… maar wat dan wel? Om met de grootste opluchting in huis te vallen: het is opperwezenzijdank eens een keer géén SUV. En verder heeft deze Porsche Panamera 4S Diesel Sport Turismo op (bijna) alle vragen die hij oproept een passend antwoord
De dagen van de normale auto lijken meer en meer geteld. Elke nieuwe auto die verschijnt is een SUV of iets wat daar verdacht veel van wegheeft en dan ‘crossover’ wordt genoemd. Nu kunnen we ons best iets voorstellen bij de voordelen van een SUV, maar de waarheid gebiedt ook te zeggen dat we zelden een andere reden uit de mond van een SUV-koper hebben horen komen dan ‘je zit zo lekker hoog’. Wat ons op zich weer een vrij mager criterium lijkt, maar goed: wie betaalt, bepaalt, de klant is koning en heeft derhalve altijd gelijk. Zelfs als ie eigenlijk op zijn achterhoofd is gevallen omdat hij meer betaalt voor een auto die verder geen van zijn visuele beloften waarmaakt (want zelden of nooit 4WD) en je opzadelt met een aanzienlijk hoger verbruik dan strikt noodzakelijk (want hoog, dus aerodynamisch ongunstig).
Maar goed, zo’n beetje elke fabrikant heeft inmiddels wel een SUV in de aanbieding. Zelfs Porsche, dat van oudsher toch nooit bekend heeft gestaan om zijn ruime modelkeus, heeft er met de Macan en de Cayenne al twee. Het zal de Duitsers enige hoofdbrekens hebben gekost toen besloten werd dat er nog best een model bij kon: ‘Hartstikke leuk, maar wát dan?’ We zijn dolblij dat ze níét hebben besloten het voorbeeld van Mercedes en BMW te volgen. Die hebben zich namelijk met volle overtuiging en zonder enige gêne van hun stilistisch allerslechtste kant laten zien (je weet: X4/X6, GLC Coupé/GLE Coupé). Het had zomaar gekund dat Porsche iets soortgelijks met de Cayenne had gedaan, maar dat is gelukkig niet het geval (voorlopig, tenminste: wij kijken nergens meer van op).
Maar, wat is het?
Nee, de Duitsers besloten aan de slag te gaan met de Panamera, en het resultaat is deze Sport Turismo. Wat het is? Geen idee. Nu is het enige dat tegenwoordig zeker is, dat qua autobenamingen niets meer zeker is. Volstrekte tegenstrijdigheden als een ‘vierdeurs coupé’ worden probleemloos geslikt. Een targa als de Mazda MX-5 RF heet opeens zomaar ‘fastback’, of in McLaren 570S-geval ‘Spider’. De voorbeelden zijn eindeloos, en ze zijn stuk voor stuk historisch domweg onjuist, of getuigen van een soort creativiteit (wat is in hemelsnaam een ‘Sportback’? Of een ‘Sports Activity Vehicle’?) waar de wereld ook heel goed zonder zou kunnen.
Porsche doet daar zelf overigens vrolijk aan mee. Ze reppen met geen woord over wat de Panamera Sport Turismo precies zou moeten zijn. Wél noemen ze de ‘gewone’ Panamera opeens consequent een sedan. Sedan? Dat was toch een auto met een aparte kofferbak? Van alle mogelijke carrosserievormen die je zou kunnen noemen, is sedan wel de meest onwaarschijnlijke. Hatchback: vooruit. Liftback: oké. Vierdeurs coupé: zouden we, in dit tijdsgewricht, zelfs nog snappen. Maar sedan? Waar moet het heen met de wereld als zelfs Duitse wegen ondoorgrondelijk zijn geworden?
Nog één dingetje
En dan houden we er, beloofd, over op. Je zou de Porsche Panamera 4S Diesel Sport Turismo een shooting brake kunnen noemen. Zou niet kloppen, want die heeft traditioneel maar twee portieren. Een stationwagen dan? Tsja: eigenlijk wel, maar we snappen ook wel weer dat Porsche die benaming niet hanteert. Daarvoor loopt de daklijn te zeer af, en het schept pakezel-verwachtingen die de auto bepaald niet waarmaakt.
