Wat krijg je als je een van de grootste ‘echte’ racegames kruist met een autofabrikant die zijn prestatievermogen wil bewijzen?
 
In de virtuele wereld is alles mogelijk. In de virtuele wereld mag je auto’s jatten, dorpen bombarderen, kapitalen vergokken, doodgaan, bevallige blondjes mee naar huis nemen, nog een keer doodgaan. In de virtuele wereld kun je alles negeren: conventies, de praktijk, de moraal, geestelijke gezondheid en vervolgens simpelweg op ‘restart’ drukken. Kun je je een betere plek voorstellen om een auto te ontwerpen, bouwen en uitproberen?
 
Niet zo verbazingwekkend dus dat Citroën – het bedrijf dat verantwoordelijk was voor momenten van goddelijke gekte als de 2CV en de met een Maserati-motor uitgeruste SM – daar als eerste mee aankomt.
 
Hij heet trouwens ‘GTbyCitroen’. En dat is geen drukfout. ‘Citroën GT’ zou veel te simpel zijn geweest. ‘GTbyCitroen’ is een samenwerkingsproject van de Franse fabrikant en Poly-phony Digital Inc, het bedrijf achter de astronomisch succesvolle serie racegames Gran Turismo. We hebben nu dus te maken met een auto die puur voor de virtuele snelwegen bedoeld is, maar die wel in het echt is nagebouwd voor de autobeurs van Parijs.
 
Het hele verhaal begint bij een kerel die Takumi Yamamoto heet. Hij werkt in Frankrijk voor Citroën, maar we gaan ervan uit dat hij een Japanner is. Kijk, dat scheelt. Nou, kennelijk kent hij iemand bij Polyphony en bij een paar goed bedoelde glaasjes sake hebben die op een late avond een plan gemaakt. Vervolgens heeft Takumi-san contact opgenomen met Gilles Vidal, een Citroën-medewerker met de fraai betitelde functie Advanced Design Manager, en bij hem heeft hij het plan gedropt om een virtuele auto te ontwerpen voor de volgende generatie van Gran Turismo. Gilles ging meteen overstag. Meer afspraken volgden, meer sake ook, en na een tijdje kwam er een gewaagd besluit uit het hoofdkantoor van Citroën: ‘Allons-y…’
 
En Citroën zal wel enige druk hebben ervaren, want Peugeot begon toen ook net te racen en bouwde die TT die ze RC Z noemen en zelfs Renault stond op het punt zijn Laguna Coupé te introduceren. Ja, Citroën moest wel iets neerzetten. Afgezien van een rallyauto is er geen sportieve Citroën meer geweest sinds de Romeinen ons land verlieten en het cachet van dergelijke zaken is van onschatbare waarde. Een halfgemeend knikje in de richting van topprestaties heeft in de consumentenpsyche invloed tot aan de goedkoopste poepdoos op wieltjes. Dat is de reden waarom mensen Honda en Renault nog zo graag miljarden zien opfikken in de Formule 1, waarom Peugeot naar Le Mans ging en waarom Audi daar nog steeds Peugeot het leven zuur loopt te maken.
‘De GTbyCitroen (dat is net zo vervelend om in te tikken als het vermoedelijk is om het te lezen) is een heel bewuste oefening in puur visuele kracht’
 
Maar die verspilde miljarden roepen wel vragen op. Het bouwen van een snelle personenauto en het voeren van een campagne voor een raceauto, zijn krankzinnig dure projecten. Het is dus een centenneukerig briljant plan om een medewerker achter een Mac z’n raceauto te laten ontwerpen om die vervolgens wereldwijd te introduceren via het populairste raceteam uit de wereldgeschiedenis.
 
Het is niet alleen relatief goedkoop, maar het geeft je ook de gelegenheid om gewend te raken aan het ontwerp. De GTbyCitroen (dat is net zo vervelend om in te tikken als het vermoedelijk is om het te lezen) is een heel bewuste oefening in puur visuele kracht, zonder rekening te houden met de beperkingen van productie in de realiteit. Of zoals Vidal het formuleert: ‘We hadden een leeg doek en we waren van plan de ergonomie van het racen te respecteren, maar dat wel te vermengen met iets abstracts. Een soort beeldhouwen, eigenlijk.’
 
