvoorbeeld hoelang stoplichten op rood staan en waar gaten in de weg zitten. Je merkt dat de studenten deze race erg serieus nemen.

De Nederlandse studenten gaan voor de winst

Het Brunel Solar Team, zoals het studententeam officieel heet, gaat voor niets minder dan de overwinning. ‘Onze oud-teamcoach Wubbo Ockels zei toen hij begon: “Ik doe alleen mee als we gaan winnen”. Dat is precies het motto wat we nu nog steeds nastreven’, zegt Hessels. Daarvoor moet het team van achttien studenten,andere (vele malen grotere) universiteiten zien te verslaan. ‘We zijn het kleinste team, maar dat zie ik juist als een kracht’, vertelt Hessels.

Op 22 oktober wordt de World Solar Challenge verreden. Mocht het zover komen dat het team van de TU Delft, de race wint, dan zal dat goed gevierd worden, vertelt Hessels: ‘Er komt dan vast een goed feest en dan zouden er Rotterdamse taferelen voor kunnen komen waarbij we in de fontein springen.’ Iets zegt ons dat studenten en een feestje vieren wel goed bij elkaar passen.

Reacties

  • Rudi Somers heeft op 6 juli 2023 geschreven:

    De ware geest, veel succes de beste gaat gegarandeerd winnen.

    Reageer

Geef een reactie

(verplicht)