Slecht nieuws voor degenen die hopen dat het middenveld in de F1 binnenkort dichter bij de top drie teams komt. Alpine-teambaas Otmar Szafnauer denkt dat de budgetcap in de F1 – die geïntroduceerd is om grotere teams zwakker te maken – het moeilijker maakt voor andere teams om de aansluiting te vinden met Red Bull Racing, Ferrari en Mercedes. Precies het tegenovergestelde van wat de maatregel moet doen, dus.
TopGear sprak met de F1-teambaas van Alpine. Szafnauer denkt dat de budgetcap in de F1, het team ‘tegenhoudt’. Dat komt voornamelijk doordat er eigenlijk twee budgetcaps zijn: het limiet voor operationele uitgaven, zoals ontwikkeling in de aerodynamica van de auto, maar ook een limiet op het bedrag dat je kunt uitgeven aan investeringen in faciliteiten, zoals de fabriek. Voor operationele kosten mag je 140 miljoen dollar uitgeven. Het probleem zit volgens de teambaas in het laatste deel.
Investeringen voor de F1 budgetcap
Szafnauer: ‘Een aantal van de top drie heeft vlug de infrastructuur geregeld, heeft vroeg wat dingen gekocht en heeft vroeg veel geld uitgegeven. Dat komt doordat ze geld hádden. We wisten dat het [de budgetcap] zou komen en zij hebben haast gemaakt. Teams die toen dat geld niet hadden, konden niet hetzelfde doen’, zegt Szafnauer.
Zo moeten middenveldteams dichterbij komen
‘Nu moeten we ervoor zorgen dat we een deel van de CapEx-investeringen [de investeringen in faciliteiten] kunnen loslaten, zodat we een gelijk speelveld hebben voor tools en infrastructuur die nodig zijn om een goede raceauto te bouwen.’
In 2022 is de budgetcap voor de faciliteiten al eens verhoogd van 36 naar naar 45 miljoen dollar over vier jaar. Volgens Szafnauer moet dat limiet nog verder omhoog om het veld dichter bij elkaar te brengen. ‘Als die er niet komen, blijf je altijd achter’, sluit de teambaas van Alpine af. Of de verhoging ook echt zin hebben, gaan we komend seizoen meemaken.
Reacties