McLaren droomt van een Porsche 911. Een auto die tot de verbeelding spreekt, die groots presteert. Maar waar je ook elke dag in kunt stappen zonder uit je pantalon te scheuren. Dit is de McLaren 570S: de ‘sportauto’ volgens Woking.

Even een stapje terug

We zullen het je niet kwalijk nemen als je het spoor af en toe even bijster bent wanneer het op McLarens modellengamma aankomt. Onlangs probeerde het merk wat duidelijkheid te scheppen door hun auto’s onder te verdelen in drie soorten. Je hebt de Ultimate Series, een titel die gereserveerd is voor compleet uitzinnige hyperhybrides: de P1 dus. Dan is er de Super Series, voor lichtgewicht en circuitgericht spul als de 650S en 675LT. De derde en de jongste categorie is de Sports Series, waar de McLaren 570S en de 540C onder vallen. Het was misschien makkelijker geweest als de auto’s er niet allemaal hetzelfde uitzagen, of als ze niet allemaal hetzelfde koolstofvezel chassis en dezelfde 3,8-liter biturbo V8 zouden gebruiken. Maar verschillende ontwerpen, platforms en motoren, dat is de bekende weg die al door alle autofabrikanten wordt toegepast. McLaren houdt niet van de bekende weg. Het idee achter de Sports Series is simpel: onaardse prestaties in een praktischer jasje. We noemden de 911 als voor de hand liggend voorbeeld omdat er nooit een beter voorbeeld is gemaakt. Toch zijn er de laatste jaren genoeg tegenstrevers die plaagstootjes naar hem uitdelen, auto’s als de Audi R8, Mercedes-AMG GT, Chevrolet Corvette en Aston Martin Vantage. Geen van hen stoot de Porsche van z’n troon.

Waar hoort de 570S in dat rijtje?

Nu is het ook nadrukkelijk niet de bedoeling van McLaren om dat te doen. Dan zouden ze wel een coupé van een dikke euroton in elkaar schroeven met 350 pk en een minuscuul achterbankje. In plaats daarvan richten ze zich op de absolute top van het segment, waar de aantallen lager zijn en de verwachtingen nog hoger. Het territorium van de 911 Turbo S, R8 V10 Plus, Corvette Z06. De McLaren 570S wordt dan wel onder de 650S gepositioneerd – zo’n 60.000 euro eronder zelfs, in Nederland – hij is vreemd genoeg toch iets groter. Hij heeft een carrosserie van aluminium in plaats van koolstofvezel. Is dus ook zwaarder, maar nog altijd flink lichter dan z’n rivalen. Hij heeft overigens geen actieve spoilers om de lucht mee te bespelen. Z’n monocoque werd herzien met lagere dorpels en andere montagepunten voor de vleugeldeuren voor een minder klunzige instap. In het interieur vinden we meer opbergmogelijkheden – zelfs vakjes in de deuren en een handschoenenkastje – en een scherm voor je neus in plaats van een vette toerenteller.

De McLaren design strategie is terug te vinden

Klinkt als een watjesauto, nietwaar? Tot je z’n prestatiecijfers bekijkt. De McLaren 570S gaat van 0 naar 100 km/u in 3,2 seconden en van 0 naar 200 km/u in 9,5 seconden. Dat laatste is een ruime seconde langzamer dan de 650S, maar toevallig wel even snel als de aloude McLaren F1. Het zijn waarden waar de meeste supercars een paar jaar geleden alleen maar van konden dromen. Toch houdt McLaren vol dat de McLaren 570S geen supercar is, maar een sportauto. Ja, en wij zijn een huis-aan-huisblaadje.
Hoezeer je ook dénkt dat de auto op de 650S lijkt, als je ze naast elkaar zet, zie je opvallende verschillen. De McLaren 570S heeft grotere koplampen, hoekige luchtinlaten en een spitse splitter. De achterkant is juist veel vloeiender en moderner en doet vaag denken aan de BMW i8. Het meest herkenbaar zijn de open c-stijlen en de deuren, waar letterlijk een geul doorheen loopt om lucht vanuit de voorste wielkasten af te voeren en als koeling voor de motor te gebruiken. Het is het soort ingenieuze detail dat je minutenlang kunt bestuderen en ronduit kunt bespreken met je mede-autonerds.

Waar kun je de McLaren 570S voor gebruiken?

De V8 ligt niet achter een ruitje, zoals bij de 650S, maar wordt deels geopenbaard onder een koolstofvezel kap met grote gaasopeningen. Als je stilstaat, vertroebelt de hitte het zicht in je binnenspiegel. Vanachter het stuur oogt het interieur meer opgeruimd dan bij andere McLarens: er zit geen vreemd aircopaneel in de deur, de middenconsole loopt niet vanaf het dashboard door naar achter en zit dus ook niet vol met knopjes. In de McLaren 570S regel je zo’n beetje alles via het smartphone-vormige aanraakscherm. Aardig voor het overzicht, minder handig als je het bijvoorbeeld koud krijgt terwijl je net door een ingewikkelde binnenstad aan het navigeren bent.

‘Het samenspel tussen de vurige besturing en het volmaakt lenige onderstel is van een niveau dat menselijk begrip ontstijgt’

Want dat doe je met een McLaren 570S: je gaat er gewoon boodschappen mee halen. Het uitzicht naar buiten is simpelweg subliem. Het dashboard en de voorkant zijn laag. Hierdoor kun je letterlijk een paar meter voor de auto het wegdek al zien. Ook de deurpanelen zijn laag en de zijruiten lopen ver door naar achter. Je hebt prima zicht over je schouder bij het verlaten van rotondes en andere alledaagse situaties die je in sommige auto’s van dit kaliber liever niet tegenkomt. Het is gekeuvel, maar je zal het met ons eens zijn. Wanneer je dagelijks in een auto wilt rijden, zijn dit zaken die ertoe doen.

