BMW 330e vs Mercedes C 300 e: welke plug-in sedan is de beste keuze?

Nee, wacht nou even. We weten het: dit zijn twee monochrome Duitse sedans in een miserabel grijs landschap. En als je verder bladert op de website, kom je misschien wel een Koenigsegg tegen. Maar lees deze test van de BMW 330e vs de Mercedes C 300 e toch maar even, want hij bevat mogelijk belangrijke informatie over de toekomst van de auto.

Nogal een claim. Hoe zit dat precies? Nou, dit is méér dan alleen een vergelijking om te zien of de nieuwe Mercedes C-klasse beter rijdt en mooier is vanbinnen dan de BMW 3-serie. We zullen je de opbouwende nepspanning besparen: dat doet en is ie niet. Komen we op terug.

De BMW 330e en Mercedes C 300 e hebben een stekker

Want het zijn hier niet de C-klasse en 3-serie, maar deze specifieke uitvoeringen die de rode draad in het plot vormen. Het zijn de plug-in hybrides, of PHEV’s als je dat leuker vindt klinken: de nieuwe Mercedes C 300 e en BMW 330e. Ooit kon je op dit soort auto’s leuke bijtellingspercentages scoren, maar die tijd is voorbij.

Wel zitten ze in Nederland nog steeds relatief laag in hun aanschafprijs vanwege hun op papier geringe uitstoot en consequent lage BPM. Cynici herinneren zich de tijd van de Outlander PHEV, gereden door mensen die hem enkel kozen vanwege de lage bijtelling en nooit hun best deden om hem op te laden en de ijsberen te redden. Maar deze Mercedes zou er weleens voor kunnen zorgen dat je anders naar PHEV’s gaat kijken.

De elektrische actieradius van de BMW 330e en de Mercedes C 300 e

Waar je met de BMW 330e slechts een opgegeven 60 kilometer ver komt op elektra, is de
C 300 e naar verluidt goed voor een monsterlijke 115 kilometer. Jazeker: deze plug-in gaat voorbij de magische 1-0-0 op enkel z’n accu. Dat werd lange tijd niet voor mogelijk gehouden.

Nu zou je kunnen stellen dat de C 300 e met zo’n forse e-actieradius eigenlijk behoorlijk nutteloos is. Want waarom zou je niet meteen de sprong wagen en een echte EV kopen? Leuk idee, maar als je er zo over denkt, ben je dus al om. Jij hebt elektrische auto’s al omarmd.

Er zijn nog behoorlijk wat mensen die niet zover zijn of er gewoon nog sceptisch of onzeker in staan. Voor hen kan de C 300 e – een stijlvolle, goed gebouwde en vlotte Duitse junior-executive-sedan die de gemiddelde Nederlandse woon-werkafstand van 22 kilometer puur elektrisch kan wegtikken als je ’m om de dag even oplaadt – een erg interessante propositie zijn.

De accu’s van de twee

De grote actieradius is te danken aan een accu van 25 kWh. De BMW kan daar slechts 12 kWh tegenover zetten. De Benz is dus niet per se erg innovatief – hij heeft de code niet gekraakt en een maas in de batterijchemiewetten gevonden. Hij heeft gewoon een heel grote accu.

Mercedes heeft wel een aantal compromissen moeten sluiten om die unit in hun middenklasse-sedan kwijt te kunnen, zelfs al is de C inmiddels zo groot als de E ooit was. De beenruimte achterin is merkbaar minder riant dan in de BMW en de kofferbak van 315 liter wordt te kakken gezet door de 375 liter van de 3-serie.

De BMW is het snelst

De BMW is ook lichter. Hij weegt 1.740 kilo, wat veel lijkt voor een sedan van dit formaat – tot je erachter komt dat de C 300 e zich aan de verkeerde kant van twee ton bevindt. Dat is ook waarom hij ondanks z’n extra vermogen (313 pk tegen 292 pk voor de BMW) toch een paar tienden langzamer van 0 naar 100 accelereert.

Op de weg, waar het ertoe doet, voelt hij niet langzamer aan. Het zal je ook weinig kunnen schelen, en wel hierom. Waar BMW typisch sportieve sensaties in de 3-serie inbouwde, heeft Mercedes verstandig ingezien dat de C-klasse het anders moet aanpakken. Zou hij de ultieme rijdynamiek nastreven, dan komt hij waarschijnlijk altijd als tweede uit de bus.

Gedraagt hij zich relaxt, dan kan hij in een zwevende hybrideniche duiken. En dus is dat wat hij doet. De motor van de BMW gromt en laat z’n toeren scherp klinken, maar die van de Mercedes blijft kalm en beleefd. De 330e wil dat je weet dat z’n motor aan het werk is, en dat je ervan geniet. De C 300 e heeft liever dat je je er niet om bekommert.

