In elke Corvette gaat een bezeten C16 Speedster schuil. Je hebt maar een paar kleine ingevingen nodig uit de trukendoos van Callaway. Iedereen opzij, alsjeblieft!
 
Ik hoor dat iemand iets naar me roept als ik afrem voor een verkeerslicht. ‘Gast! Hé jij daar!’ Ik kijk naar links en zie een grote kerel in een Chrysler 300C – met dreunende rapmuziek uit zijn radio – die met zijn gsm probeert een foto van me te maken. ‘Jezus man, wat is dat voor een kar? Vet man. Gast, zeg wat!’
 
Ik zou best wat willen zeggen, maar dat kan ik niet want ik draag een integraalhelm en ik heb geen zin in een gesprek. Bovendien springt het licht op groen. Dus knik ik vriendelijk en laat hem verbouwereerd achter. Ik trek op in mijn straat-UFO terwijl hij zenuwachtig in de weer is met de camera in zijn gsm. ‘Hé, wacht nou effe.’
 
Dit soort taferelen is gebruikelijk als je rijdt in de Callaway C16 Speedster – de meest recente en wellicht beste creatie van de op de Corvette gebaseerde modellen van Reeves Callaway. Terwijl de hele wereld zich vergaapt aan de ZR1, verbaast Callaway zich over de opwinding. Al jarenlang bouwt hij Corvettes met superchargers die makkelijk meer dan 320 kilometer per uur rijden.
 
Sinds begin van de jaren tachtig houden Reeves en zijn team zich bezig met het opvoeren, aanpassen en verbouwen van snelle auto’s. Met steeds beter resultaat. Meer als reclame voor de expertise dan puur voor de lol. Hun auto’s behalen grensverleggende prestaties die alleen maar geklopt worden – en dan met marginaal verschil – door giganten als de Shelby SSC. De meest waanzinnige van het stel, die op de openbare weg verscheen om van en naar het testcircuit te rijden om te laten zien hoe dociel hij was, werd simpelweg Sledgehammer genoemd. Voortbordurend op de Top Gun, een eerder model waarmee 372 km/u was behaald, had de Sledgehammer een twinturbo-blok dat goed was voor 898 pk en een top van 410 km/u, 110 km/u meer dus dan een gewone Corvette nu haalt. Dat was echter in 1988, in Ohio.
‘Laten we vooropstellen dat C16 niet betekent dat hij een motor met zestien cilinders heeft, al heeft Reeves wel ooit zo’n blok gebouwd’
 
Vergelijk je dat vermogen met dat van de iets langzamere Veyron – waarvan Bugatti claimt dat elk exemplaar tenminste 1.001 pk heeft – dan realiseer je je dat er de enige aërodynamische aanpassingen nodig waren om de Sledgehammer aan zijn hogere top te helpen. Deze kennis was afkomstig van ontwerper Paul Deutschman, en werd aerobody gedoopt. Callaway en Deutschman werken sindsdien samen. Zoals ook Callaway op zijn beurt sinds zijn allereerste project trouw bleef aan GM. Hij was bezig met de Alfa Romeo Callaway Twin Turbo GTV-6 toen zijn activiteiten werden opgemerkt. Hoewel hij inmiddels speciale versies van Camaro, Aston Martin, Mazda, Holden en zelfs Range Rover heeft gemaakt, bleef de Corvette sindsdien altijd in het middelpunt van de belangstelling staan bij zijn eigen bedrijf Callaway Cars.
 
Als we snel door de geschiedenis van Callaway Corvette bladeren, komen we uit bij twee verschillende type auto’s. Zo heb je de C15 FIA Corvette-racer die onlangs het GT3-kampioenschap van 2007 won. Er zijn drie straatversies: de C16 Coupé, de C16 Cabrio en de buitenwereldse C16 Speedster die je hier ziet. Laten we vooropstellen dat C16 niet betekent dat hij een motor met zestien cilinders heeft, al heeft Reeves wel ooit zo’n blok gebouwd. Het slaat op het zestiende project waaraan het bedrijf werkt. Overigens lijkt de aandrijflijn van de C16 anno 2008 niet een beetje op die van de ZR1 in 2009; hij is vrijwel identiek.
 
Beide auto’s hebben een 6,2-liter V8 met supercharger die 650 pk ophoest en een koppel van 794 Nm. De koppelingen werden verstevigd. Beide bereiken topsnelheden van meer dan 320 km/u. Dat is geen verrassing als je bedenkt dat Callaway de exclusieve leverancier is van superchargers voor de Corvette. De ZR1 heeft enkele voorzieningen die de C16 mist: verstelling van demping met een drukknop, dak van koolstofvezel en het perspex luik in de motorkap. Een volledig uitgeruste C16 heeft ook voorzieningen die hem onderscheiden van de nieuwe koning Corvette.
 