Want je zou het op grond van zijn uiterlijk misschien niet verwachten, maar ten opzichte van de (argh…) ‘sedan’ is de bagageruimte maar 20 liter groter. Als je de achterbank neergooit, groeit het verschil tussen de twee carrosserievormen tot 50 liter. Niet erg indrukwekkend. Daar moeten we echter wel bij vermelden dat ze die hoeveelheid meten tot aan het afdekzeiltje; haal dat weg en je kunt ‘m natuurlijk tot aan z’n dak volstouwen. Dan gaat er echt wel wat meer in de Sport Turismo dan in de gewone Panamera. Nog een voordeel: de tildrempel is veel lager.
En vooruit, nog een: de Sport Turismo heeft drie zitplaatsen achterin, tegen twee voor de sedan. Al moet je dat weer met een door Porsche grif toegegeven kilootje zout nemen: ze noemen het zelf ‘2+1’. Reken dus op plek voor twee volwassenen en een kabouter. Je kunt de Sport Turismo echter ook krijgen met ‘gewoon’ twee aparte stoelen.
En dan hebben beide achterpassagiers meer dan voldoende ruimte. De beenruimte is gelijk aan die van de normale Panamera, maar je hebt meer ruimte voor je hoofd, wat aanzienlijk ruimtelijker werkt. Zeker als je voor het optionele panoramadak kiest. Maar goed: op dit gebied wordt de Sport Turismo nog altijd keihard in z’n gezicht uitgelachen door de 5-serie Tourings en V90’s van deze wereld.
De achterspoiler van de Porsche Panamera 4S Diesel Sport Turismo
Ook anders dan bij de Panamera die je kent, is de achterspoiler. Normaal doet ie niets, maar boven de 170 km/u klapt ie uit om de downforce op de achteras te vergroten en de luchtweerstand te verlagen. Als je hebt gekozen voor dat panoramadak, dat ook open kan, helpt de spoiler in weer een andere positie om windgeruis tegen te gaan. Hebben wij niets van gemerkt, maar ze vinden het in Canada (waar de introductie plaatsvond) dan ook niet echt leuk als je meer dan 170 km/u rijdt. Dan word je, ‘ja, maar dat moesten we testen’ of niet, gewoon aan een eland gevoerd.
Het motorenaanbod wordt vanzelfsprekend overgenomen van de reguliere Panamera. Dat leek ons een goede gelegenheid er eens met de diesel vandoor te gaan. Die brandstof ligt nogal onder vuur de laatste tijd. Onder invloed van (vaak terechte, vaak ook minder terechte) milieuclaims en bijbehorende (belasting)straffen boet diesel niet alleen bij ons, maar overal in Europa snel aan populariteit in. Maar als er één merk is dat ons toch ook op de positieve kanten van diesel zou moeten kunnen wijzen, is het Porsche, toch?
Gaat dat een beetje?
Nou, van die taak hebben de Duitsers zich met verve gekweten. Het is dan ook niet zomaar een hakkeplof-dieseltje dat ze voorin de Sport Turismo hebben gelegd. Hij telt acht cilinders, vier liter inhoud en heeft twee turbo’s. Vermogen? 422 pk. Maar dat is, als altijd bij diesel, niet waar het om gaat: dat is de trekkracht. En die grenst aan het ongelooflijke. Niet minder dan 850 newtonmeters beukt de motor tegen de vier aangedreven wielen aan, en dat al vanaf 1.000 toeren per minuut – zo goed als stationair, dus. Vanaf dat toerental is het één ziedende orkaan van kracht. Vanaf 3.250 tpm neemt het koppel iets af, maar bereikt het vermogen juist z’n maximum, waarmee het tot 5.000 tpm door kan. Het is ronduit bizar. Met dit ding aan boord was de Titanic gewoon door die ijsberg heen gevaren.
