Vier van de goedkoopste auto’s op de markt. Eén Stig. Geen opties. Zal iemand dit overleven?
 
The Stig is niet onder de indruk. Onze tamme coureur loopt nooit echt over van enthousiasme, maar op dit moment lijkt hij not amused. Hij staat op de start-finishlijn en kijkt chagrijnig naar het circuit waar de Renault Twingo, Hyundai i10, Suzuki Alto en Chevrolet Spark klaarstaan.
 
Ik heb een vermoeden waarom hij niet blij is. The Stig had er lucht van gekregen dat we met 279 pk en 30.000 euro aan blik richting circuit zouden gaan. Hij had er natuurlijk niet op gerekend dat die getallen verdeeld moesten worden over vier auto’s. Maar The Stig kan toch moeilijk lang boos blijven? We hebben veertien cilinders voor hem geregeld (twee keer drie en twee keer vier) met een opgetelde topsnelheid van 628 kilometer per uur. Helaas. Hij blijft kwaad.
 
Terwijl hij alle vier-en-een-beetje liters vol parate kracht in zich opneemt, probeer ik hem uit te leggen dat we geen softies zijn geworden. Laat er geen misverstand over bestaan: dit is geen test waarin we de tijdgeest omarmen en toegeven aan de financiële druk waaronder de moderne automobilist te lijden heeft. Echt niet. We hebben vier van de goedkoopste auto’s bijeengeraapt om te bewijzen dat budgetkarretjes leuker zijn dan grote, dure auto’s.
 
Als je ooit erg veel lol hebt gehad met een huurauto dan weet je wat we bedoelen. Een BMW M5 is geweldig als je een oneindige en bovenal lege snelweg tot je beschikking hebt, zonder echte bomen en zonder echte mensen. Maar op echte wegen kun je de grenzen van de M5 niet verkennen, dat is een regelrechte enkele reis richting een onsmakelijke dood. Tenzij je natuurlijk The Stig bent. Ik betwijfel trouwens of hij in één van de vier kleintjes een auto herkent.
 
Hij loopt richting Twingo en onderzoekt de a-stijl met z’n vinger. Waarom hij de Twingo kiest, weet ik niet. Misschien ruikt hij vaag de geur van RenaultSport. Of zou het toch de boterham met worst zijn in de kofferbak? The Stig lijkt opgelucht dat de rode Twingo een auto is, en springt erin. Met hevig gillende banden vertrekt hij van de startlijn en verdwijnt uit het zicht. Het spel kan beginnen.
 
Ik zal even uitleggen wat de achterliggende gedachte is van deze test. Vorig jaar maakte ik een ongelooflijk leuke trip door Italië met een gehuurde i10 en verklaarde toen dat de Hyundai de beste auto ter wereld was. Een perfecte samensmelting van geen-opsmuk-eerlijkheid, frisse rijeigenschappen en een van de beste versnellingsbakken in de geschiedenis. Ondanks pittige discussies met TopGear-collega’s is mijn mening overeind gebleven. Nu zal ik bewijzen dat ik gelijk heb.
 
Helaas moet ik toegeven dat de i10 op uiterlijk gebied niet de meest aantrekkelijke keuze is. Mijn collega’s wijzen me er regelmatig op dat de i10 het soort auto is dat je langs het park ziet hobbelen met een gehandicapte tachtiger achter het stuur. Lang heb ik volgehouden dat de i10 een chique, bescheiden auto is zonder opsmuk en overtollige led-bundels, maar nu zie ik toch in dat de i10 nergens op lijkt. Een onsamenhangend geheel dat zo weer van je netvlies is verdwenen.
 
Groen is ie wel. We hebben hier de gefacelifte i10, met een nieuwe 1,0-liter driecilinder benzinemotor die slechts 99 gram CO2 per kilometer uitstoot, dankzij een stop-startsysteem en banden met lage rolweerstand. Die banden zijn haast onzichtbaar als je ze van voren bekijkt. Als de Hyundai achter je rijdt, lijkt het haast of hij tien centimeter boven de grond zweeft. Misschien is dat wel zo. Er zit niets op deze auto dat ‘m zwaar zou kunnen maken. Zelfs geen op afstand bedienbare centrale vergrendeling. Het klinkt belachelijk, maar om de i10 te openen, moet je echt de iele sleutel in de deur stoppen en omdraaien. Zo moet dat vroeger gegaan zijn in de Sovjet-Unie.

‘De Alto klinkt als een wasmachine in de laatste cyclus, maar is zo sloom als een kat met hersenschudding’

 
De Chevrolet Spark, de opvolger van de treurige Matiz, is minder groen maar wel letterlijk groen. Van al deze goedkope auto’s doet de Spark het meest z’n best om er modern uit te zien. Misschien overdrijft ie: de Spark doet in alle opzichten denken aan iets wat je oma ‘trendy’ zou noemen. Vouwen en hoeken in overvloed, enorme koplampen die ongeveer een derde van de lengte van de auto in beslag nemen. Lampen van dat formaat zouden niet misstaan op een Jaguar XJ met lange wielbasis.
 