Nog afgezien van de vederlichte velgen van magnesium en koolstofvezel, de carbon-keramische remmen en het raceonderstel van Eibach – allemaal zaken uit de lijst opties – zijn er twee echt speciale aanpassingen die deze auto van 170.000 dollar bijzonder maken: carrosserie en interieur. Kies de goede hoek en de Speedster vertoont klassieke Ferrari-trekjes in het lijnenspel van de standaard Corvette. De auto is lager en slanker – dus meer aërodynamiek. De bobbel op de motorkap geeft je de indruk dat hij het fijn vindt dat hij je ziet. Twee van de vier achterlichten zijn verwijderd om het typerende achteraanzicht van de C16 te krijgen.
 
Slechts drie carrosseriedelen van de donorauto blijven ongemoeid bij de ombouw van Corvette naar Callaway C16: dak, achterklep, buitenspiegels. De rest is nieuw. Die genoemde delen zijn niet van koolstofvezel gemaakt, maar van glasfiber. Reeves vindt de gewichtsbesparing van koolstofvezel te gering (min 18 kilo) ten opzichte van de kosten en bovendien is het spuiten van dat materiaal een hels karwei.
 
Ondanks die voorziene problemen werd de carrosserie van de dakloze Speedster toch gemaakt van dat supersterke spul. Het is het vlaggenschip van het bedrijf, dus worden kosten noch moeite gespaard om zoveel mogelijk expertise te etaleren. De verwerking van koolstofvezel is een van de specialiteiten van Callaway (een van de belangrijkste klanten is Audi dat alle complexe, compacte componenten aan het bedrijf uitbesteedt), dus was Callaway het aan zijn stand verplicht.
‘De auto voelt zo subtiel aan als een klap voor je harses’
 
Het ontwerp is enigszins sober en vertoont gelijkenis met Aston Martins van Zagato of Ferrari’s van Pininfarina. Het oogt tijdloos: het zou een klassieker kunnen zijn, of het nagelnieuwe model dat hij is. Bovendien zijn er weinig details die hem dateren, dus kan hij zijn ongedateerde uiterlijk tientallen jaren behouden. De twee kleine ruitjes zijn fraai uitgevoerd, al zorgen ze niet voor een goede geleiding van de wind. Dat doen de twee meegeleverde, op maat gemaakte koolstofvezel helmen van tienduizend dollar die achter de voorstoelen zijn opgeborgen onder de bobbels overigens ook niet. Toch heb je ze nodig als je een trip van enige omvang wilt maken en geen trek hebt om met snelheden van meer dan driehonderd kilometer te worden bekogeld door steentjes en vliegen.
 
Het interieur was een bekende zwakte van de Corvette. Het laat duidelijk zien waarom GM in staat is een auto te maken die meer dan 270 km/u haalt en toch maar negentigduizend euro kost. Voor de C16 werd het interieur dan ook flink aangepakt. Of eigenlijk niet aangepakt – het werd verwijderd. Daarvoor in de plaats monteren ze geheel naar keuze van de koper fraai leren bekleding op alle delen die je kunt zien, aanraken of waar je op kunt zitten. Dat gebeurt allemaal in Duitsland en het is een uitdaging om waar dan ook een betere kwaliteit te vinden.
 
Dezelfde kwaliteit tref je aan als je achter het stuur van de Speedster plaatsneemt. Geen zichtbare bekabeling of knullige knopjes. Alles is strak en perfect afgewerkt. Alle uitrusting komt uit de Corvette, met uitzondering van het navigatiesysteem. Dat heeft plaats moeten maken voor een display voor achteruitrijdcamera’s die de binnenspiegel vervangen.
 
Dit exemplaar – nummer 001 – is reeds verkocht voor de volledige vraagprijs van 305.000 dollar, dus hebben we geen gekke dingen gedaan en niet te veel kilometers gemaakt. Maar eerder op de dag mochten we een C16 Coupé lenen van Reeves en die hebben we serieus aan de tand gevoeld om een indruk te krijgen van de technische kwaliteiten. De auto voelt zo subtiel aan als een klap voor je harses. Het zou mij verrassen als de ZR1 net zo goed is als deze auto.
 
Hij is niet moeilijk handelbaar of verraderlijk bij normale snelheden, verre van zelfs, maar trap het gas diep in en bochtige bergwegen worden verslonden met de snelheid en het vertrouwen van een echte supercar. Een die je alleen aantreft als je de volle mep betaalt voor een Ferrari of Lamborghini. Je voelt zo goed aan wat de auto doet dat je altijd het permanent beschikbare vermogen kunt benutten om overstuur te ontlokken en je daar vervolgens ook weer uit te redden.
 
De voorspelbaarheid van de gewone Corvette is nog steeds aanwezig, maar in de C16 is er een dimensie van vertrouwen en capaciteiten aan toegevoegd die de bestuurder flatteert en die de passagier – laten we eerlijk zijn – de stuipen op het lijf jaagt. Weet wat je doet, als je een zenuwachtige passagier meeneemt voor een rondje in deze auto. Dat is niet goed voor je relatie met hem of haar.
 
Wat je bovendien kunt verwachten in de Callaway Speedster is meer aandacht dan een VIP in een ontwenningskliniek. Als je het leuk vindt dat mensen je ‘gast’ noemen en foto’s van je maken is dat prima. Vind je dat niks, doe dan als ik: geef vol gas en laat ze raden.

Reacties