![](https://media.1815.io/topgear/i/width=424&height=239/2024/03/volkswagen-polo-track-robust-brazilie-3-4-voor.jpg)
![](https://media.1815.io/topgear/i/width=424&height=239/2024/03/volkswagen-polo-track-robust-brazilie-3-4-voor.jpg)
Het favoriete kleintje van velen gaat een nieuwe fase in: VW’s Polo groeit en maakt het net weer even lastiger om nee tegen ‘m te zeggen
Het is zowel een vloek als een zegen om succesvol te zijn. Een merk als Volkswagen ziet natuurlijk graag dat hun kandidaat in het b-segment als warme broodjes verkoopt; maar tegelijk horen ze de halve wereld roeptoeteren dat ze saaie doorsnee-auto’s maken. Gewoon, omdat je ze op iedere straathoek in meervoud tegenkomt, hun imago een slachtoffer van hun eigen succes. Dat moet ergens toch een beetje pijn doen.
In ieder geval zat het VW genoeg dwars om de zesde generatie Polo – het tweede model, na de Seat Ibiza, dat van het nieuwe A0 MQB-platform gebruikmaakt – een hoop potentiële vrolijkheid mee te geven. Nee, ze gaan nog niet zo ver dat ze weer met een bonte Harlekin-versie komen. Maar aan de beschikbare kleuren, personalisatie-opties en de van voor tot achter jeugdige Beats-uitvoering zal het in ieder geval niet liggen.
Bij een nieuwe generatie hoort een nieuw uiterlijk, en hoewel de Polo herkenbaar Polo is gebleven, heeft ie ontegenzeggelijk een verse snoet. Geen Golf-kopie, maar een eigen front met langwerpige lichtjes, een voorzichtige led-tekening en een licht gebogen motorkap die ‘m een subtiel ramsneusje geeft. Ja, VW had er vast wel iets spannenders van kunnen maken; maar ze zouden wel gek zijn, bij een auto die de afgelopen zes jaar – én dit jaar tot nu toe – zijn concurrenten qua verkopen te snel af is geweest. Dan speel je terecht enigszins op safe.
Natuurlijk groeien dit soort auto’s bij iedere vernieuwingscyclus een beetje, maar de Polo maakt hier wel een opvallend grote stap. Hij is nu voor het eerst langer dan vier meter – 4,05 tegen 3,97 voor de vorige – en zijn wielbasis groeide met maar liefst 90 millimeter. Dat vertaalt zich in een 25 procent grotere bagageruimte en, mede omdat hij ook breder werd, riante bewegingsvrijheid voor de inzittenden. Volgens Volkswagen is de interieurruimte inmiddels die van de Golf IV voorbij, en het is ook weer niet zó lang geleden dat die auto een segment hoger nog flink toonaangevend was.
Het binnenste van de Volkswagen Polo 1.0 TSI komt fris en fruitig over. Je kunt het optioneel opdoffen met gekleurde inzetstukjes en je krijgt nu altijd, zelfs in de kale Trendline-versie, een touchscreen-radio, zes airbags en een leren stuur met knopjes. Kijk je iets verder dan enkel de afwerking en de materialen – alleen VW kan hard plastic er zo netjes laten uitzien – dan stuit je op het volgende waarmee de nieuwe Polo hoge ogen poogt te gooien: technologie.
Waar denk je aan als je dat woord leest? Iets dat normaal gezien is voorbehouden aan chique middenklassers? We durven te wedden dat VW het op de Polo kan leveren. Een instelbaar onderstel, adaptieve cruisecontrol, parkeerassistentie (inclusief uitparkeren), vermoeidsheidssignalering, voetgangersherkenning (standaard), een remfunctie bij stadssnelheden (standaard), pre-crash-bescherming voor de inzittenden; verzin het, en het is te krijgen.
Maar ook op het vlak van led-verlichting, infotainment en audio – we noemden Beats al, met een beuksysteem van 300 watt – is de Polo er weer helemaal bij. Hij beschikt zelfs als eerste Volkswagen over de tweede generatie van het Active Info Display, het blitse tellerscherm dat nu minder druk is vormgegeven en met een meerprijs van 361 euro het koopje van de eeuw moet zijn. Ook aardig: de Polo is flink goedkoper geworden, tot ruim 2.000 euro ten opzichte van een gelijk uitgerust vorig model.
Allemaal goed nieuws tot nu toe, en het houdt niet op wanneer we gaan rijden – al wordt het wel wat voorspelbaarder. Immers, op de vraag ‘hoe rijdt een Volkswagen?’ kun je eigenlijk steevast één antwoord geven: als een Volkswagen. Het begint bij een goed verstelbare stoel die je dicht bij de vloer kunt krikken. Dan een stuur dat je ver naar je toe kunt halen. Goed overzicht, prima ergonomie. Een lichte koppeling, een pook die door boter lijkt te bewegen, lichte besturing, een gevoelige rem die je de eerste keer net iets te hard intrapt. Een onderstel dat isoleert noch betrekt, maar keurig aanhoudt wat ‘men’ gemiddeld fijn vindt. Als totaal niet direct sportief of uitdagend, wel erg prettig in de dagelijkse omgang. Jep: geheel volgens het Wolfsburgse boekje der standaard hatchbacks.
De Polo die wij voor deze test in handen hebben, is de Volkswagen Polo 1.0 TSI Highline driecilinder, maar hij presteert voor vier. Hij is veerkrachtig, flexibel en buitengewoon stil; je zou ‘m bij 70 km/u zo in z’n drie laten staan als je niet oplette. Z’n koppel komt van diep en blijft dapper stuwen door de lange versnellingen. Ook als we op een stukje Autobahn even 160 km/u aantikken, volgt de Polo z’n spoor als een grote jongen en is er naast licht windgeruis nog steeds spookachtig weinig te horen.
Dus: als je een capabele, praktische familie-Volkswagen zoekt, weet dan dat je naast een Golf nu plots ook een Polo kunt overwegen. De topper wordt de GTI met 200 pk; bescheidener versies doen het met een 1.0 zonder turbo (65 of 75 pk), een 1.0 TSI (wij reden die met 115 pk, maar hij is er ook met 95 pk), een 1.5 TSI met 150 pk (komt volgend jaar) of een 1.6 TDI met 95 pk. Vanaf dat vermogen kun je overigens een DSG-bak bestellen. Verder is er voortaan een 1.0 TGI op aardgas te krijgen, 90 pk sterk.
We zouden liegen als we zeiden dat we verrast zijn door de nieuwe Polo. Ja, hij is fors groter en heeft de optielijst van een zakensedan; maar dit is wat Volkswagen doet. Dit is waar ze goed in zijn. Een Polo die z’n segment níét zou oprekken qua formaat of uitrusting – dat was pas verrassend geweest. Nu kunnen we simpelweg concluderen: dit is VW’s geslaagde nieuwste poging om jou behoorlijk meer voor minder te geven.
Reacties