Eigenlijk zou je tijdens een aardbeving niet over een vuurspuwende vulkaan moeten rijden, maar we hadden een Fiat Panda 4×4 ter beschikking, dus we deden het.

Als er rook is, is dat meestal een voorteken van naderend onheil. Heel veel dingen zijn aantrekkelijker als ze niet een tijdje in vuur en vlam hebben gestaan of op het punt staan dat te gaan doen. Zoals de motor in je auto bijvoorbeeld. Of de meeste maaltijden. Of onbeheerde koffers op vliegvelden. En bergen. Bergen staan meestal boven aan het lijstje met dingen die je moet mijden zodra ze zoiets onnatuurlijks gaan doen als beginnen te smeulen. Maar aangezien dit TopGear is, sta ik momenteel aan de voet van een berg die enorme wolken stoom en rook uitspuugt en bereid me voor op een rit naar de top. Als ambtenaren van volksgezondheid en veiligheid hier niet van op de hoogte waren, dan spijt me dat. Ik kon geen formulier vinden.

De helheuvel in kwestie is de Etna aan de oostkust van Sicilië, een van de meest actieve vulkanen ter wereld. Deze vulkaan is zo onrustig dat je in de dubbele cijfers eindigt als je de grootste uitbarstingen van de twintigste eeuw optelt. Om de paar maanden is er wel iets aan de hand. Onlangs nog vond er behoorlijk heftige activiteit plaats. Om precies te zijn: gisteravond, vergezeld door een geologisch hoestbuitje dat 3,8 noteerde op de schaal van Richter. Reden te meer natuurlijk om vandaag te proberen naar boven te rijden. Dat is iets wat doorgaans wordt verboden omdat het een beetje gevaarlijk is. Dus, om toch naar boven te rijden, hebben we een avontuurlijk voertuig nodig met enorme banden en een beresterke motor, een gevaarte dat is voorzien van lieren en kabels en een antivulkaanpantser. Iets wat ons kan beschermen voor het geval de berg zich roert. Helaas hebben we dat voertuig niet meegenomen.

In plaats daarvan zijn we hier aangekomen met een standaard Fiat Panda 4×4. Hoewel we winterbanden hebben gemonteerd, knaagt het gevoel dat we wellicht niet helemaal afdoende zijn geprepareerd voor deze kleine expeditie.

Tijdens de beklimming zijn de voortekenen niet buitengewoon gunstig. De Etna, met z’n 3.329 meter hoogte, domineert het uitzicht vanuit Catania. Je kunt hem eigenlijk niet missen, aangezien er rook uit komt als was het een zojuist afgevuurd kanon. Het is net of je kijkt naar de nasmeulende restanten van het grootste vuurwerk dat je ooit hebt gezien. En dat is hij ook, want de Etna is een bijzonder actieve stratovulkaan die tweeënhalf keer zo groot is als de Vesuvius. Hij is berucht in de Griekse mythologie als plek waar Typhon (geruststellend bijgenaamd ‘vader aller monsters’) door Zeus was opgeborgen omdat hij stout was geweest, ergens diep in Hephaestus’ smidsvuur in de voet van de Etna die 1.190 vierkante kilometer omvat.


Klinkt angstaanjagend, maar onderaan is hij mooi. In de schaduw van de Etna strekt zich een lappendeken uit van fruitkwekerijen en wijngaarden die profiteren van de vruchtbare bodem die is ontstaan door vroegere vulkaanuitbarstingen. Het is verrassend groen, en de Panda past zo naadloos in het arcadische landschap dat ie er voor gemaakt lijkt.

De Etna zwelt in de voorruit van de gedrongen Fiat als hij moeiteloos met z’n 1,3-liter MultiJet diesel met handgeschakelde vijfbak de nieuw aangelegde bochtige bergwegen afroffelt. De besturing is weliswaar niet erg direct en onderstuur als gevolg van de iets grotere rijhoogte ligt voortdurend op de loer, maar het rijgedrag van de supermini is soepel en volwaardig. De Panda helt over, maar komt niet los. De weg is aan de voet van de berg bezaaid met natte bladeren en door de laatste ijsrestanten van de ochtendkoude komt zelfs de vierwielaandrijving soms in actie en trekt ‘m, zonder dat de wielen doorspinnen, door de ijzige bochten. Dit is, denk ik, zo’n beetje wat kopers zouden verwachten: extra veiligheid op glad wegdek. We zullen iets meer nodig hebben. Net alsof de weergoden een punt willen maken, begint het te regenen.

