Autotest: Opel Insignia Tourer 1.6 Turbo Ecotec Edition
Of je nog een caravan te slepen hebt, vraagt Opel. Ze hebben er namelijk een goede auto bij. Lees: een heel goede auto. Ook zonder caravan. ‘Moeilijke tijden vragen om opwindende producten’, meent Opel. De Rüsselsheimers hadden het jarenlang moeilijk – verouderde modellen, niks spannends, en een kwakkelend moederbedrijf…
Of je nog een caravan te slepen hebt, vraagt Opel. Ze hebben er namelijk een goede auto bij. Lees: een heel goede auto. Ook zonder caravan.
‘Moeilijke tijden vragen om opwindende producten’, meent Opel. De Rüsselsheimers hadden het jarenlang moeilijk – verouderde modellen, niks spannends, en een kwakkelend moederbedrijf waardoor geld voor innovatie en ontwikkeling uitbleef. Maar Opel lijkt op de weg terug: vriend en vijand zijn het erover eens dat de Insignia een lekker ding is.
Hamvraag was even of de firma Adam Opel ook van de stationversie zo’n plaatje zou weten te maken. Dat is belangrijk voor het financieel getergde bedrijf – die carrosserievariant zal in Nederland en België wellicht zo’n tweederde deel van de verkopen vormen. Mits-ie knap genoeg zou zijn. Waar het dus om draait – hoe goed de nieuwe 1,6-liter turbomotor ook loopt, zodadelijk meer daarover – is het uiterlijk.
Nou, dat uiterlijk is schitterend. Vooral de achterkant. Whoepa! Prachtig is vooral de achterklep. Die gaat de hoek van de carrosserie om, en is zodoende als het ware halfrond. Het is werkelijk de mooiste achterklep die we ooit in onze handen hielden. Hij is zo groot dat de uitklaphoogte instelbaar is; wie een garage met een laag plafond heeft, hoeft geen boem-knars te horen.
Niet alleen de klep is opwindend, de bagageruimte is dat evenzeer. Normaal gaat daar 540 liter in, met neergeklapte achterbank wordt dat 1.530 liter. Dan past zo ongeveer het halve assortiment van Ikea er tegelijkertijd in.
De stoelen zijn goed, en wie kinderen heeft en toch lichte bekleding wil, wordt voorzien van vlekvrije TopTec-bekleding. We probeerden vlekken te maken met chocolademelk en ketchup, en inderdaad: na even deppen, resteerde niets dan een stralend witte achterbank. Echt.
Het zijn moderne tijden bij Opel. Zo heet de binnenverlichting voortaan sfeerverlichting. Niet onterecht. Wie de Sport-stand inschakelt, krijgt een ander soort licht dan wie met de normale of de Tour-stand rijdt. De koplampen passen zich aan het verkeer aan, en als optie is het Opel Eye-systeem leverbaar, dat verkeersborden herkent en op je voorruit projecteert zodat je altijd weet wanneer je te hard rijdt.
De nieuwe motor, dan. De 1,6-liter turbo genereert een opvallende 180 pk en 230 Nm op de voorwielen. De inhoud doet misschien geen volwaardige motor voor een grote auto als deze vermoeden, maar de cijfers over het vermogen wijzen iets anders uit. Deze motor voldoet niet alleen, hij rijdt ook echt lekker. Natuurlijk zijn er ook andere motoren leverbaar op deze Insignia: van een turboloze 1,6-liter benzine, via een nieuwe biturbo-diesel met 190 pk en 400 Nm, tot de bekende 2,8-liter V6. Schakelen is een pretje: strak en kort. Remmen: idem. De besturing is een beetje aan de licht kant, maar caravanbezitters zullen er dol op zijn.
Hoera-geroep en loftuitingen, verder komen we niet. Was de Insignia al Zakensedan van het Jaar bij Top Gear, dan moest deze variant het alsnog worden.
Reacties