Nooit te beroerd om zonder reden een auto op te halen, gaat JC uit lunchen met de compleet overbodige LFA. Om vervolgens te belanden bij het sneeuwschuifdepot.

(door Jeremy Clarkson)

De V10 in een Lexus LFA schiet binnen slechts 0,6 seconden van stationair naar de toerenbegrenzer. Dat is zo snel dat de engineers een digitale toerenteller moesten inbouwen omdat een conventionele naald dit tempo niet zou bijhouden.

Toyota vindt dat, om een perfecte balans te creëren, 52 procent van het gewicht van de auto op de achteras zou moeten rusten. Om dit te bereiken, werden de radiateurs en de accu achterin de LFA geplaatst. Net als het tankje van de ruitenwissersproeier.

De Lexus is voorzien van een versnellingsbak met enkele koppeling en flippers achter het stuur. De bak schakelt traag en met geweld over naar de volgende versnelling. Maar iedere keer wanneer er geschakeld wordt, voelt het alsof Godzilla je een klap op je rug geeft. Met een voorhamer. Deze sensatie verhoogt het gevoel dat je in een racewagen zit.

De auto mag er dan conventioneel uitzien, toch is er sprake van moderne aerodynamische foefjes. Zoals ik onlangs ontdekte in Willow Springs in Californië, genereert de auto meer grip naarmate je sneller rijdt.

Er bevinden zich geluidsbuizen in het chassis die een deel van het motorgeluid rechtstreeks naar de cockpit leiden. En er zit een vrouw in de kofferbak die je rechtstreeks leidt naar het dichtstbijzijnde Japans/Europese fusionrestaurant. Ik houd heel veel van de LFA. Zoveel zelfs, dat ik ‘m recent heb omschreven als de beste auto waarmee ik ooit heb gereden.

Uiteraard protesteerden Hammond en May luidkeels. Vooral vanwege het feit dat de auto – zoals ze maar bleven roepen – veel te duur is. Met Nederlands kenteken bijvoorbeeld kost ie exact 497.169 euro. Dat is bijna vier keer duurder dan de Nissan GT-R die – als dat mogelijk is – nog technischer is. De LFA is ook veel duurder dan een Ferrari 458 of een Mercedes SLS AMG. De Lexus is, zoals zij beweerden, belachelijk duur.

Ze hebben het mis. Want het is net zoiets als beweren dat de Mona Lisa voor een bedrag van 100 miljard veel te duur is. Of zeggen dat een 20 miljoen euro kostende sculptuur van Henry Moore te duur is vanwege het feit dat je ook voor 5 euro een mooie stenen otter kunt kopen in een winkel op het platteland.

Bij een auto als de LFA is de prijs irrelevant. Simpelweg omdat de auto niets minder is dan een waar technofeest. Een huilend, wegspuitend, bandenverschroeiend speerpunt van industrieel machtsvertoon. De auto hoort in een garage met klimaatcontrole, als een rijdend bewijs van wat de huidige tijd ons wel niet brengt.

Het is qua empathisch vermogen echter niet direct de auto die je zelf zou kopen om daadwerkelijk mee te rijden. Wanneer je dat wel doet, zal je ontdekken dat de auto – van tijd tot tijd – op je zenuwen gaat werken.


Doordat deze rijst-raket is ontwikkeld door technische sociopaten is de auto enerzijds briljant, en anderzijds zitten er enkele irritante randjes aan. En die staken laatst allemaal tegelijk de kop op tijdens een ritje naar de pub.

De steeds serieuzer wordende nieuwszender van de BBC adviseerde automobilisten nog om thuis te blijven en niet in de auto te stappen, tenzij het ‘absoluut noodzakelijk’ was. Maar het was noodzakelijk. Ik had zin in lunch. En bovendien was het een mooie dag. Geen wolkje aan de lucht en op de grond lag slechts een klein, dun laagje bevroren sneeuw.

Dus ik klom in de LFA en tien minuten later was ik – na een geknakte nek, een doorboorde long en verdraaide ingewanden – in staat om de weerbarstige veiligheidsriem vast te maken. Nog eens tien minuten was ik klaar voor vertrek nadat ik de enorme draaicirkel had overwonnen dankzij 77 keer steken om de auto in de door mij gewenste richting te krijgen. Maar ik ging nergens heen, want de race-achtige banden konden niet goed overweg met de ijzige ondergrond.