'De Panda beklimt de hellingen niet gestaag als een conventionele 4×4, maar gaat op een drafje naar boven'

Boven het bos, waarin een geheel eigen vuur ontstaat als de herfstkleuren subtiel door de bomen stralen, wordt oud lava zichtbaar. De geelgroene hellingen verlenen het landschap een grimmig en buitenaards beeld. En een onverwacht fraai beeld. Overwoekerd door mos zijn dit de restanten die naar de zee zijn gedirigeerd langs kanalen die door de mens zijn gemaakt om smeltend lava uit de bebouwing te weren. De meedogenloze natuurramp die in goede banen naar de verkoeling van de zee wordt geleid. Weer ben ik verrast door de kleine Panda. Hij voelt volwassen en capabel aan. Na een tijdje rijden, krijgen we iets meer vertrouwen in onze onderneming en komen we aan bij de plek waar een kabelbaan begint en de openbare weg ophoudt. Vandaag echter hebben we De Vergunning en gaan de slagbomen voor ons omhoog.

Op de een of andere manier is het onvermijdelijk dat er een donkergroene, oude Panda 4×4 onderaan de berg staat geparkeerd. Hij is voorzien van logo’s van Steyr Puch. We kijken er vertederd naar. Hij is klein, heeft wielen met de omvang van een lp, en is zo blikkerig en eenvoudig dat het lijkt alsof je ‘m cadeau zou krijgen bij aankoop van een pak cornflakes. Toch zijn er talloze details die terugkeren in het huidige model en hij straalt een soort rechtlijnigheid en soberheid uit die je tegenwoordig niet meer ziet bij moderne, botsveilige modellen. Een kort gesprek met de eigenaar leert ons dat zijn Panda al meer dan 380.000 kilometer heeft gereden met z’n originele motor. Eigenlijk weet niemand precies hoeveel meer, want sinds ‘ergens in de jaren negentig is de kilometerteller kapot’.


Er zijn natuurlijk eenvoudigere manieren om de Etna te beklimmen dan in een Panda. Met de kabelbaan kom je tot op tweederde van de top, dan moet je dus de rest lopen of een lift zien te krijgen. Ook zijn er speciale terreinbusjes die je naar de voet van de grootste krater brengen. Die busjes zijn op hun taak berekend, want gebaseerd op de Mercedes Unimog, en de Fiat valt volledig in het niet als hij ernaast staat geparkeerd. Dat stemt niet echt vrolijk.

We beginnen te begrijpen waarom het vervoer over de Etna daar zo zwaar op is toegerust. De ‘weg’ over de flanken is feitelijk niet meer dan een spoor dat getrokken is over het deel met de minste weerstand. Vandaar dat het alle kanten op gaat. Een reeks haarspeldbochten, een lang recht stuk, enkele wijde bochten en een stel duizelingwekkende trajecten die doodlopen. Er zijn geen vangrails, en de omringende lava is uiterst verraderlijk. Loop eroverheen en het lijkt of je balanceert op de restanten van een groot vreugdevuur. Sommige stukken zijn knapperig en broos, andere verpulveren niet tot poeder en voelen aan als versteend, scherp koraal. Als je daarop valt, doet dat pijn. Ik weet dat, want ik viel. Ik dacht dat ik gevangen zat in een zak met wilde katten.

De Panda beklimt de hellingen niet gestaag als een conventionele 4×4, maar gaat op een drafje naar boven. De eerste versnelling is kort zodat kon worden afgezien van een duur en doorgaans overbodig sperdifferentieel. In de tweede versnelling moet je een beetje snelheid houden om niet vast te komen zitten, en dus gaat de kleine auto met grote passen de helling op, hobbelend en naar grip op de losse ondergrond zoekend. Maar de Panda is klein en relatief licht en laat dus geen sporen achter, anders dan dat ie een spoor trekt door de mistwolken die op deze hoogte de Etna omhullen. Alleen zijn de merkwaardig vochtige flarden helemaal geen mist. Het is stoom. Naarmate we hoger komen, wordt het kouder. Het wordt duidelijk dat wat wij aanzagen voor laaghangende bewolking feitelijk stoom is die uit de bodem ontsnapt. Magma, het bloed van de aarde, is hier warm en nabij. De zanderige, rotsachtige ondergrond is inktzwart, afgekoeld lava, gelardeerd met hier en daar wat restjes sneeuw. Overal is bloedhete stoom, in combinatie met diepgevroren ondergrond. De omgeving is meedogenloos en heeft een grimmige charme – het soort schoonheid dat verontrust. Het soort schoonheid van bijvoorbeeld een granaat met de omvang van een berg.