BMW 330e vs Mercedes C 300 e: de BMW moet het snelst bijgeladen worden

Nadat we een half uur met deze twee hebben doorgebracht, is de accu van de BMW leeg. De Mercedes heeft nog genoeg kilowatt-uurtjes over voor bijna 70 kilometer. Dus waar het gemiddelde verbruik van de witte auto al snel van ‘oneindig’ naar ongeveer 6,5 l/100 km schiet, gaat de C door zonder benzine te verbranden. En door, en door. Het resultaat? Op weg naar huis gaf de eindelijk uitgeputte C-klasse een gemiddelde op van 3,6 l/100 km. Indrukwekkend.

Een mega-accu is leuk en aardig, maar niet als het de hele dag duurt om hem op te laden. Gelukkig is dat bij de C 300 e niet het geval. Je kunt hem snelladen, dus z’n accu kan er goeddeels weer tegen als je even een tankstation binnenrent om het toilet te bezoeken en van een broodje te ‘genieten’. Bij de BMW ben je meer dan twee uur verder als je hem van 0 naar 80 procent wilt laden.

De BMW ligt beter op de weg

Maar de Mercedes C 300 e is wel een pudding van een auto. Mik ’m in bochten die de BMW strak en bedaard neemt en hij valt in onderstuur uiteen. Zelfs een hybride BMW voelt nog altijd solide en meer achterwielaangedreven aan, en behoorlijk goed in balans ondanks alle plug-in-toevoegingen; hoewel de M Sport-remmen nogal zompig en inconsistent zijn. Net als die van de Mercedes.

De C is snel in een rechte lijn, maar komt doods en houterig over. Hij is geen sportsedan. Het wordt nog fascinerend om te zien hoe AMG ’m in een benzine-elektrische C 63 zal gaan omtoveren.

Vooral gezien het feit dat hij zo ontzettend comfortabel is. Allemensen, de meegevende, kussenachtige Mercedessen van weleer zijn terug. En dat terwijl je hier geen wegdekscannende, adaptieve schokbrekertrucjes zult vinden – enkel verstandige veerconstanten (met luchtvering achteraan om de zware accu op te vangen) en de Duitse realisatie dat niet de hele wereld beschikt over hun strakke wegen. Dit is een luxueuze, oneffenheden gladstrijkende auto en het is een genot om afstanden met ’m af te leggen. Tenzij je achterin zit geperst.

Het scherm in de Mercedes is niet altijd top

Voorin heeft Mercedes wederom wat fouten begaan die verder knabbelen aan de zuurverdiende, over decennia opgebouwde Duitse reputatie voor logische dashboards. Net als de nieuwe S-klasse gooit de C het op hyperminimalisme, en hoewel de schuin geplaatste iPad mooi scherp is, is het geen onverdeeld succes. De aanraakgevoelige sliders en swipe-knopjes op het stuur zijn volstrekt waardeloos en zorgen dat je luxezaken als cruisecontrol en het uitstekende audiosysteem niet kunt bedienen zonder af en toe luid te schelden.

In de BMW is het wat zakelijker. iDrive werkt in harmonie met het aanraakscherm zodat je kunt kiezen hoe je interacteert met je digitale infotainment. Zoals vaker zijn BMW’s digitale tellers een zootje, maar er zitten tenminste echte knoppen op het stuur en ook de spiegels en de hybridefuncties zijn normaal in te stellen.

BMW 330e vs Mercedes C 300 e: de BMW neemt een voorsprong

Wij zouden dus liever met de BMW onderweg zijn. Wij zouden liever het dashboard van de BMW bedienen. Op een bochtige weg zouden we in de BMW willen zitten, en we vinden ook dat ie er beter uitziet. Het lukt de C om tegelijk opgeblazen en volslagen anoniem te ogen, en hij mist de mooie proporties van de vorige.

De BMW is de scherpere, meer uitgekiende, meer complete en minder irritante auto. Maar de magnifieke aandrijflijn van de C-klasse is te efficiënt, flexibel en slim om te negeren. Het lijdt geen twijfel dat BMW binnenkort met een herziene 330e met een grotere accu zal moeten komen, maar voor nu is de C 300 e misschien wel ’s werelds beste plug-in hybride.

En dat is wat we hier op deze grijze dag hebben geleerd. Fijn dat je niet meteen verder hebt gebladerd, want dit is het moment dat de PHEV volwassen is geworden. De 3-serie is nog steeds een betere auto dan de C-klasse, maar de C 300 e is een betere plug-in hybride dan de 330e – en dan zo’n beetje alle andere.

Welke is beter? BMW 330e of Mercedes C 300 e

De winnaar is de BMW 330e met 16 van de 20 punten. Het is de betere allrounder, maar er is werk aan de winkel om de machtige Benz-hybride bij te kunnen benen. De Mercedes C 300 e zit er heel dicht achter en krijgt ook 16 van de 20 punten. Het is lastig om van de nieuwe C te houden: te veel vorm boven functie. Behalve als het om de aandrijflijn gaat.

Specificaties BMW 330e xDrive (2022)

Specificaties Mercedes C 300 e (2022)