In het ontwerp van de auto is meeberekend hoe GT5 zal worden gespeeld, dat de chauffeurs een veelheid aan perspectieven krijgen van waaruit ze kunnen besturen en de race kunnen terugkijken. Elke invalshoek van de auto en zelfs het beeld van het interieur gezien vanuit de chauffeur is doordacht om een zo fraai mogelijk plaatje te creëren.
 
De auto is gelanceerd als onderdeel van een Gran Turismo 5 Prologue Spec III-bundel die wordt verkocht bij de PlayStation 3. Hij is ook verkrijgbaar als gratis download voor Prologue, mits je geregistreerd staat in het netwerk van PlayStation 3. Hoe het rijgedrag van de auto zal zijn is cruciaal. De Gran Turismo-serie heeft de reputatie dat het hele rijgedrag van auto’s exact wordt gekopieerd in het spel en dat proces is meegenomen in de GTbC, ook al bestaat die dan niet. Citroën heeft uitgerekend hoeveel vermogen en koppel z’n denkbeeldige waterstofmotor zal opleveren, hoe die aanslaat, toeren wint, verliest, enzovoort. En al die gegevens zijn in het brein van Polyphony gestopt en vertaald naar virtuele prestaties. En zodra GT5 uitkomt, zul je er natuurlijk mee over de baan van Top Gear kunnen rijden…
 
Het evidente voordeel van deze radicale aanpak is dat we er uiteindelijk allemaal in zullen kunnen rijden. En vanuit Citroëns perspectief staat dat veel dichter bij het ideaal van de ontwerpers over hoe hun auto ontvangen moet worden en hoe ervan kan worden genoten dan het gebruikelijke showmodel – want dat bestaat als het meezit uit stukjes plastic en superlijm, opgebouwd rond de motor van een grasmaaier.
 
Maar met een dusdanig opvallende auto, een auto die op korte termijn een plek zal veroveren in het bewustzijn van miljoenen gamers wereldwijd, moest die superlijm er vroeg of laat ook aan te pas komen. Citroën moet zijn product per slot van rekening tonen om mensen te overtuigen van de toekomst van het merk.
 
Het enorme, zwaar gebeeldhouwde torso dat je hier ziet, moet dus trouw zijn aan de ontwerpprincipes van Citroën, waarvan aerodynamica het uitgangspunt vormt. Minimale op- en neerwaartse druk zijn dus van vitaal belang, vandaar de gapende luchtinlaten voorin en die gigantische koolstof diffuser aan de achterkant. Maar het uiterlijk heeft niets gemeen met modellen die ooit eerder het schildje van dit merk hebben gedragen. Het is een merkwaardig woeste melange van exotisch Italiaans en dierlijke agressie, alsof een witte Murciélago is gekruist met een reusachtige albinoleeuw.
 
Aan de binnenkant is het contrasterend donker, een knusse omgeving die minimalistisch en ultrahightech is, en vergeven van het soort belachelijk gewaagde grilligheid die je alleen maar van Citroën hoeft te verwachten: koper.
 
Er zijn kuipstoeltjes en een pop-up beeldscherm, de gebruikelijke concessies aan de toekomst van het autorijden, maar koper? Het is bovendien deels gepolijst en deels ruw, zodat er textuur wordt gemaakt met textuur, emotie op emotie. Het kan gewoon nergens werken, het mag niet, zeker niet in een witte supercar voor de 25ste eeuw, maar… het werkt wél.
 
Of Citroën ook maar iets van al dit geëxperimenteer meeneemt naar de lopende band, valt nog te bezien. En het feit dat de GTbC nu leeft in een game die met alle geweld realistisch moet zijn, is op zijn zachtst gezegd twijfelachtig. Het belang van dit project is echter onmiskenbaar groot. Deze nieuwe ontmoeting tussen auto- en gameontwerpers – en belangrijker: autokopers – biedt de gelegenheid om te experimenteren met wat deze ooit buitenaardse concepten ons in het hier en nu te bieden hebben. ‘Het wil niet zeggen dat we dit soort dingen in de toekomst gaan doen’, benadrukt Vidal. Maar de toekomst is al begonnen, Gilles, en je hebt het al gedaan.
 

Reacties

Geef een reactie

(verplicht)

Meer van TopGear