Langzaam begeven we ons over het pad langs de lava, bedekt met ongerepte witte sneeuw. Herhaaldelijk treedt de tractiecontrole in werking, zichtbaar gemaakt door het gele waarschuwingslampje dat knipperend aanduidt dat de omstandigheden zwaarder worden – al merken we daar in het interieur weinig van. We blijven doorgaan. Het landschap krijgt iets postapocalyptisch, met restanten van huizen die uitsteken vanuit zand waar de rook van af slaat en rotsen die in ruwe vormen zijn gehouwen. De Panda ziet er in dit decor zacht, ongedeerd en uitermate kwetsbaar uit.


Uiteindelijk bereiken we het punt waarop ’s Werelds Zwaarste Tourbussen het opgeven en omkeren, en waar slechts wandelpaden overblijven. Die paden worden gemarkeerd door enorme keien om te vermijden dat auto’s verder rijden. Alleen hadden ze daarbij geen rekening gehouden met een auto die slechts anderhalve meter breed is, en dus lukt het me om de Panda er tussendoor te manoeuvreren en koers te zetten naar de richel van de krater. We rijden nu over een wandelpad dat niet breder is dan de Panda, soms over sneeuw, soms over dat lichtjes stomende zwarte lavazand. Spookachtig. Geen enkele andere 4×4 zou hier kunnen komen want zelfs de beste SUV’s zouden niet in de positie van de bescheiden, kleine Fiat kunnen komen, domweg omdat die dan van het pad zouden storten omdat het te smal is.

Het gaat steeds moeizamer en de Panda moet meer toeren maken om de gang erin te houden. Steeds vaker moeten we terug naar de eerste versnelling om over grote hobbels te kunnen komen. Het samengeperste lavazand biedt voldoende grip, maar zodra we over de sneeuw moeten rijden – of over het lossere zand waar stoom uit komt – dan lijken de dunne banden zich in te graven in de ondergrond in plaats van daar overheen te glijden. Met slechts 75 pk en een koppel van 145 Nm en een astmatische ademhaling vanwege de ijlere lucht komt de Panda in een dik pak sneeuw puffend tot stilstand. Op slechts dertig meter van de richel: een ongekende overwinning.

'Loop over de paden op de Etna, en het lijkt of je balanceert op de restanten van een groot vreugdevuur'

We proberen de Panda uit te graven, maar telkens wanneer de vierwielaandrijving in werking treedt om de auto omhoog te liften, ontbreekt het aan voldoende koppel bij lage toerentallen en wordt ie in de sneeuw teruggezogen. Na een heftige poging komt er rook vanaf de koppeling onder de motorkap uit. Na wat een eeuwigheid lijkt te duren, slagen we erin de Panda uit de sneeuw te bevrijden en kunnen we opgelucht aan de terugweg beginnen. Er hangt een onheilszwangere sfeer op de Etna, een borreling van indigestie, en het zweet breekt me uit. Na een tijdje besluit ik dat ik het mezelf inbeeld en stap uit om foto’s te maken. Ik werp een blik op de steile hellingen van de Etna en realiseer me dat deze compacte auto van nog geen 18.000 euro ons verder heeft gebracht dan welke dure SUV zou zijn gelukt. Op een actieve vulkaan. Het mag dan een kleine auto zijn, hij heeft een enorm groot hart. Even later kachelen we terug naar beneden, sturen de Panda naar huis en vertrekken naar het vliegveld in de stellige overtuiging dat alle voortekenen van vulkanische activiteit slechts in onze hoofden hebben bestaan.

Natuurlijk zaten we ernaast. Bij het aan boord gaan voor de thuisvlucht komt de Etna tot uitbarsting en spuugt gesmolten lava over de hellingen op een plek slechts enkele honderden meters van waar we vastzaten. Dat bewijst dus twee dingen: het eerste is dat Panda’s in het wild het best tot hun recht komen en het tweede is dat het een verschrikkelijk goed advies blijkt te zijn om uit de buurt te blijven van rokende bergen.

Reacties

Meer van TopGear