'Met uitzondering van een Ariel Atom V8 of een Caterham R500 kan ik geen andere auto bedenken die minder goed geschikt is om op een heldere winterdag mee naar de kroeg te gaan'

Ik maakte daarom de gordel los, haalde scheppen, mestvorken, juten zakken en een vlammenwerper tevoorschijn. Tien minuten later zat ik weer achter het stuur, hongeriger dan ooit vanwege alle graaf- en schroeiwerkzaamheden en ik had nu nog veel meer zin in mijn lunch. Nog eens tien minuten later zaten mijn gordels weer vast. En vervolgens reed ik weg.

Om mijn dorst te lessen, pakte ik een blikje frisdrank uit het deurvak en nam een slok. Om er vervolgens achter te komen dat er geen bekerhouders in de auto zitten. Maar dat was het ergste nog niet, want aangezien de Lexus is voorzien van een benzinetank die exact 7 procent kleiner is dan de benzinetank van een Zippo-aansteker, moest ik toch de auto weer uit. Ik stuurde in de richting van het dichtstbijzijnde benzinestation, ontdeed me van de veiligheidsriem, gooide het bijna volle frisdrankblikje in de vuilnisbak, vulde de tank van de LFA met 0,3 liter V-Power, stapte weer in en – na een vertraging van een kleine tien minuten gedurende welke ik mijn gordel omdeed – stuurde de lage neus van de Lexus de weg op en reed naar de kroeg.

De auto zwalkte van links naar rechts als bewindslieden tijdens een kabinetsformatie. Heel raar. Ik reed al eens eerder in exact deze auto, in de zomer, in Yorkshire en al die tijd reed de auto gewoon rechtuit en goed. Maar sinds die tijd zijn mannen in overalls kennelijk bezig geweest om kleine veranderingen aan te brengen in het onderstel. Banden? Camber? Wie zal het zeggen. Feit is dat als gevolg daarvan de auto iedere groef en lengterichel volgt als een bloedhond een gewonde vos, ongeacht welke commando’s je geeft met het stuur.


Om mijn zinnen te verzetten, zette ik het excellente Mark Levinson-audiosysteem aan en selecteerde het digitale radiosysteem DAB. Dat deed het niet. En toen was het weer tijd om te tanken. Vervolgens – na een nieuwe doorboorde long vanwege het vastdoen van mijn gordel – was de weg vrij en vloerde ik het gaspedaal.

Al snel reed ik 120 km/u en begonnen mijn oren te bloeden. Want bij deze snelheid huilt de motor al 3.000 toeren. Je smeekt bijna om een zevende versnelling in een LFA, maar die is er niet. Je wilt ook wel graag wat meer ruimte in de kofferbak. Want de koffers die je meeneemt, kunnen alleen maar worden geplaatst in de kleine ruimte achter de stoelen. Dat betekent weer dat je niets kunt zien in je achteruitkijkspiegel. Met als gevolg dat ik de naderende politiewagen niet zag aankomen.

Na wat waarschuwende wijsvingergebaren van de dienstdoende agenten reed ik verder. Met een krakende radio, een huilende motor en achterwielen die moeizaam volgden over de door sneeuwploegen gevormde sporen, vervolgde ik mijn weg. Om na enige tijd uit te komen bij het depot van de sneeuwploegen. Dat is de plek waar alle LFA-rijders uitkomen wanneer een man met een overall onder de auto heeft gelegen met een steeksleutel.

Uiteindelijk kwam ik toch terecht bij de pub, waar ik nog net kon aanschuiven voor het diner en liet mijn gedachten gaan over de LFA.

Met auto’s als een Ariel Atom V8 of een Caterham R500 als uitzondering, kan ik me geen andere auto bedenken die minder goed geschikt is om op een heldere winterdag mee naar de kroeg te gaan. Voor Willow Springs? Ja. Voor de weg die zich net buiten Palm Springs omhoog de bergen in kronkelt? Nogmaals ja. Maar om van Norton naar The Kingham Plough te gaan om toast te eten met slakken en champignons? Nee. Dan kun je je beter hardlopend verplaatsen.

Toch verandert dit mijn mening ten opzichte van de auto niet. Ik geloof nog altijd dat het de beste auto is waarmee ik ooit heb gereden. Want voor slechts een paar euro kun je een foto kopen van een kunstwerk. Het staat waarschijnlijk ook nog leuk boven de schoorsteenmantel. Maar dat weerhoudt je er niet van om te dromen van een kunstwerk als Regen, Stoom en Snelheid van William Turner. Het is oud, er zitten scheurtjes in het doek en de verzekeringspremie is gigantisch. Maar wat heb je liever? Dat? Of het huilende zigeunerjongetje? Hammond en May zouden gaan voor het huilende jochie. Maar ik heb smaak. Daarom wil ik een echt kunstwerk.

Reacties

Meer van TopGear