De Spark heeft een vreemd interieur. De snelheidsmeter en toerenteller zitten in een buis die op de stuurkolom rust. De snelheidsmeter ziet eruit als die van een speelgoedauto en het is een hele verrassing als de naald werkelijk in beweging komt. Er zit een sticker op het dashboard met de mededeling: ‘Dit voertuig kan uitgerust zijn met opties naast de standaarduitrusting’. Oh?
 
De Suzuki Alto – op het logo na identiek aan de even dure Nissan Pixo – bezit werkelijk een aantal opties. Omdat ie vals speelt. De andere auto’s zijn zo kaal mogelijk, maar de enige Alto die we konden krijgen was het topmodel (oké, dat is een relatief begrip). Deze heeft standaard deurgrepen in carrosseriekleur, mistlampen en – zeer verfoeilijk – 14-inch lichtmetalen wielen. Oh, lichtmetalen velgen? Dat is wel erg overdreven. Ik durf te wedden dat er ook zo’n hippe cassettespeler in zit.
 
The Stig is inmiddels terug van zijn rondje Twingo en heeft 1.03,7 op de klok gezet. Of dat snel is? Geen idee. Zou wel moeten want de Renault is de vlotte krachtpatser van het stel. Je valt er niet van achterover maar de Twingo heeft wel een patente 75 pk aan boord, in tegenstelling tot de schamele 68 pk van de concurrentie. Ook is dit de goedkoopste auto. Deze Renault uit de zogenaamde budgetreeks heeft nul opties en een prijs van 7.990 euro. Misschien kun je voor dat geld ergens een Kia Picanto vinden in oranjebruin.
 
Voor amper 8.000 euro vind je geen andere nieuwe, volwassen auto compleet met spiegels, een motor, stoelen, garantie en, als je een beetje slim onderhandelt met de lokale dealer, een halve tank benzine. Verbazingwekkend. Als Renault nu eens een budgetreeks starterswoningen uitbracht, waren de problemen op de woningmarkt in een mum van tijd opgelost.
 
The Stig is overgestapt in de Suzuki. Ik weet niet of hij ooit in een mintgroene auto heeft gereden. Om eerlijk te zijn maak ik me een beetje zorgen. Gisteren hebben we op kleine weggetjes rondgescheurd met de auto’s en de Alto bleek niets minder dan, eh, wat was het woord ook alweer? Oh ja, klote. Ondanks de charmante rauwheid van de kleine driecilinder, die klinkt als een wasmachine in de laatste cyclus, is de rest van de auto zo sloom als een kat met hersenschudding. Het is moeilijk te bevatten dat de Alto echt ontworpen is door ingenieurs. Dit waren waarschijnlijk mensen die nog nooit een weg met bochten en bobbels gezien hadden. Wanneer de Alto een ruw stukje asfalt moet verwerken, blijft ie steken bij het eerste het beste hobbeltje en buigt vernederd het hoofd. Het stuur en de voorwielen lijken al jaren geleden gescheiden te zijn, en het rempedaal voelt sponziger aan dan de hangbuik van je schoonvader.
 
Dit is een compliment voor de andere drie auto’s. Ze kosten dan misschien minder dan een driegangenmenu bij de Febo, maar de Twingo, i10 en Spark gaan verrassend goed om met de gemene, bochtige, hobbelige wegen. Oké, ik moet er wel aan toevoegen ‘voor een trio auto’s dat minder kost dan 9.000 euro’. Dit zijn niet de tragische stumpers die je verwacht had. De i10 is een enthousiast klein ding, de Spark is minder levendig maar voelt acceptabel solide. De Twingo is een blaaskaak, die over de wegen boendert met een knipoog naar de laatste RenaultSport Clio.

‘Hoewel zelfs de erosie van de aarde snel gaat in vergelijking met de Spark, is het toch een vrolijk, eerlijk autootje’

 
Terug naar het circuit. The Stig heeft een rondetijd neergezet van 1.04,4 in de Alto, iets langzamer dan de Twingo. The Stig vocht met de tractiecontrole van de Suzuki, die uitgeschakeld nog steeds aan staat. Op gladde openbare wegen is die hulp misschien handig, maar voor onze gehelmde coureur regelrecht frustrerend.
 
De Spark heeft geen tractiecontrole. The Stig maakt daar volop gebruik van en misbruikt de banden van de arme Chevrolet ten volle. Hij duikt een snelle bocht naar links in met een snelheid die twee keer zo hoog is als verstandig genoemd kan worden. De dunne bandjes worden haast van de velgen getrokken, de auto helt gevaarlijk over. Een spectaculaire manier om een circuit rond te rijden, maar geen snelle: Stig klokt 1.06,4 in de Spark. Twee seconden langzamer dan de Alto.
 
Tijd voor de Hyundai. Kom op, jij prachtig, lelijk schepsel. Verpletter de tijd van de Twingo. Bewijs dat de i10 de beste auto ter wereld is. Drie bochten later ziet het er snel uit wat de i10 laat zien. Hij doet z’n best. Nee, ‘snel’ is niet het woord dat ik zocht. ‘Op het punt te ontploffen tot een kleine dodelijke vuurbal’ is toepasselijker.
 
