Lamborghini zegt dat ze de enige fabrikant zijn die supercars maakt voor kwajongens. Op grond van de nieuwe Gallardo LP560 zijn we het daarmee eens.
 
Even lijkt het alsof de twee meest invloedrijke mannen in de Europese auto-industrie met de ruggen tegen elkaar aan zullen lopen. Ferdinand Piech, hoogste baas van Porsche en architect van hun brutale overname van VW neust wat rond op de Ferrari-stand als Luca di Montezemola, de Italiaanse autokroonprins, daar arriveert. Een botsing van de twee zou een supersonische knal teweegbrengen.
 
Op de autoshow van Genève zie je dergelijke grote-mijnheren-tafereeltjes wel vaker. Mevrouw Piech heeft al een Bugatti Veyron, maar wellicht is haar wederhelft op zoek naar een 612 Scaglietti. Misschien wil hij het hele bedrijf. Al het andere heeft-ie al, zo ongeveer. De vraag is echter: wat moet je met Ferrari als je Lamborghini al hebt? Sinds 1998 immers is het merk via Audi al onderdeel van het imperium van Piech. Ja, ooit was er zo’n moment. Lamborghini was ooit de brutale nieuwkomer, het bluffertje met opgeplakt borsthaar, het bedrijf waarover sommigen zeggen dat het van de ‘bull’ vooral ‘bullshit’ heeft gemaakt. Ferrari is beter opgevoed, het echte werk, auto-aristocratie. De aantrekkingskracht is onmiskenbaar.
 
Maar in 2008 is het verschil kleiner dan ooit, de aanvalslinies worden nauwkeurig gepositioneerd. Lamborghini verkoopt inmiddels tien keer zoveel auto’s (2.406 in 2007) als het deed toen de Duitsers zich voor het eerst meldden in Sant’Agata, en er wordt serieus geld verdiend tegenwoordig. De rijken der aarde worden rijker en nemen bovendien in rap tempo in aantal toe. Onder deze omstandigheden zou Lamborghini waarschijnlijk zelfs geld kunnen verdienen door fröbelwerk te verkopen, maar feit is juist dat het bedrijf evenwichtiger en geavanceerder is in alle bedrijfsprocessen. Dat is te danken aan de Gallardo die het bedrijf heeft laten promoveren naar de hoogste divisie en nu, 7.100 exemplaren later, is er een nieuwe versie.
‘Ik zou wel een beetje balen als ik die Superleggera daadwerkelijk had gekocht en nu dit nieuwe model zou zien’
 
De LP560-4 was één van de sterren van de show in Genève en een enorme verassing voor iedereen die niet bij Lamborghini werkt. De naam geeft achtereenvolgens de in lengte gemonteerde motor weer, gevolgd door de hoeveelheid paardenkrachten en afgesloten door de aanduiding voor het aantal aangedreven wielen. Sommige auto’s blijven ver voorbij hun houdbaarheidsdatum op de markt en gaan stinken, terwijl andere maar niet oud schijnen te worden. Voor de Gallardo geldt dat hij zijn vijfde verjaardag vrijwel zonder kleerscheuren heeft gehaald.
 
‘We zijn gespecialiseerd in het verrassen’, vertelt Lamborghini’s algemeen en ontwerpdirecteur Manfred Fitzgerald in een ontvangstruimte op de stand die eruitziet als Al Pacino’s privé-kamer in de nachtclub in Carlito’s Way. ‘We hebben momenteel zoveel projecten op stapel staan, dat ik niet eens weet waarmee ik moet beginnen.’
 
Hij gaat iets vertellen over de nieuwe Gallardo. Carrosserieontwerp, motor, onderstel, transmissie: zijn allemaal onder handen genomen. Lamborghini claimt belangrijke verbeteringen van prestaties en efficiëntie. Laten we bij de styling beginnen. Onder supervisie van Fitzgerald – een voormalige marketingman die het tot baas heeft geschopt – en uitgewerkt door een zeven man sterk team onder aanvoering van Filippo Perini, bleven de wijzigingen weliswaar beperkt tot voor- en achterzijde van de Gallardo, maar ze zorgen wel voor een messcherp nieuw karakter. Alhoewel de LP560 sterk lijkt te zijn beïnvloed door de Reventón – de in beperkte oplage gebouwde auto van dik één miljoen euro, zie Top Gear 30 – is het toch de Gallardo die het eerst werd ontworpen. Er zijn nieuwe luchtinlaten aan de voorkant, een gewijzigde splitter en een volledig gewijzigde achterkant die je ogen uit hun kassen laten rollen. Die achterkant creëert meer een indruk van breedte dan van laagte en benadrukt daarmee juist de hoogte van dit model.
 