Een sprintje naar 100 km/u hoeft maar 4,3 seconden te duren, terwijl de Porsche Panamera 4S Diesel Sport Turismo wel eventjes 2.100 kilo op de weegschaal zet. In 10,5 seconden rij je 160 km/u, nog dik zes seconden later zit je op 200 km/u. En dan kun je nog door naar 282 km/u, als je daar trek in hebt. De samenwerking met de achttraps PDK-automaat is voorbeeldig. Die PDK lijkt haast telepathisch met je verbonden te zijn: als jij denkt ‘schakelen’, heeft hij het al gedaan. Je kunt de boel nog wat agressiever zetten door naar de Sport- of Sport+-settings over te schakelen, maar eerlijk gezegd is dat door die belachelijke hoeveelheid trekkracht eigenlijk overbodig. En dan hebben we het nog niet eens over het geluid gehad: diep, donker, grommend – als je passagier nooit zou raden dat het een Porsche Panamera 4S Diesel Sport Turismo was, zou je het hem niet kwalijk kunnen nemen.
Het onderstel is een hoogstandje. Het is standaard voorzien van luchtvering, wat je de keuze geeft tussen vliegend-tapijt-comfort of behoorlijk stevig gedempte sportiviteit. Normaal gesproken zoekt hij het lekker allemaal zelf uit, en dat is ook onze favoriete setting. De besturing is al even geweldig. De bekrachtiging is weliswaar van het elektrische soort, maar beter dan dit kwamen wij hem nog niet tegen. Scherp, precies, licht en toch communicatief: zo doe je dat dus. De remmen zijn, Porsche-traditiegetrouw, al even verbluffend. Ook na een extreem bochtige, lange bergaf-weg vertoonden ze nog geen spoor van oververhitting, fading of wat voor vermoeidheid dan ook.
Het interieur
Het interieur is zo fraai dat je de auto bijna ook zou kopen als ie was uitgerust met een stofzuigmotor en de carrosserie van een Fiat Multipla. De hele meterboel is digitaal, op de centrale toerenteller na, en is tot op zekere hoogte vrij indeelbaar. Als je graag je navi-kaart ziet en de g-krachten die je genereert: geen enkel probleem. Het grote scherm is loeischerp en werkelijk doodsimpel te bedienen: een van de intuïtiever werkende systemen die we kennen. Op de middenconsole tref je nog wat tiptoetsen aan voor de bediening van airco en minder alledaagse zaken. Het zit allemaal even prachtig in elkaar en je hebt natuurlijk weer alle keus als het aankomt op kleuren en materialen. De optionele Burmester-audio is fenomenaal, maar dat mag ook wel voor de dik zeven mille die het moet opbrengen…
Tot slot is de Porsche Panamera 4S Diesel Sport Turismo natuurlijk riant voorzien van allerhande elektronica, die je bijstaat in netelige situaties of je desnoods min of meer zelfstandig door de file loodst. Maar een auto als deze rij je zelf. Desnoods in de file. Met een grijns van oor tot oor.
Specificaties Porsche Panamera 4S Diesel Sport Turismo
Motor
3.956 cc
V8 biturbo
422 pk @ 3.500 tpm
850 Nm @ 1.000 tpm Aandrijving
vier wielen
8v automaat Prestaties
0-100 km/u in 4,3 s
top 282 km/u Verbruik (gemiddeld)
6,7 l/100 km
176 g/km CO2
Label B Afmetingen
5.049 x 1.937 x 1.428 mm (l x b x h)
2.950 mm (wielbasis)
2.095 kg
75 l (benzine)
520/1.390 (bagage) Prijzen
€ 153.957 (NL)
€ 127.752 (B) Vonnis
Wat voor soort auto de Sport Turismo precies is, zal wel altijd een raadsel blijven. Dat het een pure geweldenaar is, is des te duidelijker. Zouden wij hem verkiezen boven een SUV, Cayenne of anderszins? Anytime, zonder enige twijfel
Reacties