Over de lijn, en? The Stig heeft er genoeg van. Hij komt met piepende banden tot stilstand, slaat de deur achter zich dicht en loopt weg. De rondetijd? Die is toch niet belangrijk? Oh, oké. De i10 heeft een chaotische 1.06,8 geklokt. Laatste plaats.
 
Een blik op het circuit en je weet waarom. De i10 is prima handelbaar op gewone wegen, maar totaal hulpeloos op een circuit. Hij heeft geen grip op de voorwielen. Neem een bocht met een snelheid die hoger ligt dan wandelsnelheid en de kleine voorwieltjes weigeren om in te sturen. De neus glijdt naar de zijkant van de bocht als een rendier op ijs. Dan te bedenken dat een of andere idioot verkondigde dat dit ’s werelds beste auto was.
 
Oké, het is niet eerlijk om Lotus-achtige prestaties te verwachten van een voorwiel-aangedreven stadsauto met banden zo breed als die van een kinderwagen, maar het is opvallend hoe veel beter de andere auto’s in deze test presteren. De Alto’s alom aanwezige tractiecontrole is frustrerend, maar de lompe rijeigenschappen zijn op een vlak circuit minder aanwezig. Hoewel zelfs de erosie van de aarde snel gaat in vergelijking met de Spark, is het toch een vrolijk, eerlijk autootje. En de Twingo? Ronduit magnifiek. De Renault is een monster op het circuit, bijt zich in het asfalt als een rode punaise, remt en stuurt goed, met een neutrale balans.
 
De Twingo is niet alleen leuk als goedkope stadsauto. Hij biedt meer lol dan snelle auto’s die vijf keer zo veel kosten. Hij is niet perfect, verre van zelfs. De snelheidsmeter zit op een plek waar je hem niet kunt zien als je langer bent dan 1,80 meter. Het infotainment-systeem (jaja) lijkt te stammen uit de late jaren tachtig en je voelt de stuurinrichting tegen je voeten als je een bocht neemt. De zitpositie is minstens 40 centimeter te hoog. In tegenstelling tot de concurrentie heeft de Twingo slechts twee deuren. Maar wat maakt het uit, hij kost nog geen 8.000 euro en voelt solide gebouwd, door mensen die begrijpen dat wanneer je een auto koopt van 8 ruggen in plaats van 80, je nog steeds een beetje lol wilt hebben. Voor wat betreft de lol per euro is er geen auto die bij ‘m in de buurt komt.
 
Ik moet mijn mening bijstellen. De i10 is niet de beste auto ter wereld. De Twingo daarentegen…
 
 
Chevrolet Spark
 

Motor: 1,0-liter viercilinder

Vermogen: 68 pk
Koppel: 93 Nm
0-100: 15,5 seconden
Topsnelheid: 154 km/u
CO2-emissie: 119 g/km
Prijs: vanaf 8.495 euro
Rondetijd: 1.06,4
 
 
Suzuki Alto
 

Motor: 1,0-liter driecilinder

Vermogen: 68 pk
Koppel: 90 Nm
0-100: 14 seconden
Topsnelheid: 155 km/u
CO2-emissie: 103 g/km
Prijs: vanaf 7.999 euro
Rondetijd: 1.04,4
 
 
Renault Twingo
 

Motor: 1,2-liter viercilinder

Vermogen: 75 pk
Koppel: 107 Nm
0-100: 12,3 seconden
Topsnelheid: 170 km/u
CO2-emissie: 119 g/km
Prijs: vanaf 7.990 euro
Rondetijd: 1.03,7
 
 
Hyundai i10
 

Motor: 1,0-liter driecilinder

Vermogen: 68 pk
Koppel: 99 Nm
0-100: 14,8 seconden
Topsnelheid: 154 km/u
CO2-emissie: 99 g/km
Prijs: vanaf 7.995 euro
Rondetijd: 1.06,8
 
 
Welke van onze budgethelden helt het meest in de bocht?
 
Renault Twingo
Goed chassis met behoorlijke grip op de voorkant betekent dat een achterwiel de lucht ingaat. Het overhellen viel mee, de Twingo scoort het best in de bochten.
Oordeel: Drie wielen goed
 
Hyundai i10
De hoge daklijn en smalle wielbasis beloven een enorme overhel in bochten, maar de Hyundai kon simpelweg niet hard genoeg de bocht inrijden om over te gaan hellen. Schuldig daaraan zijn de belachelijk kleine bandjes.
Oordeel: Moet beter z’n best doen
 
Suzuki Alto
Stomme tractiecontrole die niet uit te zetten is! De Alto’s oma-beveiligingselektronica verhindert dat The Stig vaart kan maken in bochten, zodat levensbedreigend overhellen niet aan de orde is. Doodsaai.
Oordeel: Verpest onze lol
 
Chevrolet Spark
Heroïsche overhang in de bochten. Zelfs met het risico van een ontmoeting tussen het dak en het asfalt, blijft The Stig vastberaden met zijn voet op het gas in de bochten. De Spark verandert in een tweewieler.

Oordeel: Bewijs van bestaan zwaartekracht

Reacties

Meer van TopGear