Welke rijstanden heeft McLaren geïntegreerd

Een paar bekende knoppen zijn nog wel prominent aanwezig in de McLaren 570S, zoals een grote met Active erop en twee schakelaars met de letters H en P. Die staan voor Handling en Power en beïnvloeden, je raadt het al, respectievelijk het onderstel en de aandrijflijn. Normaal gezien hoef je je niet om ze te bekommeren en regelt de McLaren alles zelf. Dan schakelt hij gemoedelijk op en neer en is hij op oneffenheden zo belachelijk comfortabel dat je amper kunt bevatten dat je je in een auto bevindt met veerwegen als pakjes stroopwafels. Het hydraulische ProActive Chassis Control van de 650S mag wonderlijk soepel zijn, de McLaren 570S doet er met z’n adaptieve dempers nauwelijks voor onder. Druk op de Active-knop en je kunt de twee schakelaars elk op Normal, Sport of Track zetten. De laatste is verreweg het spectaculairst. Maar zorgt voor dusdanig stevige demping en een dermate venijnig gaspedaal dat we deze modus vandaag, op een koude, druilerige dag, maar even laten voor wat ie is. Sport is de aangewezen keuze voor deze omstandigheden. Fel genoeg om te flirten met onze hunkering naar totale waanzin. Niet zo fel dat we bij het eerste het beste klontje modder achterstevoren de weg af geslingerd worden. Het scherm voor onze neus verandert mee met de verschillende rij-modi. Denk aan de snelheidscijfers en een ronde toerenteller in Normal. In track krijg je een brede serie schakellampjes en enorme getallen voor je versnellingen.

Zo’n turbo V8 van McLaren, klinkt dat een beetje?

Het knopje Manual is er nog zo een die we na het starten onmiddellijk indrukken. McLarens zeventraps transmissie met dubbele koppeling is in één woord te vatten: ontzagwekkend. Trek je aan een van de mooi klikkende flippers, dan schakelt de bak met een souplesse en een onmiddellijkheid die enkel valt te vergelijken met de manier waarop The Stig z’n veters strikt. De link met de versnellingen is zo direct dat het is alsof je zelf de tandwielen verwisselt en niet via nulletjes en eentjes de opdracht geeft. Slechts in hectisch verkeer raakt de bak een enkele keer in de war en geeft ie een korte hik. Niets is perfect. We hebben er lang over nagedacht en weten nog steeds niet goed hoe we het geluid van McLarens biturbo V8 moeten omschrijven. Het is indringend, maar niet op de snerpende manier van een Ferrari of met de doffe dreun van een AMG. Het is meer een luide, egale blèr, het soort gehuil dat je rillingen over je rug bezorgt en je achtervolgt in je dromen. We weten alleen dat we eindeloos blijven op- en terugschakelen om het in de lekkerste toonsoorten te absorberen.

Conclusie?

Ondertussen duiken we elke weg in die er ook maar een beetje bochtig uitziet. Het samenspel tussen de vurige besturing en het volmaakt lenige onderstel is van een niveau dat menselijk begrip ontstijgt. Het dashboard waarschuwt dat de banden aan de koude kant zijn en in een korte, natte wending raakt de McLaren licht onderstuurd, maar de toversystemen weten de boel snel en discreet te corrigeren en halen je geen moment uit je ritme. Remmen voelt aan alsof de klauwen aan je voetzolen vast zitten. Alles in de McLaren 570S is direct, het is kleine-tenen- en vingertoppenwerk. De V8 heeft onderin z’n toerenbereik een kort moment van ademhaling nodig, komt dan snel op stoom en blijft vanaf het middengebied vicieus hameren tot het rood, net boven de 8.000 tpm. De McLaren 570S is niets minder meeslepend dan de 650S of z’n andere stalgenoten. Hij trakteert je op dezelfde heldere communicatie en hoogstaande techniek. Maar ook dezelfde schitterende afwerking, dezelfde ingekapselde sensatie van eenheid met de machine. Z’n prestaties zijn nauwelijks minder extreem terwijl z’n prijs in Nederland een hele BMW 340i lager ligt. Eigenlijk is het ongelooflijk dat McLaren, dat weliswaar een schat aan race-ervaring heeft maar pas sinds kort zo toegewijd met straatauto’s bezig is, het voor elkaar krijgt om zo’n grandioos geheel zo competitief in de markt te zetten. En dan hebben we het nog niet eens kennisgemaakt met de 540C, die later dit jaar komt. Met z’n stalen remmen, een zachter onderstel en een toefje minder vermogen is hij nog eens 20.000 euro goedkoper. Het lijkt haast tovenarij.

Specificaties McLaren 570S



Motor
3.799 cc
V8 biturbo
570 pk @ 7.400 tpm
600 Nm @ 5.000 tpm

Aandrijving
achterwielen
7v automaat

Prestaties
0-100 km/u in 3,2 s
top 328 km/u

Verbruik (gemiddeld)
10,7 l/100 km
249 g/km CO2

Afmetingen
4.530 x 2.095 x 1.202 mm (l x b x h)
2.670 mm (wielbasis)
1.344 kg
tankinhoud n.b.
bagageruimte n.b.

Prijzen
NL € 234.800 (25%)
BE € 184.900

VONNIS
Ongelooflijk goed geslaagd, deze supercar light uit Woking. Bij wie nog roept dat McLarens emotieloos zijn, willen we de blijheid en angst op z’n gezicht wel eens zien na een dolle rit met de 570S

Reacties