‘We vonden dat we met dit model nog meer konden doen,’ zegt Fitzgerald, ‘de Gallardo was geweldig, maar ik vond dat het nieuwe model agressiever en desondanks soberder moest zijn. De koplampen zijn nu zo slank als we ze konden maken en toch voldoen ze aan de wettelijke verplichtingen.’ De nieuwe slanke koplampen hebben onder de bi-xenon koplampen led’s in Y-vorm en die vorm keert terug in de achterlichten die lijken te zijn gebaseerd op de verlichting van de controversiële concept-Miura, uit 2006. Samen met de vierdubbele uitlaatpijpen en nieuwe difuser zorgen de wijzigingen aan de achterzijde van de LP560-4 voor een spannender uitstraling, al bleef er van het Teutoonse modernisme van het gewaagde origineel van Belg Luc Donckerwolke weinig over. Lamborghini claimt een aerodynamische verbetering van 31 procent te hebben bereikt in vergelijking met het huidige model waarvan de stabiliteit en het stuurgevoel op hoge snelheid al buitengewoon indrukwekkend waren.
 
Net als vorig jaar bij de Superleggera worden bij de LP560 de mechanische kostbaarheden onder een transparant scherm tentoongesteld. Let wel, ik zou wel een beetje balen als ik die Superleggera daadwerkelijk had gekocht en nu dit nieuwe model zou zien. Hij is dan misschien wel 80 kilo zwaarder dan zijn lichtgewicht racebroertje, maar hij heeft wel een nuttige 34 pk extra vermogen, voldoende om hem in een identieke 3,7 seconden naar 100 km/u te laten accelereren en een top van meer dan 320 km/u te bezorgen. Ongetwijfeld komt er volgende week een Gallardo met 600 pk.
‘Maar ondanks alles wat is gezegd over maatschappelijke verantwoordelijkheid, is Lamborghini nog net niet begonnen met het waxen van borsthaar’
 
De 5,2-liter V10 is nu voorzien van directe inspuiting – iniezione diretta stratificata – die zorgt voor efficiëntere verbranding en die een hogere compressie van 12,5:1 mogelijk maakt. En nog technischer: alle vier de nokkenassen hebben variabele kleptiming en ondanks de toegenomen kracht en superieure prestatiecijfers zijn de emissiewaarden van de LP560 zelfs 18 procent lager dan die van het huidige model. Dat zal de milieuridders niet over de streep trekken, maar het is nuttige winst. ‘Onze klanten moeten zich niet hoeven schamen om één van onze modellen te bezitten,’ meent Fitzgerald, ‘en we moeten maatschappelijk verantwoord zijn. Maar we moeten de milieuproblematiek wel in het juiste perspectief plaatsen.’
 
De uitstekende handgeschakelde zesbak van de Gallardo is gebleven, maar de iets minder uitstekende ‘E-Gear’, de gerobotiseerde handbak met flipperbediening is gewijzigd. Hij is lichter geworden en schakelt 40 procent sneller. Het verrassend goed op zijn taak berekende onderstel met dubbele wishbones bleef ongewijzigd, maar kreeg wel een straffere afstemming. Brembo’s met acht remzuigers bijten zich vast in schijven met een diameter van 365 millimeter voor en 356 millimeter achter. Carbonkeramische remmen zijn optioneel leverbaar.
 
In het interieur bleef alles in grote lijnen bij het oude. Nieuw is de aluminium omlijsting van het instrumentenpaneel. Net als andere fabrikanten in de arena voor supercars is Lamborghini steeds slimmer geworden bij het vragen van geld voor maatwerk in de leverbare kleurstellingen van carrosserielak (drie – matzwarte, witte en bruine – debuteren er op de LP560) en overdadige interieurmaterialen. Het programma om hem helemaal te individualiseren heet ‘Ad Personam’ en doet denken aan de tijdperk van de Diablo begin jaren negentig waarvan het dashboard standaard werd voorzien van ruig vilt en een radio van Halfords.
 
Als iets duidelijk wordt, dan is het hoe ver Lamborghini is gekomen in tien jaar. De nieuwe auto is sneller, lichter, efficiënter en leverbaar in een reeks verleidelijke kleuren. Maar ondanks alles wat is gezegd over maatschappelijke verantwoordelijkheid, meer raffinement en elegantie en zelfs de wens om meer auto’s aan vrouwen te verkopen is Lamborghini nog net niet begonnen met het waxen van borsthaar.
 
‘Alles draait om exclusiviteit’, stelt Fitzgerald. ‘Hoeveel auto’s je verkoopt is niet het probleem, het probleem is als je een te hoge concentratie op één plaats krijgt. Onze klanten willen zich bijzonder voelen en wij zullen daarbij altijd de meest extreme kerels zijn. We zouden een enorme blunder begaan als we dat los zouden laten. Wij zijn de enige echte stoute jongens die zijn overgebleven.’

Reacties